Katten moeten hun hele leven ontwormd worden. Het schema voor ontworming bij katten is als volgt: Jonge katten (kittens) worden standaard ontwormd op de leeftijd van drie, vijf en zeven weken. Daarna krijgt uw kat of kitten maandelijks een wormenkuur, tot hij zes maanden oud is.
De meeste besmette katten vertonen geen symptomen van een worminfectie, maar een zware besmetting kan leiden tot gewichtsverlies, braken of diarree, irritatie rond de anus en groeivertraging, vooral bij jonge kittens.
Wanneer uw huisdier buiten komt, komt het bijna continu in aanraking met wormen(eitjes). Via soortgenoten, ontlasting, prooidieren of vers vlees kunnen wormen bij uw huisdier naar binnen komen. Wormen kunnen ook gezondheidsklachten geven bij de mens. Het is daarom belangrijk uw huisdier regelmatig te ontwormen.
Hoe vaak je je kat het beste kunt ontwormen hangt af van een aantal factoren: de leeftijd, activiteiten en leefomgeving. Gemiddeld is dit voor een volwassen kat 4x per jaar. Heb je een kitten dan moet je vaker ontwormen, aangezien kittens al via de moedermelk besmet worden met wormen.
De kosten voor het ontwormen van een kat liggen in de meeste gevallen tussen de 10 en 20 euro. Per dierenarts kan de prijs natuurlijk verschillen.
Mensen kunnen een mens-specifieke lintworm krijgen door het eten van besmet vlees dat niet goed is bereid. Ook kunnen lintwormen van een kat of hond op de mens worden overgebracht als we bijvoorbeeld een geïnfecteerde vlo binnenkrijgen, al is dat zeer ongebruikelijk.
Hoe vaak het moet, hangt af van de omgeving waarin uw kat leeft. Bij buitenkatten (of katten die rauw vlees eten) ontwormt u 4 keer per jaar, bij binnenkatten ontwormt u 2 keer per jaar. Het advies voor volwassen katten (dat wil zeggen, ouder dan een half jaar) is afhankelijk van de omgeving waarin uw kat leeft.
Alhoewel binnenkatten in vergelijking met buitenkatten een kleiner risico lopen om zich met wormen te besmetten, kan dit wel degelijke gebeuren. Ze besmetten zich dan met wormeieren die ongemerkt met schoenen en tassen het huis zijn binnengekomen.
1x per 3 maanden ontwormen is nodig om uw kat wormenvrij en de infectiedruk van de omgeving laag te houden. De betere ontwormingsmiddelen zijn Milbemax® of Vitaminthe (pasta).
Dit betekent dat uw hond of kat na ongeveer 24 uur geen wormen meer in de darm heeft en, na ongeveer 3 dagen, geen infectieuze wormeieren meer uitscheidt. Dieren kunnen zich na de werkingsduur van het toegediende product direct opnieuw besmetten door opname van nieuwe wormeieren of larven.
Elke maand ontvlooien
Als je een vlo spot, ontvlooi dan ook een aantal maanden achter elkaar; met een pipetje ben je er vaak met vanaf. Mocht je kat een vlooienallergie hebben is het helemaal van belang de kat wel elke maand een pipet te geven; het dier heeft namelijk extra veel last van een vlooienbeet.
Zo kan je kat bijvoorbeeld diarree krijgen of gaan overgeven. Het dier kan daardoor sterk vermageren of zelfs uitdrogen. Verder kan een kat problemen krijgen aan zijn ogen of organen.
Een zieke kat verstopt zich, zwiept met de staart en trekt de oren naar achteren. Dit kunnen tekenen van stress zijn. Stress kan veroorzaakt worden door diverse ongemakken. Veranderingen van toonhoogte, volume en hoeveelheid van het miauwen kan ook wijzen op een bepaald ongemak bij de kat.
Lintwormen (Dipylidium Caninum) bij de hond en de kat zijn te herkennen aan hun platte en witte uiterlijk. Soms kunt U zien dat, als ze net uit de anus zijn gekropen, deze witte lintwormsegmentjes nog bewegen. Jeuk aan de anus is ook het meest voorkomende symptoom (sleetje rijden).
Als je ongeveer 3 á 4 maaltijden per dag aanbiedt zit je altijd goed. Het verdelen van de maaltijden over de dag zorgt ervoor dat je kat niet te snel vol raakt en dat hij niet alles in één keer naar binnen schrokt. Als je vaak weg bent kun je er ook voor kiezen om één of twee keer per dag te voeren.
Ontwormen kun je niet 'preventief' doen, maar alleen curatief. Met andere woorden: Het heeft alleen zin als ze ook echt wormen hebben. De tablet werkt zo lang als hij in het maagdarmkanaal zit (ongeveer 24-48 uur) en daarna niet meer.
Hartworm. Hartwormen (Dirofilaria immitis) komen nu alleen nog in Zuid-Europa voor, maar ze verspreiden zich steeds meer naar het noorden van Europa. Het zijn wormen die door bloedzuigende muggen worden overgedragen. Ze worden dus niet via kat op kat verspreidt.
mebendazol. Mebendazol doodt wormen, wormeieren en larven, doordat het de opname van voedingsstoffen verhindert. Het is te gebruiken bij verschillende worminfecties, zoals aarsmaden, spoelworm, zweepworm, mijnworm en (varkens)lintworm.
Besmetting met kattenziekte
Besmette dieren verspreiden het virus via de ontlasting. Een kitten kan zich besmetten door contact met een ziek dier, een net hersteld dier of een besmette (en niet ontsmette) ruimte. Het virus kan ook via de kleding en handen van verzorgers worden overgebracht.
Sommige katten ontwikkelen een zogenaamde vlooienallergie. Bij deze katten kan één vlooienbeet al leiden tot zeer ernstige jeuk- en huidklachten. Bij katten met een vlooienallergie zien we met name erge jeuk met korstjes aan de onderrug. Vlooien planten zich zeer snel voort.
Soms kunnen buik- en darmklachten en diarree ontstaan. Mensen kunnen ook besmet raken met lintwormen, waarbij bepaalde soorten ook zeer ernstige ziekteverschijnselen kunnen geven. Je kunt de lintwormeitjes soms uit de anus van de kat zien kruipen, deze lijken op rijstkorrels. Een erg vies gezicht wanneer dit gebeurt.
Met een wormmiddel worden de op dat moment aanwezige wormen, eitjes en/of larven gedood. Enkele dagen na de behandeling kan je hond of kat dus opnieuw besmet raken. Door dieren te ontwormen volgens het behandeladvies wordt voorkomen dat een besmetting problematisch wordt.
De maandelijkse kosten liggen tussen 20 en 60 euro, afhankelijk van het gekozen voer en de kattenbakvulling. Hou ook rekening met de periodieke kosten voor ontworming en vaccinatie. Als de kat ziek wordt of speciaal voer nodig heeft, dan kunnen de kosten hoger oplopen.
Ervan uitgaand dat een kat de vijftien jaar haalt en rekening houdend met 2 procent inflatie per jaar komen de kosten hiermee uit op 10.642,45 euro per kattenleven.