Je kunt bespreken en opschrijven wat je wel en niet wilt in de laatste dagen/weken van je leven. Bijvoorbeeld welke behandelingen je wel of juist niet wilt en wie je wettelijk vertegenwoordiger is. Zo bepaal jij zelf welke zorg je tijdens de laatste fase van je leven krijgt. Een wilsverklaring is hierbij belangrijk.
Het is belangrijk om iemand die stervende is te voorzien van troost en steun. Je kunt iets zeggen als: “Ik ben hier voor je” of “Je bent niet alleen, ik zal aan je zijde zijn”. Je kunt ook herinneringen delen of vertellen wat die persoon voor jou betekent.
Zeg tegen uw dierbare dat u het verschrikkelijk vindt en u met hem / haar meeleeft. Wens hem / haar alle kracht toe die hij /zij nodig heeft. Geef bovendien aan dat u er altijd voor hem / haar bent en dat hij / zij altijd op uw steun kan vertrouwen en hulp aan u kan vragen. N.B. Als u dit zegt, maak het dan ook waar.
Vertel gewoon wat je die week hebt gedaan. Onthoud dat de ander meer is dan alleen zijn of haar ziekte. Praat ook nog wat over andere interesses, of vraag advies over zaken waar de ander veel verstand van heeft. Behandel die zieke niet alsof hij of zij zielig is.
Pijn komt voor bij 45% van de patiënten met kanker in de laatste 1-2 weken voor het overlijden (Teunissen 2007).
Veelvoorkomende lichamelijke klachten van mensen met kanker in de terminale fase zijn pijn, misselijkheid/braken, vermoeidheid, anorexie (gebrek aan eetlust) en obstipatie. Pijn komt bij 70-90 procent van de kankerpatiënten voor, anorexie bij 40-80 procent.
Meestal zijn de ogen halfopen en hebben ze een doffe en waterige uitstraling. Dit wordt veroorzaakt doordat de stervende niet in staat is om de ogen volledig te sluiten. Het resultaat is een starende blik die vaak wordt geassocieerd met het naderende einde van het leven.
Mensen die sterven, hebben vaak weinig of geen behoefte meer aan voedsel en vocht. Ze kunnen snel in gewicht afnemen. Het lichaam verandert: de wangen vallen in, de neus wordt spits en de ogen komen dieper in hun kassen te liggen.
“Heel veel sterkte, ik zal [bepaalde eigenschap van overledene] nooit vergeten” “Ik zal de herinneringen aan [overleden persoon] voor altijd koesteren” “Laat me weten wat ik voor jullie kan betekenen, heel veel sterkte voor jullie toegewenst”
Wens de persoon sterkte: geef aan dat je meeleeft en wens hem of haar kracht toe. Het kan zijn dat je echt niet weet wat je moet zeggen. Geef dat gewoon eerlijk toe. Het is absoluut niet raar dat je in eerste instantie geen woorden kunt vinden voor zulk moeilijk nieuws.
Omgaan met iemand die terminaal is betekent ook luisteren
Of gewoon iets met je willen delen. Laat weten dat je altijd klaar staat om te luisteren. En laat ook weten dat je dit zeker niet als een bezwaar ziet. Geef hem of haar de vrijheid om jou te benaderen op het moment dat hij of zij daar behoefte aan heeft.
Minder eten en drinken. Iemand die bijna sterft, heeft meestal minder behoefte om te eten en drinken. Daardoor valt hij of zij ook af, en verandert het gezicht (ingezakte wangen, teruggetrokken ogen, etc.). Doordat de stervende persoon minder drinkt, kunnen de mond en lippen droog worden.
Definitie. De stervensfase gaat in op het moment dat het overlijden zich onafwendbaar aandient en omvat de laatste dagen (tot zeven dagen) van het leven De aanbevelingen zijn gericht op wat haalbaar is om te doen in de laatste levensdagen.
Minder zin in eten en drinken
Mensen die sterven, hebben vaak (bijna) geen zin meer in eten en drinken. Ze voelen in de laatste weken voor overlijden geen honger en hebben geen dorst. Als iemand niet drinkt, worden de lippen en mond droog. Dan is het prettig als die af en toe een beetje vochtig gemaakt worden.
Meer dan 50% van patiënten met kanker in de palliatieve fase heeft symptomen als vermoeidheid, pijn, slapeloosheid, misselijkheid en gebrek aan eetlust. In de terminale fase komen vermoeidheid, zwakte, gewichtsverlies, sufheid en verwardheid (nog vaker) voor.
Ga zo vaak mogelijk langs en bied afleiding. Praat open over de dood. Vraag waar je vriend(in) bang voor is en focus je op hem of haar. Rond samen jullie vriendschap goed af: bied excuses aan wanneer dat nodig is en vraag of je vriend(in) het je kan vergeven.