Immuuntherapie werkt niet. Kan ik daarna opnieuw chemotherapie krijgen? Als immuuntherapie niet werkt kan opnieuw chemotherapie gegeven worden. Dit kan alleen als je conditie goed genoeg is.
Onderzoek toont aan dat immuuntherapie, ook wel immunotherapie, bij ongeveer twintig procent van de patiënten levensverlengend is. Er wordt op dit moment veel onderzoek gedaan naar een methode om het effect van de behandeling vooraf te voorspellen.
Hoe lang iemand behandeld wordt met immunotherapie, ligt aan het type kanker en of de kanker uitgezaaid is of niet. De behandelperiode varieert van een aantal weken tot een aantal jaren. Als de immunotherapie aanslaat, kunt u na ongeveer 2 maanden verbetering verwachten.
Patiënten bij wie de immuuntherapie blijft doorwerken hebben jaar na jaar geen nieuwe uitzaaiingen op hun controlescans.
Net als bij bacteriën en virussen. Door immunotherapie geneest u niet, maar de behandeling kan er wel voor zorgen dat u langer leeft. Niet voor alle patiënten met uitgezaaide niet-kleincellige longkanker is immunotherapie geschikt. Ongeveer 40% komt voor deze behandeling in aanmerking.
De mediane overleving na chemotherapie, immunotherapie en combinatiebehandeling is tegenwoordig respectievelijk 7.5 maanden, 17.7 maanden en 12.1 maanden. Vijfjaarsoverleving is respectievelijk 6%, 25% en 17%. Relevante publicaties: Immunotherapie verdubbelt overleving voor bepaalde patiënten met uitgezaaide longkanker.
Behandeling van uitgezaaide longkanker
Heb je longkanker met uitzaaiingen in andere organen, dan is de kans op genezing erg klein. Je kunt wel een behandeling krijgen waardoor je langer kunt leven, zoals doelgerichte therapie of immunotherapie. Ook kun je een of meer behandelingen krijgen om klachten te verminderen.
Wanneer weet ik of de immuuntherapie werkt? Na 6 tot 9 weken wordt er een CT scan gemaakt.Die scan wordt vergeleken met de CT scan van vóór de behandeling.Door deze 2 scans te vergelijken, is te zien of de behandeling aanslaat.
Het stadium van de ziekte is bepalend voor de behandeling en prognose van deze patiënten. Een jaar na diagnose is nog maar 22% van de patiënten met stadium IV longkanker nog in leven en na vijf jaar is dat gedaald naar 3%.
Elke 2, 3 of 4 weken wordt de behandeling herhaald. Als blijkt dat u er geen baat bij hebt of als de bijwerkingen te ernstig zijn, wordt de behandeling gestopt. Als de behandeling goed aanslaat, wordt ook gekeken of er gestopt kan worden na een bepaalde periode.
Mensen die longkanker hebben met uitzaaiingen, hebben longkanker Stadium IV. Niet-kleincellige longkanker groeit meestal langzamer en zaait minder snel uit dan kleincellige longkanker.
Doel van immunotherapie
Om minder klachten te hebben of de ziekte te remmen. Dit heet een palliatieve behandeling. De ziekte kan niet genezen.
Je kunt immunotherapie krijgen als eerste behandeling bij uitzaaiingen. Immunotherapie werkt het beste als in meer dan de helft van de kankercellen in de tumor het eiwit PD-L1 zit. Een patholoog onderzoekt dit. Hij of zij gebruikt hiervoor een klein stukje van je tumor.
Er zijn steeds meer aanwijzingen dat eerder stoppen met de immuuntherapie, zodra de tumor erop reageert, leidt tot dezelfde uitkomsten. Eerder stoppen van de behandeling zorgt voor een betere kwaliteit van leven: minder bijwerkingen, minder invasieve ingrepen, minder ziekenhuisbezoeken.
Immunotherapie is hetzelfde als immuuntherapie; dit is een behandeling die probeert het afweersysteem sterker te maken, zodat het kanker beter aan kan vallen.
Longkanker kan uitzaaien naar: lymfeklieren tussen de longen, in de hals en rondom het sleutelbeen of in de oksels. de andere long, de botten, de hersenen, de lever, bijnieren en andere organen.
Meestal zaait longkanker uit naar de lymfeklieren, botten, lever, hersenen, bijnieren en de andere long. Vraag de arts in het boekje te omcirkelen waar de uitzaaiingen zitten.
Ja dat kan wel, maar helaas maar bij een klein deel van de patiënten. Longkanker wordt vaak pas laat ontdekt en is daardoor moeilijk te genezen. De 5-jaarsoverleving voor longkanker is 25%. Na 10 jaar is nog maar 12% van de mensen in leven.
Gevorderde tumoren kunnen uit zichzelf krimpen (maar dat gebeurt bij slechts 1% van de patiënten) Kunnen tumoren zonder behandeling stoppen met groeien of zelfs krimpen? Het wellicht enigszins verrassende antwoord op die vraag is: ja.
De behandeling van kleincellige longkanker is volkomen anders dan van niet-kleincellige longkanker. Meestal krijgt u geen operatie, maar krijgt u een behandeling van radiotherapie en/of chemotherapie. Deze behandelingen zijn niet genezend maar kunnen wel levensverlengend zijn.
Het hangt bijvoorbeeld af van hoeveel uitzaaiingen u heeft en hoe groot ze zijn. Als u in verschillende organen uitzaaiingen heeft, kunt u meestal niet genezen. U kunt ook kiezen om geen behandeling te krijgen die kans geeft om te genezen. U kunt dan wel behandelingen krijgen tegen uw klachten.
Lange tijd hoesten is vaak de eerste klacht bij longkanker. Andere klachten die u kunt krijgen: bloed ophoesten, moe zijn, geen zin in eten en afvallen als u dat niet wilt. Longkanker komt vaak door lang en veel roken. Soms ontstaat het bij mensen die nooit gerookt hebben.
Over het algemeen gaan patiënten langzaam achteruit. Ze komen steeds minder uit bed, slapen een steeds groter deel van de dag en zijn de laatste uren tot dagen nauwelijks meer aanspreekbaar. Uiteindelijk glijden ze rustig weg. Wie in de allerlaatste fase veel klachten ervaart, kan ook kiezen voor palliatieve sedatie.
Zeurende pijn in de borststreek, rug of in het gebied van de schouders. Achteruitgang van de lichamelijke conditie. Dit kan zich uiten in snelle vermoeidheid zonder aanwijsbare reden, gewichtsverlies en/of een gebrek aan eetlust.