Een echte topper onder de frambozen is Sugana (tik maar eens in bij zoekterm). Het is een herfstframboos maar door ze goed te snoeien kan je al in de zomer een eerste vroege oogst hebben. op het moment dat de eerste frambozen op raken begint dit ras met een tweede oogst te geven.
Als je de stengels die in de herfst hebben gebloeid niet wegneemt, maar op ongeveer 80 cm boven de grond snoeit, dan zullen de lager gelegen knoppen volgende zomer bloeien.
De struiken stellen weinig eisen aan de grond, een plekje in de volle zon is wel gewenst. Plant de struiken van eind oktober tot april (als het niet vriest) en kort ze meteen in tot 30 cm boven de grond. Ze kunnen als aparte struiken gekweekt worden of in rijen tegen een hekwerk.
Een framboos staat het liefst op een zonnige standplaats maar doet het ook goed in de halfschaduw. Ze houdt van een lichtzure grond (Ph 6,0 tot 6,5). Frambozen wortelen oppervlakkig maar zijn ook gevoelig voor wortelrot. Om die reden moet het grondmengsel luchtig maar tegelijkertijd vochtvasthoudend zijn.
Frambozen doen het het best in een plekje in de zon of in lichte schaduw. De planten houden van lichte grond dus maak de grond goed los. Bij zware grond, zoals klei, helpt het om de grond met wat potgrond te vermengen. Zo krijgt de plant een betere start.
Frambozenstruik water geven
Geef na het planten direct veel water. Wanneer de frambozenstruik eenmaal staat is de waterbehoefte veel minder. Geef bij droge periode water. Wanneer de frambozen plant in een pot staat is het wel belangrijk om de grond regelmatig na te kijken of deze nog voldoende vochtig is.
Zowel de braam als de framboos kan zonder een goede snoeibeurt in korte tijd een warboel aan takken worden. Een te grote warboel zorgt er niet alleen voor dat het snoeien in de toekomst lastig wordt, de vruchten zullen ook minder zonlicht krijgen. Minder licht is een minder goede groei.
Zoals bij de meeste planten is het een slim idee om je grond, net als je frambozenplantjes, goed voor te bereiden. Frambozen houden van een zonnige plek met weinig wind en een wat zure, goed gedraineerde bodem.
Per vierkante meter kan je ongeveer 1 tot 2 framboos planten laten groeien in de volle grond. In rijen kan je ongeveer 1 tot 2 framboos planten per strekkende meter laten groeien in de volle grond.
Houd bij zomerframbozen en doordragers maximaal 8-10 gezonde stengels aan per strekkende meter, snoei de rest ook weg. Houd bij herfstframbozen 12 of 13 stengels per strekkende meter aan. Zorg rond de struiken voor een mulchlaag (dat hoeft natuurlijk niet maar het houdt vocht vast en houdt het onkruid tegen).
In het tuinperk plant men de frambozenstruiken op een afstand van ca.50 cm. Dit is voldoende om alle delen van de framboos voldoende licht te geven. De plantdiepte is afhankelijk van hoe de plant daarvoor in de pot stond.
De framboos is een winterharde, bladverliezende klimheester die voorkomt met roze of gele vruchten. De struik kan twee keer per jaar vruchten geven: in de zomer op 'oud hout' (de zomerframboos) en in de nazomer/ herfst op de verse jonge uitlopers (de herfstframboos).
Frambozen zijn gemakkelijk te vermeerderen door middel van worteluitlopers. In het voorjaar komen de scheuten rondom de struik te voorschijn en is het eenvoudig om een stek met wortels uit te steken. Behalve de rode framboos is er ook een witte (geelachtige) variant. De teelt van beide rassen is hetzelfde.
De framboos houdt niet van kalkrijke, zware en natte klei-achtige grond. De ideale bodemstructuur is een lichtzure, humusrijke en waterdoorlatende bodem. In het voorjaar kun je extra bemesten met wat organische meststof, en gedurende droge periodes moet je wat extra water geven.
Vroege frambozen rijpen in de zomer aan de voorjarige takken. De takken waaraan de vruchten zaten, worden na de oogst afgeknipt. Bij late oftewel vaker dragende frambozen ontstaan de vruchten aan de takken van dit jaar. Het snoeien wordt ook na de oogst gedaan, meestal in de late herfst nadat het blad eraf gevallen is.
Snoeien van frambozen
Zomerframbozen bloeien op het 2-jarige hout dat in het vorige jaar uit de grond is gekomen. Nadat alle vruchten geplukt zijn snoei je de afgedragen takken tot op de grond weg. Ondertussen bindt je de nieuw gegroeide takken vast, dit zijn de vruchtdragende takken voor het volgende voorjaar.
Hoe frambozenplanten water te geven? Frambozen kunnen niet tegen te veel water en zullen verwelken en sterven als ze in drassige grond staat. Daarom is het belangrijk om de planten geen water te geven zolang de grond vochtig is. Elke twee weken water geven zou prima moeten zijn.
Bramen en frambozen behoren tot éénzelfde plantengeslacht, Rubus. Er bestaan ontzettend veel (botanische) Rubus soorten en alsof dat nog niet voldoende is kruisen ze onderling nog eens makkelijk waardoor er een allegaartje van braambozen ontstond.
De framboos stoot water af, maar van binnen nemen ze water op waardoor de frambozen waterig gaan smaken. Als je frambozen vies zijn, veeg ze dan met een kwastje of keukenpapiertje schoon en verwijder eventuele blaadjes of steeltjes. Frambozen hoeven niet gewassen te worden!
Maak een diep plantgat en stop de planten zo diep als ze in de pot stonden. Dieper planten heeft weinig zin, de plant vormt onderaan nieuwe scheuten. Maak het plantgat terug dicht en druk goed aan. Bedek de ondergrond eventueel met schors, cacaodoppen of houtsnippers om onkruidgroei te voorkomen.
Frambozen zijn vitaminebommetjes
Vitamine C, natuurlijk, maar ook vitamine K, E, A en B6. En mineralen: kalium, fosfor, calcium en zink. Anti-oxidanten a plenty, in die schattige besjes. Aardbeien, zwarte bessen en bosbessen zijn ook gezond, maar scoren lang niet zo goed als de framboos.
Frambozen bevatten veel folaat (vitamine B11) en vitamine C én zitten boordevol vezels. Vezels helpen bij het gezond houden van je spijsvertering. Folaat is betrokken bij de aanmaak van cellen en weefsels in je lichaam, waaronder je rode en witte bloedcellen.