Afrikaanse mensenhandelaren waren meedogenloos en hebzuchtig.Zonder wroeging vingen ze miljoenen slaven, die de Europeanen vervolgens naar de Amerika's verscheepten. Daarmee droeg de slavenhandel in Afrika bij aan de rijkdom van Europa en brachten Afrikanen hun eigen continent schade toe.
De Arabieren waren zodoende de eerste georganiseerde slavenhandelaren die massaal Afrikanen naar buiten Afrika brachten. De slaven in Arabische landen werkten in de huishouding, als soldaat of ambachtslieden. Men schat dat er tussen 850 en 1850 drie miljoen Afrikanen door de Arabieren zijn verhandeld.
Portugezen stichten in de vijftiende eeuw de eerste Europese kolonies gebaseerd op slavernij: in suikerplantages langs de Afrikaanse kust en later ook op grote schaal in Brazilië. Andere Europese landen nemen dit voorbeeld over.
De landen waar slavernij het minst voorkomt, zijn IJsland, Ierland en Groot-Brittannië. Maar ook in die landen leven meer slaven dan voorheen werd gedacht. In Groot-Brittannië werken bijvoorbeeld zo'n 4400 mensen gedwongen in de seksindustrie, de landbouw, de horeca, de bouw, in nagelsalons of als huishoudelijke hulp.
In de 17e en 18e eeuw was de driehoekshandel op zijn hoogtepunt en werden grote aantallen slaven door vooral Portugese, Engelse, maar ook Spaanse en Nederlandse handelaren gekocht aan de kust van West-Afrika en verkocht in Amerika. De huidige schatting is dat 12 miljoen slaven zijn vervoerd vanuit Afrika naar Amerika.
Vooral de Britten hadden er een groot aandeel in: tussen 1701 en 1800 vervoerden ze 2,4 miljoen Afrikaanse slaven naar Amerika; de Portugezen volgden met 1,8 miljoen. Nederlanders verhandelden circa 600.000 slaven.
Peter Stuyvesant (1592-1672)
Hij dreef als bestuurder van Nieuw-Amsterdam, het huidige New York, slavenhandel via Curaçao. Hij bezat zelf tientallen slaven en had de naam een harde en onverdraagzame bestuurder te zijn.
Haïti. Bij de Haïtiaanse Revolutie (1791-1804), waarbij de slaven van Haïti hun onafhankelijkheid op Frankrijk bevochten, werd in Haïti als eerste land ter wereld de slavernij volledig afgeschaft.
In de late vijftiende en in de zestiende eeuw werden vanuit Afrika enkele duizenden slaven per jaar getransporteerd. De behoefte aan arbeid op de suiker- en tabaksplantages in de nieuwe kolonies in Amerika en het tekort aan vrije arbeid vanuit Europa deed de trans-Atlantische slavenhandel steeds verder aanzwellen.
Na de afschaffing van de slavenhandel in 1815 door koning Willem I ingevolge het Congres van Wenen werd in het Koninkrijk der Nederlanden bijna vijftig jaar later, in 1863, de slavernij zelf afgeschaft. Al eerder waren andere koloniale mogendheden overgegaan tot afschaffing.
Een groot deel van Afrika was nu eenmaal te ver van de kust gelegen om slaven te leveren voor de export. Dit alles wijst erop dat de Nederlanders en de andere Europese handelsnaties de slavenhandel in Afrika niet hebben uitgevonden, maar dat zij de omvang van die handel wel hebben vergroot.
Formeel schafte Mauritanië in 1981 de slavernij af, als allerlaatste land ter wereld. Maar pas sinds 2007 is het strafbaar slaven te houden en in 2015 werd het een misdrijf tegen de menselijkheid. 'Het zijn dode letters', oordeelt Abeid over die wetten.
Tot slaaf gemaakten gebruiken als goedkope arbeidskrachten en de handel in hen kon alleen omdat mensen vonden dat mensen met een donkerdere huidskleur minder waard waren. Sommigen vonden zelfs dat ze geen 'echte' mensen waren. Nog steeds worden mensen gediscrimineerd op basis van hun huidskleur.
WIC en slavernij
Deze handelaars konden ze gebruiken op de grote plantages. Hier moesten de slaven in slechte omstandigheden werken, zonder ook maar iets betaald te krijgen. Naast Nederland deden ook andere Europese landen hier aan mee, zoals Portugal, Spanje, Engeland, Frankrijk, Denemarken en Zweden.
Doordat slavenhandelaren buskruit voor slaven ruilden, bloeide de lokale buskruitindustrie. Ook de dienstensector, bestaande uit onder andere klerken, boekhouders en bankiers, werd mede in stand gehouden door de slavenhandel.
Suriname heette vroeger 'Nederlands Guyana'. De buurlanden van Suriname heten nog steeds 'Guyana'. Op 25 november 1975 wordt Suriname een onafhankelijke republiek. Er volgt een zeer onrustige periode met als dieptepunt een staatsgreep door militairen en politieke moorden.
Het Standaardafrikaans zoals we het nu kennen is een versmelting van het Kaaps-Hollands van de blanke kolonisten en het Khoi-Afrikaans van de gekleurde bevolking. Dat eerste heeft ervoor gezorgd dat het Afrikaans zo goed op het Nederlands is blijven lijken; het tweede verklaart vooral de vereenvoudigingen in de taal.
Out of Africa heet het vrij algemeen geaccepteerde scenario dat begon rond 1,8 miljoen jaar geleden. Vroege mensachtigen verspreiden zich vanuit Afrika over Azië. Deze mensen, in het algemeen aangeduid als Homo erectus, hadden een groot lijf en flinke hersenen.
De Romeinse benaming werd in de middeleeuwen door de Arabieren overgenomen als Ifriqiya. Later werd de hele noordelijke kuststrook door Europeanen Africa genoemd en in de tijd van de ontdekkingsreizen werd het hele continent hiermee aangeduid.
Na het afschaffen van de slavernij op 1 juli 1863 kregen plantage-eigenaren compensatiegeld: 300 gulden per slaafgemaakte in Suriname en 200 gulden per slaafgemaakte op de Antillen. Dat kostte de Nederlandse overheid zo'n 12 miljoen gulden en besloeg tien procent van de totale overheidsuitgaven.
In 1814 werd de handel in slaven al verboden, in 1860 kwam er een einde aan de slavernij in Nederlands-Indië en in 1863 werd de wet van kracht waarmee slavernij ook in Suriname en het Caribisch gebied werd afgeschaft.
Westerse slavernij (ca. 1500–1900)
De Nederlandse Antillen (de Caraïbische eilanden Saba, St.Maarten, St.Eustatius, Bonaire en Curaçao) en het eiland Aruba maken nog steeds deel uit van het Koninkrijk Nederland. In sommige gebieden zijn tot de dag van vandaag sporen van het Nederlands te vinden.
In Azië werden tot slaaf gemaakten verhandeld naar gebieden die onder het bestuur van de Vereenigde Oostindische Compagnie (VOC) stonden. Generaties lang werden mensen geboren in slavernij. En levenslang gedwongen tot slavenarbeid op Nederlandse plantages.
Uit de Global Slavery Index van mensenrechtenorganisatie Walk Free blijkt dat in Noord-Korea, Eritrea en Mauritanië relatief gezien het hoogste aantal moderne tot slaaf gemaakten woont. Maar ook in de Verenigde Staten, Turkije en China komt uitbuiting voor.