In tegenstelling tot sommige andere vogels, blijven de baby's weken lang in hun nest wonen voor ze het nest verlaten. In die tijd eten ze voornamelijk wormen en insecten die hun ouders meebrengen. Grotere dieren, zoals muizen, passen simpelweg niet in de kleine bekjes van baby ooievaars.
Voedsel. Het voedsel van de ooievaar is gevarieerd: het bestaat uit kikkers, muizen, mollen en insecten en wordt vooral gezocht in weilanden en hooilanden. Maar ze eten ook hagedissen, regenwormen, jonge vogels, aas en afval.
Veel mensen denken dat ooievaars nogal wat kuikens van weidevogels eten. Maar uit onderzoek van braakballen van ooievaars blijkt dat ze veel regenwormen, kevers en emelten eten en daarnaast ook muizen en een enkele keer een mol.
Een paar zonder jongen eet ca. 141,7 kg gedurende 130 dagen. Een jonge ooievaar krijgt vanaf het moment van uitkomen tot aan de eerste vlucht 43,3 kg voedsel aangeboden. Na het uitvliegen, krijgt het nog de volgende 10 dagen totaal 3 kg voer en vangt het zelf ook nog eens 2,5 kg.
Alhoewel dat even schrikken is om te zien, is dat geen afwijkend gedrag. Ooievaars eten vlees (ooievaars die worden bijgevoerd krijgen vaak dode kuikens van kippen) en zodra het jong overleden is, zien de ouders er alleen nog een stukje voedsel in. We zien dit gedrag bij veel andere vogels.
Indien het eerste vrouwtje toch nog opdaagt, eist ze meestal na veel geruzie haar partner en haar nest gewoon weer op. Wanneer het nest en de partner vastliggen, wordt er gebroed. Er worden 3 tot 5 eieren gelegd, die op zo'n 33 dagen worden uitgebroed. Vaak komen de eieren, met tussenpozen van 1 tot 2 dagen uit.
De broedtijd is circa 32 dagen, maar omdat er vanaf het 2e ei wordt gebroed rekent 5 weken het makkelijkst. Doordat de eieren met tussenposen zijn gelegd, worden de jongen ook met een klein verschil geboren. Hierdoor is er bij grote broedsels vaak een behoorlijk verschil in grootte tussen het oudste en jongste jong.
Zo begroeten ze elkaar. De kop achterover leggen versterkt het geluid en is het in de verte hoorbaar. Als er dreiging is van andere ooievaars, klepperen ze ook en maken ze zich breed door de vleugels te spreiden tijdens het klepperen.
De spanwijdte – dat is de afstand van vleugeltip tot vleugeltip – van een volwassen ooievaar kan 2.50 meter bedragen. Ooievaars kunnen vrij oud worden. De leeftijd van ruim 30 jaar komt voor. De gebieden waarin de ooievaar broedt, liggen in heel Europa, het Midden-Oosten, West- en Centraal-Azië en Noordwest-Afrika.
De ooievaarsnest kunt u het beste plaatsen vlakbij een fouragegebied. Vaak is dat een weiland met muizen, kikkers, mollen, wormen, insecten en torretjes. Het nest moet een doorsnede hebben van Ø1,30m tot Ø1,35m en hij moet waterdoorlatend zijn. Dit om te voorkomen dat de jongen bij een hoosbui verdrinken.
De 100 dagen van de ooievaar ...
Als het broeden begint, meestal na het tweede ei, dan duurt het nog ongeveer 33 dagen voordat de eerste eieren uitkomen. Daarna duurt het 9 tot 10 weken voordat de jongen uitvliegen. Alles bij elkaar zo'n 100 dagen ... In de eerste helft van augustus gaan de jongen op trek.
Ooievaar zou letterlijk vertaald, samengesteld zijn uit de woorden 'uda' en 'faran', wat 'moerasganger' of 'loper in drassige weiden' betekent. Een andere verklaring kan komen uit het Oudhoogduits, namelijk 'odobero', dat staat voor 'geluksbrenger' en 'schatdrager'.
Te netjes Ooievaars hebben weinig natuurlijke vijanden. Jonge ooie- vaars op het nest lopen wel gevaar om van het nest geplukt te worden door roofvogels. Als er een roofvogel in de buurt komt, hebben de jongen een trucje: ze drukken zich plat op het nest en houden zich dood.
Spirituele Betekenis Ooievaar
Niet per se, maar de ooievaar heeft zeker te maken met een nieuw begin. De geboorte van de nieuwe jij bijvoorbeeld, die veel meer plezier in het leven heeft. Het kan ook te maken hebben met een reis, nieuwe inzichten, een studie, hobby of een andere baan.
Voor de plaatsing van een nest is vaak een bouwvergunning of minstens meldingsplicht bij de gemeente nodig. Dit verschilt per gemeente. In geval van plaatsing van een nest in de uiterwaarden van een rivier is, ook op particulier terrein, soms een vergunning van Rijkswaterstaat nodig.
Over de Ooievaarspas
De Ooievaarspas biedt korting op allerlei activiteiten op het gebied van sport, cultuur, contributie, lidmaatschap en entree. De Ooievaarspas is voor inwoners van Den Haag, Leidschendam-Voorburg en Rijswijk met een laag inkomen.
De ooievaar bewijst zijn nut door het eten van insecten, muizen, mollen en slakken. In Nederland heeft de ooievaar nauwelijks natuurlijk vijanden. maar in Zuid-Europa wordt hij belaagd door onder andere monniksgieren en arenden. In Afrika zijn wilde roofdieren zijn natuurlijke vijanden.
Volgens een andere mythologie, de Egyptische mythologie, werd de ziel van een mens in verband gebracht met een ooievaar. Dit was vaak een ooievaar met een menselijk hoofd. Door de jaarlijkse trek van de ooievaars dachten de Egyptenaren dat de terugkeer van de ooievaar de terugkeer van een ziel betekende.
Op warme, heldere dagen zie je regelmatig ooievaars hoog in de lucht rondjes draaien zonder één vleugelslag. Ze maken dan gebruik van thermiek, opwaartse stromingen die ontstaan waar luchtlagen warm worden boven (door zonnestralen) opgewarmd terrein.
Vogels slapen op grote voet
Je ziet het vaak bij reigers en ooievaars, maar ook veel kleinere vogels slapen met één poot ingetrokken. Rechtop staan is een kwestie van je zwaartepunt boven je steunvlak te balanceren.
Een ooievaar heeft zwemvliezen tussen zijn tenen. Daardoor kan hij in het gebied rondlopen.
Voor veel vogels betekent dat verzamelen, opvetten en wegwezen. Ze trekken naar warmere gebieden in Europa, of zelfs Afrika. De ooievaar is van nature een trekvogel. Sommige Hollandse ooievaars trekken zelfs door naar Zuid-Afrika.
mos. Bouwden ooievaars oorspronkelijk hun nest gewoon in bomen, de afgelopen eeuwen zien we dat ze vooral ook gebruik maken van daken, torens en vooral veel paalnesten die de mensen speciaal voor de ooievaars plaatsen.
Nederlandse ooievaars overwinteren hoofdzakelijk in Zuid-Europa en West-Afrika. Open vuilstortplaatsen in Midden- en Zuid-Spanje worden bezocht vanwege het ruime voedselaanbod, in de vorm van voedselafval, insecten en muizen en ratten.