Organische mest, zoals koemest, champignonmest en compost, stimuleert het bodemleven en bevat zeer veel verschillende voedingsstoffen die bovendien langzaam vrijkomen. Organische mest bevat natuurlijke grondstoffen. In minerale tuinmest, ook kunstmest genoemd, zit voornamelijk stikstof (N), fosfor (P) en kali (K).
Voor het gazon gebruik je het beste een organische meststof of een meststof die bestaat uit een combinatie van organische en anorganische stoffen. Een organische mest is veilig in gebruik en leidt tot een betere bodemstructuur. Het wordt langzaam opgenomen door het gazon en heeft het een langdurige werkingsduur.
Het is afhankelijk van de hoeveelheid stikstof: hoe meer stikstof, hoe sneller de planten groeien. Ze worden als het ware snel opgedreven (net een plofkip). Met kunstmest zie je na een week tot tien dagen al verschil, met organische meststof duurt dat wel twee tot drie weken.
Welke planten kun je bemesten met organische kunstmest? Alle planten gedijen goed bij organische kunstmest. Eenjarige bloeiers, vaste planten, bomen, hagen en je grasmat ook.
Mest en bodemverbeteraars
Compost verbetert de bodemstructuur, zodat plantenwortels de voedingsstoffen beter kunnen opnemen. Je kunt ook zelf compost maken. Dierlijke mest bevat iets meer voedingsstoffen dan compost en verbetert ook de bodemstructuur.
Koemest heeft wel degelijk kwaliteit voor de tuin. Paardenmest echter is nóg beter. Dat bevat meer stro en weet de meststoffen beter te binden. Bovendien is een goed opgezette paardenmesthoop rijk aan wormen, die zorgen voor een geweldige structuur- en humusverbetering van de grond.
Gecomposteerde kippenmest is een uitstekende meststof voor groenten, kruiden, bomen en andere gewassen. Het levert stikstof, fosfor en kalium en verbetert de bodem op verschillende manieren.
Kippenmestkorrels bevat de volgende NPK verhouding: 4-3-3, oftewel: 4% Stikstof (N), 3% Fosfaat (P) en 3% Kalium (K). Dus het bevat meer stikstof en meer fosfaat dan koemest en iets minder Kalium. De prijs van kippenmestkorrels is ook lager dan die van koemest. Dus u krijgt meer voedingswaarde voor een lagere prijs!
Compost is in principe voor elke plant te gebruiken. Echter moet je wel uitkijken met planten die houden van zure grond (bijv. conifeer). In tegenstelling tot wat vele mensen denken is compost niet zuur.
Wanneer en hoeveel mest? Planten hebben meestal genoeg aan één keer bemesten, vlak voor of tijdens het groeiseizoen (maart/april). Rozen en eenjarige planten doen het beter als je ze nog een tweede keer mest geeft in juni. Ook het gazon kun je het beste twee keer per jaar bemesten.
Belangrijke tips om het gazon correct te bemesten
De bodem moet vorstvrij zijn. Breng de meststof niet aan bij rechtstreekse zonneschijn. Geef na elke bemesting regelmatig en overvloedig water. Maai pas een paar dagen na het bemesten.
Alle gronden, ook humusrijke en veengronden, hebben regelmatig wat mest of compost nodig. Hoeveel dan? Als richtlijn kan aangehouden worden zo'n 300 liter per 100 m2 per jar. Dat mag ook wel 600 liter om het andere jaar zijn, maar niet een keer in de bijvoorbeeld 5 jaar een grote hoeveelheid geven.
Welkoop Organische Tuinmest is een verrijkte, organische meststof voor universeel gebruik. Deze meststof geeft snel resultaat en heeft daarnaast een lange nawerking van ruim 3 maanden. Je kunt deze meststof gebruiken in de moestuin, in borders en in plantenbakken, bij zowel groene- als bloeiende planten.
Stikstof uit dierlijke mest komt door mineralisatie van organische stof langzamerhand vrij, een proces dat ook doorgaat na de oogst van gewassen. Door minder dierlijke mest te geven en dit naar de behoefte van het gewas aan te vullen met direct opneembare kunstmest, is efficiënter en met minder verliezen te bemesten.
Staat er een houdbaarheidsdatum op meststoffen / hoe lang kan ik meststoffen bewaren? Onze meststoffen zijn onbeperkt houdbaar zolang ze op een droge plaats opgeslagen worden. Zodra de meststof vochtig wordt, kunnen micro-organismen de organische grondstoffen omzetten en gaan de voedingsstoffen verloren.
Je kunt compost erg goed gebruiken om oude potgrond nieuw leven te geven. Over de tijd nemen je planten alle voedingsstoffen op. Door een goede dosis compost door je oude potgrond te nemen, zorg je ervoor dat er nieuwe voedingsstoffen in komen en dat de grond weer voldoende vocht vast kan houden.
Compost wordt vaak gebruikt door moestuiniers om de structuur van hun bodem te verbeteren. Maar door te grote hoeveelheden te gebruiken, neemt het risico op uitspoeling van fosfor en stikstof in het oppervlaktewater toe, zo waarschuwt Velt, de Vereniging voor Ecologisch Leven en Tuinieren.
De beste periode voor het strooien van compost is maart of april (voorafgaand aan het groei seizoen), of bij zware kleigrond in de herfst. Eenjarige planten en / of rozen hebben het meeste baat bij twee keer bemesten (juni). Compost op het gazon kan het beste ook twee keer per jaar worden gestrooid.
Aangeraden wordt om de koemest in combinatie met een kalk meststof te strooien. Je stimuleert dan niet alleen de bodem, maar ook de groei van de (gras)planten. Hoe vaak je zal moeten strooien, hangt compleet af van het doeleinde. Voor het gazon is één keer per jaar bemesten al ruim voldoende.
Let op: combineer het strooien van kalk nooit met het strooien van meststof. De calcium (kalk) en stikstof (meststof) kunnen met elkaar binden waardoor het gras de voedingsstoffen niet kan opnemen.
Gedroogde koemest is goed voor de structuur in de grond. Het geeft voor sommige planten niet genoeg voeding voor de bloei. Rozen hebben bijvoorbeeld meer nodig dan alleen gedroogde koemest. Gedroogde koemest kun je gebruiken voor je gazon, vaste planten en de moestuin.
Gecomposteerde kippenmestkorrels is een goede basis voor de (moes)tuin en uw tomatenplanten. Het bevat stikstof, fosfaat, kali en allerlei spoorelementen. Zelf laten we ook gecomposteerde kippenmestkorrels als basisvoeding door de potgrond mengen van onze pottomatenplanten.
Het is ook verstandig om een laagje compost toe te voegen en wie kippen heeft, kan nog een laagje kippenmest toevoegen. De laatste laag op de composthoop moet iets luchtigs zijn, bijvoorbeeld grasmaaisel, stro of bladeren.
Aardappelen zijn een kalibehoeftig gewas. Kalium (K) zorgt voor de aanmaak en transport van zetmeel en suikers en voor de waterhuishouding. Kalium heeft een positieve invloed op de opbrengst (zowel totale opbrengst als aandeel grove knollen).