Baby's van 4 à 6 maanden drinken gemiddeld nog 5 à 7 flessen. Gaat de eerste vaste voeding goed, dan kan je de tweede vaste voeding starten. In het begin geef je er nadien ook nog wat melkvoeding bij. De hoeveelheid van een volledige fruitpap en groentepap is ongeveer 150g à 200g.
Richtlijn hoeveelheid per dag: 150 ml x gewicht in kg. Als je baby hieraan toe is: 1 à 2 keer per dag een paar lepeltjes vast voedsel (goed geprakt). Voorbeeld flesvoeding: je baby weegt 6,5 kg. Hij heeft ongeveer 6,5 x 150 ml = 975 ml flesvoeding per dag nodig.
Voor een kindje tot 3 maanden oud wordt er uitgegaan van 130 ml, tot 4 maanden van 120 ml en tot 5 maanden van 110 ml. Bij kindjes van 6 maanden of ouder die volledig of met name borstvoeding krijgen, wordt er uitgegaan van 100 ml per kilogram.
Baby's van 5 maanden
De oefenhapjes worden langzaam groter, maar vervangen de melkvoedingen nog niet. Borstvoeding geeft u op verzoek of om de vier uur. Ook bij flesvoeding kunt u kiezen voor voeden op verzoek of ongeveer om de vier uur. Mocht u behoefte hebben aan meer houvast, kunt u onderstaand schema gebruiken.
Let op: na 6 maanden kan je baby wakker maken voor deze voeding juist een averechts effect hebben. Wanneer je baby dan goed (door)slaapt is ons advies om tussen de 4 en 6 maanden de nachtvoeding van 22:30 geleidelijk af te bouwen.
Slaapritme baby 5 maanden
Meestal gaan baby's van deze leeftijd tussen 18.00-20.00 naar bed. Het is ook belangrijk om een 'wakker moment' in de ochtend tussen 6.00-7.30 uur te hebben.
Medisch gezien betekent doorslapen dat je baby van 4 à 5 maanden oud zo'n vijf tot zes uur achter elkaar slaapt. Dit is vaak van 0.00 uur tot 5.00 uur aan een stuk. Bij de meeste baby's van deze leeftijd is dit het geval.
Rond deze leeftijd heeft je kindje min of meer zijn geboortegewicht verdubbeld. En hij zal deze maand nog zo'n 700 g aankomen. Hij weegt nu tussen de 5,5 kg en 8,5 kg. Je baby zal gemiddeld 2 cm groeien.
In de eerste 6 maanden krijgt je baby genoeg vocht uit de melkvoeding. Hij heeft geen extra water nodig. Vanaf 6 maanden stap je langzaam over van borstvoeding of flesvoeding naar vast voedsel. Dan kun je ook andere drankjes aanbieden, zoals water of lauwe (vruchten)thee zonder suiker.
Eigenlijk is al het fruit geschikt voor baby's. Wel houden ze vaak van zachte, zoete smaken zoals banaan, peer, appel, meloen, avocado en mango. Later kun je ook wat zuurder fruit proberen zoals kiwi's, pruimen, nectarines, aardbeien, bosbessen, mandarijn, sinaasappel en ontpitte en ontvelde druiven.
Droomvoeding is de voeding die je aan je baby geeft rond het moment dat jij gaat slapen. Normaal gaat het vaak zo: je baby drinkt om 19.00 – 20.00 uur de laatste fles van de avond.
Krijgt je kleintje ook vaste voeding, hou dan goed in de gaten dat je schat deze aanbevolen hoeveelheden water of melk binnen krijgt: 130 – 150 ml / kg / dag tot 4 maanden. 120 – 130 ml / kg / dag tussen 4 en 8 maanden. 100 – 110 ml / kg / dag tussen 8 en 12 maanden.
Vaak gaat een overproductie gepaard met een sterke melkstroom. De baby kan veel lucht binnenkrijgen, zich verslikken en kokhalzen tijdens de voeding. Ook kan er sprake zijn van een onbalans in de lactose-vetverhouding, waardoor de baby meer last kan krijgen van krampen en waterig groene ontlasting heeft.
Diksap is veel geconcentreerder dan siroop waardoor je dus minder nodig hebt. Minder concentraat geeft minder suikers en dat maakt diksap een verantwoord en natuurlijk alternatief voor siroop.
Deze slaapregressie bij een baby van 5 maanden heeft vaak te maken met de fysieke en mentale ontwikkelingen die je kleinetje doormaakt. De meest baby's komen rond de 4,8,12,18 en 24 maanden in een tijdelijke slaapregressie maar omdat alle baby's anders zijn kunnen deze slaapregressies ook wat eerder of later ontstaan.
Start met enkele lepeltjes groentepap. Gaat het goed, voer de hoeveelheid dan langzaam op tot gemiddeld 150 gram. Tegen de leeftijd van 1 jaar neemt dit toe tot 250 à 300 gram. De ideale verhouding is: 2/3 groenten en 1/3 aardappelen, deegwaren of witte rijst.
Waarom geen water? Baby's hebben, tot ze 6 maanden zijn, naast borstvoeding geen ander drinken nodig. Geef je je kind wel water, dan is de kans groot dat het daardoor minder moedermelk drinkt. Jouw melk zit vol met voedingsstoffen die je baby nodig heeft.
Het is dus het beste om je kind uit een gewone, open beker of open oefenbeker te laten drinken. Met een open drinkbeker leert hij de vloeistof aan te zuigen en kan hij beter inschatten wanneer hij z'n mond dicht moet doen tijdens het drinken, om verslikken te voorkomen. Op deze manier leert hij goed doseren.
Je baby kan iets vroeger dorst krijgen en wat meer of vaker willen drinken. Geef dus gerust een extra flesje. Het kan ook dat je baby vaker kleine flesjes wil drinken. Net zoals je zelf op een warme dag graag een extra slokje van je waterfles neemt, heeft ook je baby nu andere drinkbehoeften.
Na vijf of zes maanden lukt het baby's soms om even rechtop te zitten. Maar je moet je baby nog altijd blijven ondersteunen.
Geef je baby de kans om zichzelf te vermaken, wissel samen spelen af met alleen spelen. Vanaf een maand of zes is alles wat rinkelt en rammelt mooi speelgoed. Ook een (plastic) babyspiegel is leuk. Communicatie blijft erg belangrijk: gekke gezichten trekken, samen in de spiegel kijken, praten, zingen, etc.
Omrollen, bouncen en grijpen (vooral jouw haar) krijgt hij deze maand onder de knie. Ook kan je kindje steeds beter met jou communiceren. Met anderen doet hij dat liever wat minder, want de eerste tekenen van eenkennigheid kunnen deze maand tot uiting komen.
Een wipstoeltje kun je gebruiken vanaf dat je baby een paar weken oud is tot zo'n 6 tot 9 maanden, op het stoeltje staat tot welk gewicht je hem kunt gebruiken.
Wist je dat baby's en peuters het beste in slaap vallen tussen 18:00 en 20:00? Hun lichaam is hiervoor natuurlijk geprogrammeerd. In de namiddag zal het lichaam van je kindje zich automatisch klaar gaan maken om tussen deze tijden te gaan slapen.