Het duidt meestal een richting of traject aan, maar het symbool kan ook een aanwijzing of tip zijn of daar de aandacht op vestigen. Ook kan het terugverwijzen naar de oude betekenis als wapen.
Cursortoetsen of pijltjestoetsen op een computertoetsenbord verplaatsen de cursor in een specifieke richting. Normaliter bevinden deze zich aan de onderste rechterkant van het toetsenbord, onder enkele specifieke functietoetsen en vlak naast het numerieke toetsenbord.
Geen sneltoets hiervoor. Selecteer de ⇐ uit het `Speciale tekens` venster. (alt⌥ + cmd⌘ + T) Bij MS-Word kan het via `Insert → Symbol → Advanced Symbol` of `Invoegen → Symbolen → Meer symbolen`.
(alt⌥ + cmd⌘ + T) Bij MS-Word kan het via `Insert → Symbol → Advanced Symbol` of `Invoegen → Symbolen → Meer symbolen`.
Het plusminusteken is ±. In de wetenschap, met name in de wiskunde en bij metingen, wordt het teken ook gebruikt en wordt dan uitgesproken als plus of min. Het plusminusteken wordt in de wetenschap niet gebruikt om ongeveer aan te geven, hier wordt het benaderingsteken ~ of ≈ voor gebruikt.
Een dubbele pijl betekent gelijkwaardig. Dus zoiets als x2=4 x=2 of x=-2. Links en rechts staan twee gelijkwaardige beweringen. Als de een waar is de ander ook waar en omgekeerd.
Hier heb je echt geen sneltoets voor nodig! In Office hoef je slechts gebruik te maken van de apostrof, accent grave of aanhalingstekens. Voor tekens als é, á, ó, í en dergelijke, typ je de apostrof (') en vervolgens de klinker naar keuze. Office past dit dan automatisch aan naar het gewenste teken.
(alt⌥ + cmd⌘ + T) Bij MS-Word kan het via `Insert → Symbol → Advanced Symbol` of `Invoegen → Symbolen → Meer symbolen`.
Groter-dan- en kleiner-dan-tekens worden gebruikt om getallen en uitdrukkingen te vergelijken. Het groter-dan-teken is >. Dus 9>7 lezen we als '9 is groter dan 7'. Het kleiner-dan-teken is <.
Typ alle symbolen als een professional
Houd de Alt-toets op het toetsenbord ingedrukt. Typ met de Alt-toets ingedrukt de viercijferige code op het numerieke toetsenblok voor het gewenste teken.
Bolletje-pijltje is een vrij eenvoudige techniek om een route aan te geven, en heeft wel wat weg van een kruispuntenroute. Het bolletje (dikke punt) staat voor het kruispunt. Het pijltje geeft aan welk pad van de splitsing gevolgd moet worden.
“Bolleke-pijl” is een navigatietechniek gebruikt bij classic car rally's waarbij de te volgen route wordt aangegeven door middel van tekeningetjes (“tulips”) bestaande uit een bolleke en een pijl. Het bolleke geeft aan uit welke richting u komt. Het pijltje geeft aan in welke richting u moet rijden.
Het getal π, soms geschreven als pi, is een wiskundige constante, met in decimale notatie de getalswaarde 3,141 592 653... Het getal is de verhouding tussen de omtrek en de diameter van een cirkel.
Kun je goed overweg met talen, dan ben je een typische alfa. Houd je je liever bezig met het oplossen van wiskundige problemen, dan ben je een echte bèta. Ben je daarentegen geïnteresseerd in psychologie of economie, dan krijg je al snel het etiket gamma opgeplakt.
Op Windows-computers kan een ß op diverse manieren gemaakt worden: door met de alt-toets ingedrukt 0223 of 225 te typen, door ctrl + alt + s in te drukken of, indien het toetsenbord ingesteld staat op Verenigde Staten (internationaal), door het indrukken van alt gr + s . Op de Mac kan dit met ⌥ Opt + s .
Selecteer de ↓ uit het `Speciale tekens` venster. (alt⌥ + cmd⌘ + T) Bij MS-Word kan het via `Insert → Symbol → Advanced Symbol` of `Invoegen → Symbolen → Meer symbolen`.
Ga naar het tabblad "Invoegen" bovenaan het Word document. Klik erop voor toegang tot het menu. Klik op het tabblad "Illustraties" en daar zie je de tab "Vormen" om het werk uit te voeren. Klik op de optie "Lijn en Cconnectoren" om toegang te krijgen tot het type vorm, d.w.z. pijl.
Wat zijn speciale tekens? Speciale tekens zijn tekens die niet aanwezig zijn op uw toetsenbordindeling. Ze kunnen worden gebruikt door een combinatie van toetsen op het toetsenbord in te drukken of het overzicht met speciale tekens in Windows te gebruiken.
De vreemde tekens, ook wel opmaakmarkeringen genoemd, zijn bedoeld om alineamarkeringen en andere verborgen tekens weer te geven. Dit kan erg handig zijn, als je wilt weten hoe je pagina opgebouwd is.
Plusminus = plusminus komt van het Latijn en betekent in het dagelijks spraakgebruik min of meer of ongeveer. Het plusminusteken is ±.