De warmte-eenheid Fahrenheit is bedacht door de Duitse instrumentenmaker Gabriël Fahrenheit. Deze wetenschapper bedacht in 1714 een ander soort temperatuurschaal. Hij probeerde een lage temperatuur te maken door salmiak (ammoniumchloride), ijs en water met elkaar te mengen.
Fahrenheit is een thermodynamische temperatuurschaal waar het vriespunt van water 32 graden Fahrenheit (°F) is en het kookpunt 212 °F (bij normale atmosferische druk).
Het absolute nulpunt, is 0 kelvin (0 K). In de Celsiusschaal is datzelfde punt -273,15 °C. De temperatuurschaal van Fahrenheit is geen officieel gestandaardiseerde maat en wordt nog maar in een paar landen gebruikt, waaronder de Verenigde Staten van Amerika. In 1742 presenteerde Anders Celsius zijn temperatuurschaal.
De schaal van Kelvin is de SI-eenheid voor temperatuur. SI is een internationaal afgesproken eenheid die als basis wordt gebruikt om een bepaalde grootheid te meten. Deze schaal van Kelvin gaat uit van het absolute nulpunt. Dit punt wordt nul graden Kelvin genoemd en is -273 graden Celsius.
Je vermenigvuldigt het aantal graden Celsius met 1,8 en vervolgens tel je hier 32 bij op. Zo zie je dat de referentiewaarden gelijk liggen. Probeer dit rekensommetje maar eens uit door 100 graden Celcius om te rekenen naar Fahrenheit. Je zult zien dat je op 212 uitkomt!
In Amerika gebruikt men namelijk voor de temperatuuraanduiding geen Celsius maar Fahrenheit.
Van Fahrenheit naar Kelvin
Hanteer de volgende formule: Temp-Kelvin = (Temp-Fahrenheit + 459,67) x 5 / 9.
De graad Celsius is genoemd naar Anders Celsius, hij bedacht de Celsius-temperatuurschaal. Anders Celsius was in het midden van de 18e eeuw professor in de sterrenkunde (astronomie) aan de Universiteit van Uppsala in Zweden.
Nul Kelvin wordt ook wel gezien als het absolute nulpunt. Kouder dan deze temperatuur kan het niet worden! 273,15 Kelvin komt overeen met 0 graden Celsius (het vriespunt) en 373,15 Kelvin komt overeen met 100 graden Celsius (het kookpunt).
De laagste temperatuur die we ooit op aarde hebben gemeten is 89,2 graden Celsius onder nul. Dus -89,2°C. Dat was bij het Vostok Station, een Russisch onderzoekstation op Antarctica. Maar het schijnt op sommige plekken zelfs nog kouder te zijn geweest.
Je kunt ook de formule C = 5/9(F - 32) gebruiken om Fahrenheit naar Celsius te converteren en 5/9C = F - 32 Celsius naar Fahrenheit te converteren.
De schaal is genoemd naar de Britse fysicus William Thomson (1824-1907), die later in de adelstand werd verheven als Lord Kelvin.
Celsius (eerder centigrade genoemd in onder meer het Engels en Frans), is een temperatuurschaal vernoemd naar de Zweedse astronoom Anders Celsius (1701-1744), die een eerste versie van deze schaal (met 0° en 100° verwisseld) voorstelde in 1742.
Kleurtemperatuur wordt uitgedrukt in de eenheid Kelvin (K). Hoe hoger het aantal Kelvin hoe “kouder” en witter het licht is. Hoe lager het aantal Kelvin hoe “warmer” en geler het licht is.
Definitie van Celsius:
Een graad Celsius komt overeen met de verandering van temperatuur met een graad op de ideale gasschaal.
Minder bekend is dat Anders Celsius eigenlijk astronoom en hoogleraar was. Hij werd geboren in 1701 in de bekende universiteitsstad Uppsala, niet zo ver van de Zweedse hoofdstad Stockholm. Zijn vader was Nils Celsius (1658-1724), eveneens professor astronomie aan de universiteit van Uppsala.
In de spreektaal heeft "het vriespunt" de betekenis van "0 graden Celsius" of "32 graden Fahrenheit", het smeltpunt van ijs (en tevens vriespunt van water) bij atmosferische druk.
Als we een temperatuur willen omrekenen van graden Celsius naar Kelvin, tellen we bij de graden celsius 273 op. Als we een temperatuur willen omrekenen van Kelvin naar graden Celsius, trekken we van de Kelvin 273 af.