Iemand die op de fiets naar het werk gaat, zal merken dat zijn benen slanker en strakker worden. Een regelmatige fietser zal zijn belangrijkste beenspieren meer ontwikkeld zien: bilspieren, kuiten en quadriceps vooral; adductoren, hamstrings en soleus iets minder.
Fietsen is goed om vele ziektes te voorkomen
Met fietsen verklein je de kans op diabetes type 2 en hart- en vaatziekten. Daarnaast heeft fietsen een positief effect op je bloed. De samenstelling van je bloed verandert en door de beweging van het fietsen en je verhoogde hartslag gaat het sneller stromen.
Buikspieren
Naast je onderlichaam, gebruik je tijdens het fietsen ook je bovenlichaam. De buikspieren bijvoorbeeld. Deze ondersteunen het maken van de trapbeweging. Daarnaast zorgen ze voor een stabiele houding op de fiets en voor meer evenwicht.
Tijdens het fietsen train je vooral je been- en bilspieren. Hieronder vallen je hamstrings, quadriceps, kuitspieren en scheenbeenspieren. Je krijgt er dus een optimaal onderlichaam van! Ben je benieuwd hoe en wanneer je deze aparte spieren het hardst traint?
'Normaal gesproken is fietsen vooral goed voor je dijen - de quadriceps en de hamstrings - maar niet echt voor de bilspieren,' zegt hij. Er zijn uitzonderingen. 'Sprinters gebruiken de bilspieren om te accelereren. Klimmers gebruiken ze als ze uit het zadel komen.
Zwemmen is samen met krachttraining een van de beste sporten voor een strakker lichaam. Door regelmatig te zwemmen heb je namelijk de ideale combinatie te pakken van kracht en duursport. Enerzijds verbrandt je met zwemmen veel calorieën en je bouwt er ook nog eens conditie mee op.
Het is slim om twee tot drie keer per week te fietsen om zo goed mogelijk aan het fietsen te wennen. Met één keer fietsen per week zal het heel lang duren voordat je conditie opbouwt.
Ga eens naar de sportschool en doe wat squats, deadlifts, lunges en sprint oefeningen. Deze compound oefeningen zorgen ervoor dat je meerdere spieren gebruikt om de beweging uit te voeren. Dit is hetzelfde als bij een sprint op de fiets. Hierbij gebruik je zo goed als elke spier in je benen plus buik bijvoorbeeld.
Door regelmatig te fietsen zorg je er bovendien voor dat je hart ook in rusttoestand gezonder is. Het is bewezen dat het risico op hart- en vaatziektes gevoelig daalt als je regelmatig (2,5 uur per week) beweegt. En met elke dag twintig minuutjes op de fiets kom je daar al bijna aan.
Niet het belasten van de rug veroorzaakt pijn, maar het stilzitten. 'Hoe meer je beweegt, hoe minder last,' zegt manueel geneeskundige Leo van Deursen. Hij onderzocht pijn bij rugpatiënten en promoveerde hierop. Van Deursen concludeert dat patiënten met lage rugpijn het beste kunnen fietsen.
Met 1 uur rustig wandelen verbrand je evenveel calorieën als met een rustige fietstocht van 1 uur. Als je de snelheid opvoert, blijkt de fiets het toch te winnen. Een uur fietsen op redelijk tempo levert je maar liefst 150 extra verbrande calorieën op in vergelijking met een stevige wandeling.
Om 1 kilogram te verliezen, moet je ongeveer 7.000 calorieën kwijtspelen. Dat doe je door meer calorieën te verbranden dan je opneemt. Stel: je weegt 60 kg en wilt graag een halve kilo per week afvallen. Je fietst drie keer per week een uur lang aan 18 kilometer per uur.
Caloriëen verbranden met fietsen
Met een lichaamsgewicht van 70 kilo verbrand je 280 calorieën als je één uur fietst. Verhoog je je tempo naar 18 tot 20 kilometer per uur, dan verbrand je ongeveer 500 calorieën per uur.
Heb je last van zware benen ? Fietsen helpt je klachten te verminderen doordat het trappen zelf de plaatselijke bloedsomloop aanzwengelt. Fietsen heeft ook een positief effect op je figuur: je krijgt er krachtige beenspieren, strakke kuiten, slanke enkels en mooie dijen van.
Fietsen kan je knieën zowaar goeddoen
Fietsen is een vorm van low-impact beweging, wat betekent dat je gewichtdragende gewrichten er minder door worden belast. Niet alleen je knieën zijn zulke gewrichten, maar ook je heupen en voeten. Bovendien kan fietsen pijn en stijfheid in bepaalde gewrichten helpen verminderen.
Om 10 km af te leggen op je fiets heb je onder normale omstandigheden 35 minuten nodig. Met wind tegen doe je over 10 km ongeveer 40 minuten, en met wind mee ongeveer 32 minuten. Op een elektrische fiets doe je 24 minuten over 10 km.
Met fietsen verbrand je evenveel calorieën
Volgens Harvard Health verbrandt een persoon van 70 kilo die zo'n 8 kilometer per uur hardloopt evenveel als die zo'n 19 kilometer per uur fietst: ongeveer 288 calorieën per sessie van 30 minuten. Zoals gezegd, hoe intensiever je fietst hoe meer calorieën je verbrandt.
Indien je 5 of meer dagen per week 30 min tot 1 uur per dag fietst, wordt je lichaam sterker en is het beter in staat virussen en griep af te weren. Uit diverse onderzoeken blijkt bijvoorbeeld dat mensen die dagelijks naar het werk fietsen veel minder vaak ziek zijn.
Denk aan volkorenpasta, quinoa, volkorenrijst, bananen, sinaasappels, ontbijtkoek, zoet beleg en volkorenbrood. Zorg ook voor voldoende eiwitten na het wielrennen. Deze spelen een rol bij opbouw en herstel van je spieren.
Wielrenners hebben wel degelijk baat bij krachttraining omdat ze hiermee hun spieren versterken en beter en gemakkelijker in staat zijn om het pedaal weg te trappen en op te trekken. Als je meer spierkracht hebt, is het makkelijker om een fietsbeweging te maken omdat je daar dan minder energie voor nodig hebt.
Trainingsschema voor je benen.
Het is de bedoeling dat je minimaal 3 x per week traint en elke trainingsdag een spiergroep traint. Probeer een gewicht te gebruiken die niet te licht is maar ook niet te zwaar en probeer om de 2 weken het gewicht te verhogen.
Als je al fietsend je conditie wilt verbeteren, is het aan te raden te beginnen met drie korte ritten in de week, van ongeveer 40 minuten. Dit kun je langzaam uitbouwen, tot je maar liefst vijf tot zeven keer per week in het zadel zit.
Met name de quadriceps (de 'druppel', voor op je been) en hamstrings hebben bij een wielrenner aardig wat groeipotentie. Maar die groei blijft natuurlijk beperkt zolang je alleen maar fietst, en de weerstand niet verder oploopt.
Fiets 1 minuut zo hard mogelijk met je hartslag in D4. Neem 9 minuten rust en herhaal. Sprint 15 seconden, rust 1 minuut uit, sprint weer 15 seconden, en herhaal dit een paar keer. Trek 10 keer achter elkaar een sprintje van 10 seconden, met steeds 5 minuten rust.