Een AVI-M3 kaart toetst bijvoorbeeld het leesniveau dat een kind midden groep 3 moet hebben. De M staat dus voor 'midden' en de 3 voor het leerjaar; in dit geval groep 3. De AVI-E6 kaart toetst het niveau dat een kind eind groep 6 behoort te hebben. De E staat dus voor 'eind' en de 6 voor 'groep 6'.
De AVI-codering begint met AVI-Start (vergelijkbaar met het oude AVI-1 voor beginnende lezers); daarna komt AVI-M3, wat staat voor het gemiddelde niveau van midden eerste leerjaar; vervolgens komt AVI-E3 voor het gemiddelde niveau voor eind eerste leerjaar.
Voor jaargroep 3 bijvoorbeeld bestaat AVI-M3 en AVI- E3. Boeken met niveau M3 zijn boeken die een gemiddeld kind ongeveer op de helft van groep 3 kan lezen. Boeken met niveau E3 zijn boeken die een gemiddeld kind ongeveer aan het eind van groep 3 kan lezen. Niet alleen het AVI-niveau is belangrijk.
M staat voor midden. Het cijfer voor de groep (M3 staat dus voor midden groep 3).
AVI is de afkorting van Analyse van Individualiseringsvormen. Het is een systeem dat is ontwikkeld vanuit de gemiddelde leesontwikkeling van kinderen om de leesvaardigheid van kinderen te kunnen meten. Ook kan door middel van het AVI-niveau de moeilijkheidsgraad van een tekst bepaald worden.
Stel dat een boek op AVI-niveau M4 is geschreven, dan betekent het dat het kind op het niveau van medio groep 4 zit (oftewel halverwege het leerjaar). Een boek met AVI-E6 betekent 'eind groep 6'. Oftewel, dat boek is bedoeld voor een kind dat op het niveau zit van groep 6 aan het einde van het leerjaar.
De tovenaar heeft een houten been. Hoe komt dat? AVI-E5.
In groep 4 verbeteren kinderen hun technische leesvaardigheid (verklanken van woorden en zinnen). Halverwege groep 4 heeft een leerling gemiddeld AVI-niveau M4 en aan het einde van groep 4 AVI-niveau E4.
Dit zijn de AVI-niveaus voor lezen in groep 5: AVI E4, het niveau eind groep 4: begin schooljaar tot kerst. AVI M5, het niveau midden groep 5: kerst- tot zomervakantie. AVI E5, het niveau eind groep 5: rond de zomervakantie.
Het is moeilijk te bepalen welk AVI-niveau jouw kind aankan. Een AVI-niveau kan worden getoetst door testen van de CITO. Deze geven de beste indicatie van het niveau. Naast dat is ook aan de AVI-niveaus af te leiden wat het gemiddelde niveau is van een kind in elke groep van de basisschool.
Op school wordt het technisch lezen van kinderen gemeten m.b.v. een AVI toets. Het systeem bestaat uit 12 niveaus, die zijn gekoppeld aan de leerjaren in het basisonderwijs. In het midden van groep 4 is het de bedoeling dat een kind AVI M4 beheerst en aan het einde van groep 4 is E4 het streefdoel.
Bijvoorbeeld M5: dat betekent midden groep 5 niveau. Je leest dan net zo snel en moeilijk als veel kinderen halverwege groep 5.
Er zijn twee niveaus met een afwijkende naam: AVI-S (AVI-Start) en AVI-P (AVI-Plus). AVI-S is voor beginnende lezers, nog voorafgaand aan groep 3. AVI-P komt na AVI-E7 en is voor kinderen die nog beter lezen dan de kinderen uit eind groep 7. Het leesniveau heeft met de vaardigheid 'technisch lezen' te maken.
Het hoogste AVI-niveau is Plus. Dat is het niveau van kinderen die snel en zonder fouten een lastige tekst kunnen lezen. Daartussen liggen M3, E3, M4, E4, M5, E5, M6, E6, M7 en E7. 'M' staat voor 'midden' en 'E' staat voor 'eind'.
Eind groep 3 begint jouw kind al echt te lezen. Om dit goed te ondersteunen zijn kinderboeken met leesniveau AVI E3 een prima ondersteuning.
Kijk of het leesniveau op het boek zelf staat aangegeven.
In veel boeken, vooral kinderboeken, staat het leesniveau ergens in het boek aangegeven. Uiteindelijk is dit misschien wel de gemakkelijkste manier om het leesniveau van een boek te achterhalen.
Niveau 3. Je interesseert je vooral voor de inhoudelijke kant van boeken. Je leest graag over psychologische of maatschappelijke onderwerpen. Boeken vertellen je over de wereld om je heen, zetten je aan het denken of helpen je om ideeën te vormen.
Zo moet een kind in groep 3 eenvoudig logisch kunnen redeneren, veel informatie kunnen verwerken en opslaan in het geheugen en aandacht kunnen vasthouden. Ook moet het de Nederlandse taal voldoende beheersen om instructies te kunnen volgen en gedragsregels aan te leren.
Een AVI leesniveau duidt op de moeilijkheidsgraad van een tekst. Op elk moment tijdens de lagere schoolperiode leest een leerling op een bepaald AVI leesniveau. De 'M' staat voor 'midden van het schooljaar' de 'E' staat voor 'eind van het schooljaar'. Dus een gemiddelde leerling in eind groep 4 leest op het niveau E4.
Groep 3 is het derde leerjaar van de basisschool. Dit jaar volgt na de eerste twee kleuterjaren. Vooral het aanvankelijk lezen en spellen en rekenen staan in groep 3 centraal. De leerlingen leren eenvoudige sommen uit te rekenen.