De opening van het kippenhok kan het beste gericht worden op het zuiden of het oosten omdat dit voldoende zonuren oplevert. Wanneer het hok voldoende in ze zon staat levert dit genoeg warmte op voor de kippen, ook blijft het kippenhok hierdoor droger waardoor het gemakkelijker schoon te maken is.
Plaats het kippenhok niet zo dat de volle zon erop staat gedurende een hele dag. Plaats de opening niet naar de windrichting (meestal westen). Een kip houdt niet van regen en heeft geen vetlaag zoals bijvoorbeeld bij eenden. Zorg dus voor voldoende beschutting.
Een legnest moet zich in een donkere hoek van het hok bevinden. Plaats een legnest altijd lager dan de zitstokken. Een legnest moet van afmeting 30x30 cm zijn, voor krielkippen mag het legnest kleiner zijn. Maak 1 legnest voor 3 hennen.
Zorg voor een plek met een goede afwatering
Wanneer je kippenhok op een plek staat met een slechte waterafvoer kan dit voor problemen zorgen. Er ontstaat een natte ondergrond, waterplassen of een flinke modderpoel. Plaats het kippenhok dus op een iets hoger gelegen plek of op een plek waar het water snel weg loopt.
Gras is een prima ondergrond voor een kippenren, maar de kippen zullen er wel in gaan krabben. Dat is natuurlijk gedrag, zo zoeken ze naar voedsel. Of je nog wat gras overhoudt is afhankelijk van het aantal kippen en de omvang van de ren.
Kippen hebben een grondige hekel aan water en modderpoelen. Modderpoelen en waterplassen in een kippenren zorgen voor geurhinder en kunnen broedplaatsen worden voor ziektekiemen. Kippen met modderpoten bevuilen de nesten de eieren. Ze krijgen koude poten in de winter, leggen niet meer en kunnen diarree oplopen.
Zij gaan op zoek naar voedsel. Gras is een prima ondergrond voor kippen, maar hoeveel gras je overhoudt is de vraag. Dit is afhankelijk van het aantal kippen en de grote van de ren. Je kunt er voor kiezen een deel van de ren te betegelen, op deze manier hebben kippen altijd een stukje droge ondergrond.
Het kippenhok moet elke week worden uitgemest. Je hoeft het natuurlijk niet iedere keer even grondig te doen, maar zorg er in ieder geval wekelijks voor dat de mest verwijderd wordt. Eens in de zes maanden is een zeer grondige schoonmaakbeurt nodig.
Een broedse hen
Kippen kunnen broeds worden, ook als u een haan heeft. Vaak zal een broedse kip in de nestkast van het hok op haar eieren blijven zitten, maar er zijn ook kippen die een rustig plekje opzoeken buiten het hok. In dit geval kan de broedse hen de hele nacht buiten het hok blijven zitten.
Er moet zowel zon als schaduw zijn in het hok, daar houden kippen van. De kippen hebben zitstokken en legnesten nodig in het hok.
Een kip houdt van een koele temperatuur: zo rond de 12 tot 14 graden vindt ze prima. Is het kouder, dan kruipen je kippen lekker tegen elkaar aan. Hoewel kippen het liever niet te warm of te koud hebben, zijn ze vrij sterk. Ze doen het goed in vrijwel alle temperaturen.
Kippen kunnen slecht tegen wind, warmte of regen, dus het nachthok moet geventileerd kunnen worden, maar het mag er niet tochten.
Wanneer moet je kippen eten geven? Geef je kippen eenmaal per dag, bijvoorbeeld 's morgens, het standaard kippenvoer. Dit kan bestaan uit meel of een geperste korrel. Op een zanderige ondergrond is meel minder ideaal, omdat de dieren vaak de helft uit hun voederbakje gooien.
Strooi op de grond tussen je planten kaneel, paprika, knoflook, kerrie, zwarte peper, cayennepeper en/of zout. Strooi de specerijen ook in je tuin. De meeste kippen houden niet van de scherpe geur van sterke specerijen en vermijden de plekken die er naar ruiken.
Kleine kipjes kun je zelfs het jaar door in je tuin laten rondlopen. Als je graag kippen wil laten los lopen in de tuin, neem er dan met korte pootjes, zoals chabo's of cochins, die scharrelen heel oppervlakkig en berokkenen amper schade of vuil.
Zelfs als u uw kippen een dag alleen laat, dan vraagt dit om wat voorbereiding. Hennen moeten altijd water en voer tot hun beschikking hebben, en voldoende ruimte om rond te scharrelen. Dit kan vrij eenvoudig worden geregeld als u voor 2-3 dagen weggaat.
Gekookte noedels. Rijst, mais, gerst en tarwe.
Een kip als knuffeldier? Je zou het die kakelende dames misschien niet geven, maar ze houden best van wat menselijke affectie. Sommige kippen laten zich heel gewillig oppakken en aaien. En ook kippenrassen die van nature niet zo touchy-feely zijn, kan je mits een beetje geduld en véél aandacht ook handtam maken.
Kippen zijn er dol op als je hen op een koude wintermorgen een kommetje warme havermout voorschotelt. Voor extra smaak kan je er fruit in mengen, zoals banaan. Let wel op met melk, want die kan laxerend werken.
In het algemeen is brood niet goed, maar het is afhankelijk van de soort brood en het aandeel brood in het totale menu. Van brood worden de dieren te vet en vette kippen leggen slechter. Het is heel goed om ze los te laten lopen, tenzij ze op een kale zandvlakte lopen.
Als eerste geluid in de morgen, als de kippen nog in hun hok zitten gesloten, zullen de hennen een repetitief, brommend geluid maken, dat luider wordt als de minuten verstrijken en de deur van het hok gesloten blijft. Dit geluid betekent “Laat ons eruit – er moet nog een hoop worden rondgescharreld vandaag!”
Wat je zeker mag geven zijn: fruit, gekookte noedels, rijst en aardappelen. Aardappelschillen mogen ook, tenzij ze groene plekken hebben. Voedingsresten die je niet mag geven zijn: Yoghurt, want dit werkt laxerend bij kippen.