Zelf adviseer ik bij hoefbevangen paarden om de aangepaste voeding te combineren met een luzerne die laag is in suikers en geen melasse bevat. Zo blijft het dier wel kauwen en speeksel aanmaken, wat belangrijk is voor een goede spijsvertering.”
Verdere tips om hoefbevangenheid te voorkomen: voer een biks of muesli die past bij het inspanningsniveau van het paard en voer ruwvoer met weinig eiwit (liefst géén kuilgras; beter hooi van 2e of latere snede).
Paarden kunnen heel goed genezen van hoefbevangenheid zonder hoefijzers maar met een goede natuurlijke bekapping, en veel, heel veel beweging. Hoe meer we interfereren met medicijnen en behandelingen, hoe moeilijker het voor hem is om zichzelf te genezen.
Daarna duurt het ongeveer een jaar voordat de schade aan het hoefweefsel uitgegroeid is. In het geval van een hoefbeenkanteling, een zinker of ernstige schade aan weefsels zoals het hoefbeen, duurt het veel langer. De schade kan zo groot zijn dat deze onomkeerbaar is.
Daardoor kan het hoefbeen in de hoef kantelen en door de zool van de hoef breken. Dit is enorm pijnlijk voor het paard. Is dit het geval, dan kan het dier meestal niet meer gered worden. Hoefbevangenheid is dan ook een zeer ernstige aandoening waarbij snelle hulp van de dierenarts geboden is.
Het zal velen verrassen, maar het antwoord hierop is JA! In 70-90% van de gevallen is de oorzaak van hoefbevangenheid endocrien, d.w.z. het heeft een hormonale oorzaak. Deze paarden zijn Insuline Resistent (IR).
Vaak blijven dieren gevoelig voor zetmeel en suiker en moet er dus voorzichtig gevoerd worden. Over het algemeen is een hooi-rantsoen zeer geschikt, omdat het relatief weinig zetmeel en suiker bevat (uitzonderingen daargelaten) en het voorziet in de broodnodige ruwe celstof.
Bij de behandeling van hoefbevangenheid is samenwerking tussen hoefsmid, dierenarts en eigenaar essentieel. In de acute fase is het zinvol om te koelen. Dit mag zelfs 24 uur achtereen tot 0 graden Celsius. Dit kan bijvoorbeeld door in een emmer/bak met smeltend ijs te zetten.
Je wilt voorkomen dat het hoefbeen gaat kantelen. Van Maurik: “In de acute fase wil je met bekappen bereiken dat het paard iets steiler op zijn hoef komt te staan en er minder trekkracht op de diepe buigpees is. Met behulp van een zachte substantie probeer ik tegendruk aan de zool te realiseren.
NSAID's zijn de meest gebruikte pijnstillende middelen bij paarden. Ze bieden overwegend perifere antinociceptie door remming van cyclo-oxygenase (COX-1 en COX-2) enzymen.
Magnesium is een van de bouwstenen van het skelet van het paard en een mineraal dat het paard elke dag nodig heeft. Maar ook de spieren hebben magnesium nodig om te kunnen ontspannen. Een magnesiumtekort komt vaak voor bij paarden en kan vervelende blessures opleveren.
Belangrijk om te weten over fenylbutazon
Fenylbutazon stilt pijn, remt ontstekingen en verlaagt koorts. Bij ernstige gewrichtsontsteking, zoals de ziekte van Bechterew en het syndroom van Reiter. De pijn wordt binnen 2 uur minder. Dit effect houdt 1 tot 2 dagen aan.
Greenguard. De Greenguard is een veel gebruikt graasmasker! Een open structuur en stevig materiaal zijn absoluut pluspunten. De mazen van dit graasmaker zijn 4,5 cm lang en 1,5 cm breed.
Dit wordt waargenomen doordat de voorzijde van het hoefbeen en de voorzijde van de hoef niet meer evenwijdig ten opzichte van elkaar lopen. Door het gewicht van het paard kan het hoefbeen zelfs ook zakken. De prognose van deze aandoening is niet goed. Er wordt hier gesproken over een chronische hoefbevangenheid.
Toediening / dosering
30 tot 50 mg acetylsalicylzuur per kg lichaamsgewicht per dag verdeeld over één of twee toedieningen per dag (over- eenkomend met 0,6 g tot 1 g product per 10 kg lichaamsgewicht per dag) gedurende 2 tot 3 dagen.
Cushing, otewel PPID, is kortgezegd een verouderingsziekte die een verstoring teweeg brengt in de hypofyse van het paard. Door deze verstoring geeft de hypofyse van de hersenen teveel hormonen af, waardoor het paard hormonaal uit balans raakt. Dit veroorzaakt onder andere de typische krullerige vacht.
Kenmerken van een gezonde straal:
“Een gezonde straal voelt aan als autoband: hard maar toch flexibel en onverslijtbaar. Het midden van de straal hoort in het midden geen diepe groeve te hebben maar een oppervlakkig kuiltje!”(paardenhoeven.info).
Een spierbevangen paard: de oorzaken
De oorzaken van spierbevangenheid worden nog steeds onderzocht, maar tot nog toe zijn er enkele oorzaken bekend van spierbevangenheid: Teveel krachtvoer (teveel suikers en zetmeel) in verhouding tot de hoeveelheid beweging. Deze variant staat vaak nog bekend als Maandagziekte.
Vermoed je dat je paard een hoefzweer heeft? Bel dan meteen je hoefsmid of dierenarts. Wacht hier niet mee, want het kan dagen duren voordat een hoefzweer zelf doorbreekt. Een hoefzweer is erg pijnlijk en het paard zal het been niet willen belasten, waardoor overbelasting van de andere benen ontstaat.
Een paard met hoefkatrolontsteking kan een één- of beiderzijdse kreupelheid vertonen. In de meerderheid van de gevallen betreft het de voorbenen. Tijdens de training zijn bijvoorbeeld wendingen, het landen na een sprong en het trainen op een hardere ondergrond vaak pijnlijk voor een paard met podotrochleose.
Een Shetlander weegt ongeveer 200 - 250 kg en heeft circa 1,5 kg ruwvoer per 100 kg lichaamsgewicht per dag nodig. Als de pony 24 uur per dag op stal staat dan zou hij ongeveer 3 - 4 kg hooi per dag nodig hebben om in de basisbehoefte te voorzien.
Bij een chronische hoefbevangenheid komt het hoefbeen los van de hoefwand. Dit houdt in dat het hoefbeen niet meer recht in de hoefschoen zit. Wanneer je tijdig ingrijpt heb je de meeste kans op een goede genezing. Schakel daarom meteen de dierenarts in als je vermoedt dat je paard hoefbevangen is.
Een volwassen paard geef je 100 gram Pavo Vital per dag, een pony heeft al genoeg aan 50 gram per dag. Om de juiste hoeveelheid goed te kunnen afmeten, zit in de emmer Pavo Vital (8) een handig maatbekertje. Daarnaast is Pavo Vital ook verkrijgbaar in een navulverpakking (8 kg) en een grootverpakking (20 kg).
De behandeling van insulineresistentie
Hiervoor is een aangepast rantsoen nodig. Bij succesvol gewichtsverlies kan de insulinegevoeligheid weer verbeteren. Ook wanneer er geen sprake is van overgewicht is een aangepast rantsoen essentieel om de risico's van te beperken en te voorkomen dat de resistentie toeneemt.