Ze moeten onderling overeenkomen wie blijft en wie vertrekt.Raken ze daar niet uit, dan hakt de rechter de knoop door. Bovendien moeten ze afspraken maken met de verhuurder over het huurcontract. Zolang daar geen akkoord over is met de verhuurder, blijven beide partners verantwoordelijk om de huurprijs te betalen.
Ben jij inderdaad medehuurder en gaan jullie uit elkaar, dan betekent dit dat jullie allebei evenveel recht hebben om in de woning te blijven wonen. Het is aan jullie samen om te bepalen wie van de twee blijft en wie er vertrekt. Komen jullie hier samen niet uit, omdat jullie allebei in de woning willen blijven wonen?
Als huurders gaan scheiden dan moet de partner die blijft wonen, opnieuw een waarborg storten. Werd er geopteerd voor een addendum bij het contract, dan blijft de waarborg behouden en bepaalt het koppel onderling of zij elkaar compenseren of niet.
Bij echtscheiding of relatiebreuk kan degene die vertrekt niet zomaar onder het huurcontract uit. Het huurcontract blijft bestaan tijdens de echtscheidingsprocedure. Als één van de partners de huurwoning verlaat, blijft die aansprakelijk voor de betaling van de huur zolang het huurcontract niet werd aangepast.
Het domicilieadres is enkel een vaststelling van waar iemand verblijft. Het crëert op zich geen recht om daar te blijven wonen. Je partner kan je wel niet zomaar de toegang tot de woning weigeren. Om je uit huis te kunnen zetten, moet hij/zij het aan de vrederechter vragen.
Eén huurder wil vertrekken
Betreft het een gehuwd of wettelijk samenwonend koppel, dan zullen beide partners moeten overeenkomen wie in de woning blijft. Ze moeten samen de verhuurder informeren wie blijft en vanaf wanneer die het huurcontract alleen voortzet.
Wie de woning verlaat om zelf ergens anders te gaan wonen, verliest het woonrecht, ook al ben je nog (mede-)eigenaar. Vergelijk het maar met de positie van een verhuurder: die mag ook niet zomaar zonder afspraak of zonder aan te bellen gebruik maken van zijn huissleutel en de verhuurde woning binnengaan!
Wist je dat jullie allebei evenveel recht hebben om in de woning te blijven. Jullie zullen zelf moeten bepalen wie er blijft wonen en wie er vertrekt. Lukt het jullie niet om een besluit te nemen, dan kun je naar de rechter stappen om de woning toegewezen te krijgen.
De ex-partner die in de echtelijke woning woont kan op grond van art. 3:178 lid 1 BW de rechter verzoeken de woning voor maximaal drie jaar onverdeeld te laten.
Een huurhuis is geen bezit van één van de echtgenoten of partners. Ook wanneer het huurcontract maar op één naam staat, is een echtgenoot of geregistreerd partner automatisch medehuurder. Partners hebben na een scheiding allebei evenveel rechten om in het huis te blijven. In overleg bepalen ze wie vertrekt.
Ja dat kan, maar enkel als uw ex daar mee akkoord is. In dat geval wordt er een huurcontract gemaakt, want als niet eigenaar wordt je dan wel huurder.
Het huwelijk: als je na verloop van tijd met elkaar of met iemand anders huwt, dan verbreekt de wettelijke samenwoning automatisch. Je moet geen formaliteiten vervullen of verklaring afleggen. Het overhandigen van een gezamenlijke verklaring van beëindiging aan de ambtenaar van de burgerlijke stand.
De persoon die als huurder in het huurcontract staat, mag in de huurwoning blijven wonen. De andere partner heeft geen recht op de woning. Spreek af wanneer de ander vertrekt.
Hoe kan de hoofdverhuurder de onderhuurder uit huis zetten? Mogelijk wil de verhuurder de onderhuurder uit huis zetten, nadat de hoofdhuur is beëindigd. De wet biedt aan de verhuurder de mogelijkheid om de hem opgedrongen onderhuur te beëindigen. Het procesinitiatief ligt bij de verhuurder.
Een huurder uitzetten betekent dat de huurovereenkomst door de rechter ontbonden moet worden. Dat kunt u helaas niet zelf doen. Een rechter maakt een einde aan de huurovereenkomst als de huurder de huur niet betaalt.
Een medebewoner is iemand die bij u in huis woont. Dit kan uw kind zijn, maar ook uw partner, een familielid of een kennis. Een medehuurder heeft rechten en plichten ten aanzien van de huurovereenkomst.
U kunt via de rechter vragen om een zogenaamde 'machtiging tegeldemaking' ex artikel 3:174 BW. Met deze machtiging kunt u zonder de medewerking van de ander, zelf de woning verkopen. Meestal wordt deze machtiging via een kort geding gevorderd, zodat u snel verder kunt.
Vervangende toestemming van de rechter
Is het niet gelukt om tot afspraken te komen over de verdeling van de woning en werkt uw ex-partner niet mee? Dan kunt u een verzoek indienen voor vervangende toestemming tot bijvoorbeeld verkoop van de woning van de rechter. Ook hier heeft u een advocaat voor nodig.
Om je gedwongen uit huis te kunnen zetten moet je partner een uitvoerbare titel hebben, bijvoorbeeld: een vonnis van de vrederechter. Het feit dat je gedomicilieerd bent in de woning, beschermt je niet tegen uithuiszetting. Je inschrijving in een gemeente (je domicilie) zorgt dat de gemeente weet waar je woont.
Neem contact op met een advocaat
Indien jouw ex partner de woning niet wil verlaten na de aangetekende brief, kan je een advocaat benaderen. De advocaat kan een kort geding bij de rechter in gang zetten. De rechter zal dan beoordelen of je ex inderdaad geen recht meer heeft om in de woning te verblijven.
Is uitkopen van uw partner verplicht? Nee, het is niet verplicht uw ex-partner uit te kopen bij een scheiding. U kunt er immers voor kiezen uw woning in zijn geheel te verkopen. Het is zelfs mogelijk gezamenlijk eigenaar te blijven van het huis.
Zolang er nog geen definitieve afspraken zijn gemaakt over wat er met de woning moet gebeuren, zal meestal één van beide partners de woning voorlopig verlaten. In de meeste gevallen lukt het beide partners wel om hier in onderling overleg afspraken over te maken.
Je mag niet zomaar je partner uit de woning zetten als de woning van jullie beiden is. Bij een echtscheiding moeten er afspraken gemaakt worden over de verdeling van de woning. Dit kan betekenen dat één van jullie beiden de woning overneemt of dat de woning verkocht wordt.
Financiële hulp bij scheiding vanuit de overheid
In Nederland is er een voorziening voor mensen die een advocaat of mediator nodig hebben en een laag of geen inkomen hebben. Deze voorziening wordt ook wel 'gesubsidieerde rechtsbijstand, pro-deo hulp of een toevoeging' genoemd.
Afhankelijk van bij welke rechtbank de aanvraag wordt ingediend, duurt het gemiddeld zo'n vier tot zes weken totdat de scheiding is uitgesproken. Sommige rechtbanken handelen de aanvraag sneller af, afhankelijk van hoe druk het is.