De Tweede Kamer der Staten-Generaal, kortweg de Tweede Kamer, vormt samen met de Eerste Kamer de Nederlandse Staten-Generaal, de landelijke volksvertegenwoordiging voor Nederland. De Tweede Kamer wordt eens in de vier jaar gekozen door de kiesgerechtigde Nederlandse bevolking en heeft sinds 1956 150 leden.
De belangrijkste taak van de Eerste Kamer is het goedkeuren of verwerpen van wetsvoorstellen. Daarnaast heeft de Eerste Kamer de taak om de regering te controleren. De leden van de Eerste Kamer worden indirect, ofwel 'getrapt', gekozen. Dat gebeurt door de leden van de Provinciale Staten.
De Eerste Kamer is medewetgever en controleur van de regering. Ieder wetsvoorstel dat aangenomen is door de Tweede Kamer, moet ook door de Eerste Kamer worden aangenomen voordat het een wet kan worden. De Eerste Kamer let er met name op of wetsvoorstellen juridisch kloppen, goed uit te voeren en te handhaven zijn.
De Tweede Kamer vergadert in het Tweede Kamergebouw aan het Plein in Den Haag.
Eerste Kamer in vogelvlucht
De Eerste Kamer bestaat uit 75 leden. Zij worden niet rechtstreeks door de Nederlandse bevolking gekozen, maar door de leden van provinciale staten en de leden van kiescolleges in Bonaire, Sint Eustatius en Saba.
Het parlement (de Staten-Generaal) controleert de regering. Ministers leggen in het parlement verantwoording af over hun beleid.
De Nederlandse regering bestaat uit de koning en de ministers. De ministers vormen tezamen de ministerraad, die wordt voorgezeten door de minister-president. Samen met de ministers vormen de staatssecretarissen het Nederlands kabinet.
De federale wetgevende macht maakt de wetten en controleert de uitvoerende macht. Ze wordt uitgeoefend door het parlement en de koning.
De regering maakt wetten in samenwerking met de Eerste en Tweede Kamer (wetgevende macht). Een wet begint met een wetsvoorstel en is klaar na publicatie in het Staatsblad. Daartussen ligt een vast aantal stappen, die alle wetsvoorstellen moeten doorlopen.
Het Nederlandse kabinet bestaat uit alle ministers van de zittende regering, met hun staatssecretarissen. Een kabinet draagt de naam van de regeringsleider, die minister-president wordt genoemd (bijvoorbeeld: kabinet-Rutte), eventueel met een (Romeins) volgnummer (bijvoorbeeld: kabinet-Balkenende I).
Het begrip parlement gebruiken we in twee betekenissen. We verstaan er 'de volksvertegenwoordiging' onder, waarbij dan in het algemeen de Tweede Kamer wordt bedoeld. Het is echter tevens een verzamelbegrip voor Tweede en Eerste Kamer. Een (formeler) synoniem daarvan is 'Staten-Generaal'.
Vergeleken met de Tweede Kamer heeft de Eerste Kamer minder wetgevende rechten. Zo heeft zij niet het recht van amendement. De belangrijkste taken van de Eerste Kamer zijn medewetgeving en controle. De Eerste Kamer is bevoegd wetsvoorstellen die de Tweede Kamer heeft goedgekeurd aan te nemen of te verwerpen.
Artikel 67, lid 3 van de Grondwet bepaalt dat leden van de Staten-Generaal in de Kamer stemmen zonder last. Hoewel Eerste Kamerleden gekozen worden via de kieslijst van een politieke partij, hebben zij als Kamerlid officieel een onafhankelijke positie ten opzichte van die partij.
De Eerste Kamer der Staten-Generaal, kortweg Eerste Kamer of Senaat, vormt tezamen met de Tweede Kamer de Nederlandse Staten-Generaal. De Kamer heeft 75 zetels.
De koning vervult taken van staatkundige aard, zoals de ondertekening van wetten, het beëdigen van bewindslieden en commissarissen van de koning, en taken van ceremoniële aard, zoals het ontvangen van andere staatshoofden en buitenlandse ambassadeurs en het afleggen van staatsbezoeken.
De Rijksoverheid maakt beleid, vaardigt wetten uit en ziet toe op naleving. Daarnaast bereidt het Rijk plannen van de regering en het parlement voor. En voert het deze plannen uit.
De overheid is het hoogste gezag op een bepaald grondgebied. In Nederland hebben we een parlementaire democratie. Daarin heeft de volksvertegenwoordiging, het parlement, het laatste woord. Verder bestaat de overheid uit een regering met een staatshoofd.
De inkomsten van de overheid bestaan vooral uit de belastingen en premies die burgers en bedrijven betalen. De overheid geeft dit geld uit aan voorzieningen zoals scholen, wegen en ziekenhuizen.
De totale inkomsten van de Rijksoverheid zijn naar verwachting in 2022 € 334,1 miljard. En de totale uitgaven zijn € 353 miljard. Het meeste geld gaat naar: sociale zekerheid (uitkeringen);
De totale overheid bestaat uit de Rijksoverheid, provincies, gemeenten en waterschappen. Deze overheden nemen op tal van terreinen maatregelen, vaardigen wetten uit en zien toe op de naleving ervan. In totaal maken meer dan 1.600 organisaties en instanties deel uit van de overheid.
In Nederland wordt de Eerste Kamer der Staten-Generaal officieus ook wel de Senaat genoemd. In België is Senaat de officiële naam voor het hogere huis van de volksvertegenwoordiging.
De Eerste Kamer wordt tegenwoordig iedere vier jaar opnieuw gekozen. Tot 1983 werd om de drie jaar een derde deel van de Kamer vernieuwd en was de zittingsduur zes jaar.
De Staten-Generaal zijn sinds 1814 de volksvertegenwoordiging, ofwel het parlement, van Nederland. Bij de Grondwet van 1815 werd een tweekamerstelsel ingevoerd en sindsdien bestaat de Staten-Generaal uit de Eerste Kamer en de Tweede Kamer.