Je kindje weer aan de borst krijgen, nadat je gestopt of sterk geminderd bent met voeden, is absoluut mogelijk! Zelfs maanden later nog, nadat je stopte met voeden. Naast je kindje weer aan de borst krijgen, is relactatie ook het (terug) op gang brengen van je melkproductie.
Je borstvoeding kan teruglopen doordat je maar één borst per keer geeft. Hierdoor sla je per voeding een borst over en gaat je lichaam de hoeveelheid melk die je je kindje uit een tweede borst nog zou kunnen geven, een volgende keer niet meer produceren.
Moedermelk blijft nog vele maanden de belangrijkste bron van voedingsstoffen voor je baby." Een gemiddelde baby van zeven maanden oud haalt nog steeds 93% van zijn calorieën uit melk. Zelfs tussen 11 en 16 maanden mag de helft van de dagelijkse calorie-inname van je baby nog steeds van melk afkomstig zijn.
Door verschillende oorzaken kan het gebeuren dat je melkproductie ineens een stuk minder is. Welke maatregelen kun je nemen om je melkproductie te verhogen? Vaak en net zo lang voeden als je baby wil. Probeer twee tot drie dagen, met veel huidcontact, niets anders te doen dan voeden en rusten.
Het overmatig gebruiken van cafeïne, alcohol en nicotine kunnen een negatief effect op het toeschietreflex hebben en dus op je melkproductie, omdat er steeds minder melk afgenomen wordt. Ook bepaalde medicijnen, drugs, of kruiden hebben effect op de toeschietreflex en/of de melkproductie.
Het gebruik van voedingsmiddelen om de melkproductie te stimuleren wordt steeds vaker aangemoedigd onder voedende moeders. Populaire producten zijn borstvoedingstheeën, kruidencapsules, havermout en diverse soorten noten.
De hoeveelheid is in het eerste etmaal ongeveer 7,5 ml en na drie dagen ongeveer 38 ml. Na ongeveer drie dagen wordt de melk lichter van kleur en neemt toe in hoeveelheid.
Binnen een tijdspanne van 3 uur kolf je elke 20 tot 30 minuten een paar minuten. Wek een toeschietreflex op en stop met kolven als de melkstroom afneemt. Herhaal de Clusterkolfsessie elke dag tot de melkproductie toeneemt.
Binnen een tijdspanne van 3 uur kolf je elke 20 tot 30 minuten een paar minuten. Wek een toeschietreflex op en stop met kolven als de melkstroom afneemt. Herhaal de clusterkolfsessie elke dag tot de melkproductie toeneemt.
Je kindje weer aan de borst krijgen, nadat je gestopt of sterk geminderd bent met voeden, is absoluut mogelijk! Zelfs maanden later nog, nadat je stopte met voeden. Naast je kindje weer aan de borst krijgen, is relactatie ook het (terug) op gang brengen van je melkproductie.
Induceren van lactatie betekent het op gang brengen van de melkproductie zonder zwanger te zijn. Als er wel ooit melkproductie was, spreekt men van relactatie. Door inductie of relactatie kan de melkproductie succesvol gedeeltelijk of zelfs volledig opgebouwd worden mits de juiste ondersteuning.
De meeste moeders, met een volledige melkproductie, kunnen zonder dat hun baby aan de borst drinkt, 6 a 8 keer per dag kolven en hun toch hun melkproductie handhaven. Mits je geen ernstige stuwing hebt, kan je best 8 uur slapen zonder te kolven.
Een baby moet 20 (7 of 10, of 15) minuten aan elke borst gevoed worden. Niet waar! Belangrijk is dat we het verschil maken tussen 'aan de borst liggen' en 'uit de borst drinken'. Enkele voorbeelden: Een baby die 15 Ã 20 minuten aan een kant effectief drinkt, wil de tweede kant misschien helemaal niet meer.
Een voorraad borstvoeding opbouwen kun je doen door te kolven vlak nadat je baby uit de borst heeft gedronken. Meestal heb je in de ochtend de meeste melk, dus is het handig om na de eerste ochtendvoeding na te kolven. Dit kun je ook nog een keer 's middags of 's avonds doen.
Dit hangt af van het gewicht van je baby, het aantal voedingen en de samenstelling van de gekolfde melk. Een baby drinkt per dag gemiddeld ongeveer 150 ml per kilo lichaamsgewicht. Een baby van 5 kilo heeft dus elke dag 750 ml moedermelk nodig. Als hij zes voedingen krijgt is dat ongeveer 110 ml per voeding.
Wanneer een baby goed drinkt en de moeder precies genoeg melk produceert, dan blijft er na afloop nog zo'n 15 tot 30 ml in de borst zitten.
Er zijn vrouwen bekend wier borsten zo'n 800 ml moedermelk kunnen bevatten en er zijn andere vrouwen wier borsten 200 ml kunnen bevatten. In theorie zou de eerste vrouw, als de baby's maag dat zou kunnen verwerken, in principe maar één keer per dag hoeven te voeden. De laatste zou vaker moeten voeden.
Tekenen van een lage melkproductie
Baby's kunnen last hebben van een vertraagde stoelgang, verminderde urineproductie, geelzucht, gewichtsverlies na de geboorte en lusteloosheid. Tijdens de borstvoeding is de baby mogelijk slaperig of gefrustreerd, of wellicht zuigt de baby alleen maar in korte perioden.
*Neem een kwartiertje rust, masseer de borsten en start opnieuw met kolven. Het kan zijn dat je de borsten om en om (dus een voor een) moet kolven voor de meeste melkopbrengst. Ga CLUSTERKOLVEN (klik). *Kolf de borsten nog na met de hand wanneer je een elektrische kolf hebt gebruikt.
Een keer een voeding uitstellen of overslaan zal meestal niet direct een probleem opleveren. Maar als je dat meerdere voedingen of dagen achter elkaar doet, kan het zijn dat je melkproductie achteruit gaat, waardoor je kind minder vaak bij je wil of kan drinken.
Probeer achterover leunend borstvoeding te geven.
Voeden in een achterover leunende, of liggende, houding kan helpen, omdat het je baby meer controle geeft. Hij kan het tempo bepalen en zijn hoofd optillen als je stroom te snel voor hem is.
Zo kunt u een kolfbeurt “inhalen”. Kolven in de nacht. 's Nachts afkolven heeft als voordeel dat u gebruikt maakt van het hormoon prolactine. Prolactine zorgt voor de aanmaak van melk en die is in de nacht het hoogst.
Pasgeborenen die geen borstvoeding krijgen lopen veel meer risico om ziek te worden of in het ziekenhuis opgenomen te worden. Ze hebben veel meer spijsverteringsproblemen dan borstgevoede baby's. Na vier tot zes weken heb je waarschijnlijk ook de meeste ongemakken van de eerste voedingsperiode achter de rug.
Als je moedermelk wilt produceren en wilt starten met het voeden van je kind aan de borst na eerder te zijn gestopt (relactatie) of om je geadopteerde of via een draagmoeder geboren baby zelf te voeden (geïnduceerde lactatie), dan kun je dat.