Een verdrijvingsvlak bestaat uit diagonale strepen of een witte driehoek. Het is niet toegestaan te rijden op een verdrijvingsvlak. Boete € 250,-. Bestuurders moeten altijd stoppen vóór een voor hen bestemde stopstreep.
Richting gevarendriehoek
U plaatst de driehoek op de weg, in de richting van het verkeer waarvoor uw voertuig gevaar oplevert. De gevarendriehoek moet goed zichtbaar zijn voor het verkeer.
Deze driehoeken wijzen in de richting van een bluswatervoorziening zoals een brandkraan of brandput. De brandweer gebruikt deze bluswatervoorzieningen bij het blussen van branden. Door de herkenbare gele driehoeken op het wegdek kan de brandweer gemakkelijk en snel een bluswatervoorziening vinden.
Een dubbele witte middenstreep met groen ertussen (100km/u), dubbele witte streep zonder groen ertussen (80km/u), ontbrekende middenstreep (80km/u) of onderbroken kantstreep zonder middenstreep (60km/u) geeft de toegestane maximumsnelheid op die weg aan.
Stop en verleen voorrang aan bestuurders op de kruisende weg. Bij dit bord moet je niet alleen voorrang verlenen, maar ook altijd stoppen voordat je de kruisende weg oversteekt of opdraait. Als er een stopstreep is getekend op de weg (in de dwarsrichting), moet je voor die stopstreep stoppen.
Wanneer het verkeersbord op een hindernis geplaatst is, betekent het dat langs de door de pijl aangeduide richting moet voorbijgereden worden. Verplichting de door de pijl aangeduide richting te volgen. De plaatsgesteldheid bepaalt de stand van de pijl.
Waar de witte strepen langs de groene ononderbroken zijn, mag u niet inhalen; u mag alleen inhalen op die plaatsen waar de witte strepen naast de groene streep onderbroken zijn. De doorgetrokken witte strepen aan de zijkant van de weg geven aan dat u van rechts en links geen verkeer hoeft te verwachten.
Soorten strepen op de weg
dubbele witte middenstrepen met groene kleur ertussen: 100 kilometer per uur; dubbele witte middenstrepen zonder groene kleur: 80 kilometer per uur; geen middenstreep: 80 kilometer per uur, behalve als er langs de weg een bord staat met 60 kilometer per uur.
Om je te waarschuwen voor een gevaarlijk punt worden soms zigzag-strepen op het wegdek aangebracht. Dit kan zijn een voetgangersoversteekplaats, gevaarlijk kruispunt of een ander gevaarlijk punt.
Hoe zie ik hoe hard ik mag rijden? Verkeersborden langs of boven de weg geven de maximumsnelheid aan. Houd de borden in de gaten als je wilt weten hoe hard je ergens mag. Omdat de maximumsnelheid in de avond en nacht hoger is dan overdag, hebben veel borden een zogeheten tijdvenster.
Dit lampje met een uitroepteken in een driehoek gaat branden als er een defect is met een elektrisch onderdeel in de auto. De auto wordt beperkt bruikbaar, of kan zelfs helemaal niet meer functioneren. Als dit lampje gaat branden moet er (als mogelijk) direct naar een garage gereden worden.
Het gele driehoekje op je dashboard geeft aan dat er iets mis is met de auto. Derhalve is het raadzaam de auto naar de monteur te brengen of de ANWB te bellen als dit branden niet ophoudt. Het kan om een storing gaan of om een foutmelding van iets wat bij openen van de motorkap niet zichtbaar is.
Als je haaientanden verkeer ziet betekent het dat je voorrang moet verlenen aan het verkeer op de kruisende weg. En dit geldt alleen voor bestuurders. voetgangers voorrang regels zijn anders, zij behoren niet tot bestuurders. Je ziet vaak genoeg ook een verkeersbord voor de haaientanden.
Een bebouwde kom kenmerkt zich namelijk door langs de weg gelegen bebouwing van zodanige omvang en dichtheid dat een duidelijk verschil in wegkenmerken benadrukt wordt. Uit de algemene regels van een bebouwde kom komt voort dat de toegestane snelheid binnen de bebouwde kom 50 km/h is, tenzij anders aangegeven.
Als lengtemarkering als vorm van deelstreep om een uitrijstrook, invoegstrook, voorsorteerstrook of weefvak mee aan te duiden.
Gele streep op de stoeprand
Is de lijn onderbroken, dan mag je hier niet parkeren. Is de lijn doorgetrokken, dan is zelfs stilstaan verboden. Net als laden en lossen of even snel uitstappen.
Een groene streep op de weg geeft aan dat de maximumsnelheid hier 100km/u is. De brede groene middenstreep maakt je extra alert op het gevaar van inhalen. Een groene streep op de weg met een onderbroken lijn geeft aan dat je op de weg wel mag inhalen. Aan de strepen kun je zien hoe hard je mag rijden.
Als aan de kant van de rijbaan een gele onderbroken streep is aangebracht, dan mag u langs die zijde van de rijbaan niet parkeren. Stilstaan mag wel. U mag wel stilstaan om te laden of te lossen of om een passagier te laten in- of uitstappen.
Maximumsnelheid: 100 of 80 kilometer per uur
Let wel: de borden zijn maatgevend! De dubbele asstreep houdt het tegemoetkomend verkeer iets verder uit elkaar. Dat is beter voor de veiligheid. Is de streep onderbroken, dan mag je inhalen.
Je mag hier niet sneller rijden dan 70 km/h. Deze maximumsnelheid geldt voor een weg binnen de bebouwde kom met een verkeersfunctie. De kruisingen zijn altijd vormgegeven met verkeerslichten. Rijd niet sneller dan 70 km/h, ondanks dat u hier twee rijbanen per richting heeft en u gevoelsmatig sneller kunt rijden.
Provinciale wegen hebben over het algemeen de nummers 175 en hoger en kunnen zowel N- als A-wegen zijn. De nummers 1 t/m 174 zijn gereserveerd voor interprovinciale wegen. 175 t/m 399 zijn voor de provinciale wegen.
Wegmarkering is het geheel aan tekens die op het wegdek staan aangegeven en het verkeer door middel van de visuele informatie geleiden. Wegmarkering omvat onder meer pijlen, strepen, doorgetrokken en onderbroken lijnen, haaientanden.
50 km/h is de standaard binnen de bebouwde kom. Zoals aangegeven merk je dat aan het plaatsnaambord dat je voorbij rijdt. De rijbaan wordt vaak aangegeven door middel van een onderbroken of doorgetrokken streep tussen jou en de tegenligger.
De officiële betekenis bij dit bord luidt alsvolgt: 'verbod voor bestuurders door te gaan bij nadering van verkeer uit tegengestelde richting'.