Armoede heeft vergaande gevolgen voor iemand zijn leven. Armoede zorgt bijvoorbeeld voor minder kans op een opleiding, heeft betrekking op je woonsituatie en je gezondheid.Schaamte, sociaal isolement, eenzaamheid, stress en depressies kunnen een gevolg zijn van armoede.
De armoede uit zich onder meer in (zeer) beperkte financiële middelen, sociale uitsluiting, gezondheidsproblematiek en beperkte toegang tot onderwijs. In 2020 leefden ruim 900.000 mensen in een huishouden onder de lage-inkomensgrens, van wie 376.000 al ten minste vier jaar achtereen.
Mensen uit een huishouden met een inkomen onder de armoedegrens leven gemiddeld ongeveer 5 jaar korter dan mensen met een hoger inkomen. Het verschil in gezonde levensjaren bedraagt zelfs 14 jaar.
Mensen in armoede ervaren problemen op verschillende levensdomeinen. Ze hebben een laag inkomen, zijn laaggeschoold en staan zwak op de arbeidsmarkt, wonen in slechte omstandigheden, hebben lichamelijke of psychosomatische klachten, kennen conflictueuze sociale relaties.
Armoede kan zorgen voor een slechtere hersenontwikkeling, waaronder een slechtere emotieregulatie. Dat geldt vooral voor kinderen van ouders die behalve met armoede nog te maken hebben met andere problemen die stress geven. Kinderen uit arme gezinnen hebben vaak een minder voorspoedige schoolloopbaan.
Denk bijvoorbeeld bij kinderen aan: Een slechte persoonlijke verzorging. Gedrags- en ontwikkelingsproblemen, zoals bijvoorbeeld concentratieproblemen. Een stille of teruggetrokken houding of juist een kort lontje.
Armoede of pauperisme is volgens de definitie van de Verenigde Naties het niet kunnen voorzien in de primaire levensbehoeften, noodzakelijk om een menswaardig bestaan te kunnen leiden. Primaire levensbehoeften zijn schoon en drinkbaar water, voedsel, kleding, huisvesting en gezondheidszorg.
Volwassenen die leven met geldzorgen, schulden of armoede hebben vaker chronische stress, een ongezonde leefstijl of chronische ziekten zoals diabetes en hart- en vaatziekten. Ook psychsociale problemen of opvoedproblemen komen vaker voor.
Dit is de buitenkant van armoede of de 'zichtbare' kant. Daarmee verbonden, maar minder zichtbaar - als we kijken naar de gevoelens, gedachten en gedragingen die een leven in armoede met zich meebrengt, de invloed op iemands zelfbeeld en zelfvertrouwen - spreken we over de binnenkant van armoede.
Armoede die voor de samenleving niet goed zichtbaar is en die veelal veroorzaakt wordt doordat mensen niet of onvoldoende gebruikmaken van inkomensondersteunende voorzieningen.
Rotterdam is de armste stad van Nederland. Bijna een vijfde van de Rotterdammers (18,7%) leeft onder de armoedegrens. Ook in Amsterdam (18,2%) en Den Haag (16,6%) wonen verhoudingsgewijs veel armen. In de top 10 staan verder middelgrote steden van buiten de Randstad zoals Enschede, Groningen, Leeuwarden en Arnhem.
Een laag inkomen is een inkomen dat niet hoger is dan 120% van het sociaal minimum. Dit houdt in dat de maximale netto bedragen per huishouden als volgt zijn: Voor alleenstaanden of alleenstaande ouders van 21 jaar en ouder is het maximale nettobedrag € 1322,18 per maand (inclusief vakantietoeslag);
Armoede wereldwijd
Je bent 'extreem' arm als je minder dan 1 dollar 90 per dag verdient. Of zoals de VN het omschreef: "extreme armoede is een enorm gebrek aan basisbehoeften. Geen (of nauwelijks) toegang tot eten, veilig drinkwater, sanitair, gezondheidsvoorzieningen, onderdak, onderwijs en informatie."
Armoede heeft vergaande gevolgen voor iemand zijn leven. Armoede zorgt bijvoorbeeld voor minder kans op een opleiding, heeft betrekking op je woonsituatie en je gezondheid. Schaamte, sociaal isolement, eenzaamheid, stress en depressies kunnen een gevolg zijn van armoede.
Bij generatie-armoede is in één familie bij meerdere opeenvolgende generaties sprake van uitsluiting, op financieel, sociaal of ander gebied. In de Veenkoloniën komt generatie-armoede relatief vaak voor.
Onder 'structurele armoede' verstaan we niet alleen persistente armoede, maar we verwijzen ook naar de structurele processen die armoede (op korte of lange termijn) beïnvloeden: onderwijs, beleid inzake sociale protectie en arbeidsintegratie.
Rotterdam had het hoogste aandeel arme inwoners (10,9%), direct gevolgd door Amsterdam (10,5%) en Den Haag (10,3%). Deze hoge armoedepercentages hangen samen met de bevolkingssamenstelling in de drie steden.
Die lage-inkomensgrens, vaak ook de armoedegrens genoemd, was vorig jaar 1090 euro netto voor een alleenstaande, 1530 euro voor een koppel zonder kinderen en 2080 euro voor een koppel met twee kinderen. De bedragen worden ieder jaar aangepast aan prijsstijgingen.
In 2019 maakte 6,2 procent van de Nederlandse bevolking deel uit van een huishouden met een inkomen onder de lage-inkomensgrens en liep aldus risico op armoede. Dat is iets minder dan in de twee voorgaande jaren, toen 6,3 procent van de bevolking van een laag inkomen moest rondkomen.
Definitie armoede
Het SCP gebruikt voor het definiëren van het begrip armoede een zogeheten -niet-veel-maar-toereikendbudget. Zit je daaronder, dan word je als arm persoon beschouwd. Het budget bedraagt voor alleenstaanden 1135 euro per maand, een stel zonder kinderen 1555 euro en voor stellen met één kind 1850 euro.
Armste landen ter wereld
De meeste ontwikkelingslanden bevinden zich Zuid- en Midden-Amerika, Afrika en Azië. De allerarmste landen bevinden zich in Afrika: Centraal-Afrikaanse Republiek, Zuid-Soedan, DR Congo en Burundi behoren tot de armste landen ter wereld.
Koen de Clercq van Build and Thrive schat in dat je in Nederland minimaal 1400 euro per persoon per maand te besteden moet hebben om enigszins comfortabel je uitgaven van te kunnen betalen. Met samenwonen (als koppel) zou ik zeggen +1000 euro en per thuiswonend kind minimaal +500 euro.