Een oude hond eet niet meer om verschillende redenen. In veel gevallen heeft het gebrek aan eetlust een medische oorzaak. Zoals gebitsproblemen, maag- en darmproblemen of stress. Ook veranderingen kunnen ervoor zorgen dat een oude hond niet meer eet.
Voor jouw oudere hond kun je beter kiezen voor natvoer dan voor droogvoer. Hoge kwaliteit, licht verteerbaar, voedzaam, laag in calorieën en vloeistofrijk moet het voedsel voor jouw oudere hond zijn. Zo blijft jouw hond op leeftijd lang fit en gezond en kan hij vol genieten van de dagelijkse rondes in de frisse lucht.
Een gezonde volwassen hond, met een gezond gewicht, kan als hij rustig blijft 1 tot 3 weken zonder voedsel overleven. Stress zorgt ervoor dat de hond veel minder lang kan overleven zonder eten. Puppy's, drachtige teven, oudere of zieke honden zullen waarschijnlijk niet langer dan 3 dagen zonder voedsel overleven.
De eetlust van je hond kun je op meerdere manieren opwekken. Je kunt hierbij denken aan het geven van pens, rollsticks of geperst been. De meeste honden vinden alleen de geur al onweerstaanbaar en beginnen gelijk te kluiven. Nu wil het ook nog dat kluiven goed is voor het gebit, dus dat is een win-winsituatie.
Je laat de voerbak gedurende 15 tot 30 minuten staan. Je geeft je hond rustig de tijd om te eten. Na deze 15 tot 30 minuten controleer je of je hond van het voer heeft gegeten. Wanneer je hond niet met het voer bezig is, haal je de voerbak weer weg.
Vuile pens bevat een schat aan voedingsstoffen voor je hond. Diezelfde bacteriën en verteringsenzymen die de herkauwer helpen om z'n voedsel te verteren, helpen namelijk ook bij de vertering van de voeding van je hond. Aanschaf van dure probiotica is bij het regelmatig geven van pens, dan ook niet nodig.
De ziekte van Cushing bij de hond betreft een aandoening waarbij de bijnieren te veel hormoon aanmaken. Het is een ziekte die zeer vaak bij de hond voorkomt, met name kleine hondenrassen. Bij de ziekte van Cushing wordt er teveel cortisol aangemaakt in de bijnieren van de hond. De bijnieren maken o.a. cortisol aan.
Uw hond is ziek
Als uw hond ziek is en niet drinkt, dient u met spoed naar een dierenarts te gaan. Uw dierenarts kan uw dier onderzoeken en hij kan vocht geven als infuus. Als een hond 12 % van zijn lichaamsgewicht aan vocht kwijt raakt, kan hij hieraan overlijden.
Veel meer of juist minder gaan eten en daardoor aankomen of afvallen. Een verandering in het energielevel (of verlies van interesse in dingen die hem eerder wél interesseerden). Stijfheid of moeite met opstaan en traplopen. Meer slapen dan normaal, of andere gedragsveranderingen.
Giet een bouillon met laag zoutgehalte over het droogvoer om het meer smaak te geven. Je kunt een simpele kippen- of runderbouillon maken of bouillonblokjes gebruiken. Zorg er wel voor dat de bouillon weinig zout bevat! De geur van de bouillon zal het droogvoer wat aantrekkelijker maken voor je hond.
Afhankelijk van het ras zal het activiteitsniveau afnemen en daarbij kan het gewicht gaan veranderen. Naarmate honden ouder worden kan ook de spijsvertering minder goed gaan werken en wordt de stofwisseling trager. Een verminderde nierfunctie, suikerziekte of slechter wordende zintuigen horen ook in dit rijtje thuis.
Zorgen voor een oudere hond
Oudere honden reguleren hun lichaamstemperatuur minder goed dan jonge honden. Hou je hond daarom warm en droog, zowel binnen als buiten. Bescherm hem tegen hitte om oververhitting te voorkomen. Zorg dat je hond op de begane grond kan eten en slapen als hij last heeft van artrose.
Elk ras heeft zo zijn eigen gemiddelde levensverwachting.
Voor kleine honden geldt een gemiddelde leeftijd van 12 à 13 jaar, hoewel uitschieters naar 15+ jaar mogelijk zijn. Middelgrote honden leven gemiddeld 10 à 11 jaar. Bij grote honden is het slechts 7 tot 8 jaar.
Dit kan een nierprobleem, leverprobleem of een hormonale stoornis (ziekte van Cushing) zijn. Maar ook suikerziekte, een blaasontsteking, een baarmoederontsteking en bepaalde tumoren kunnen leiden tot veel drinken en veel plassen.
De levensverwachting van je hond met Cushing is dus behoorlijk goed, maar je moet er wel op tijd bij zijn. Een hond met deze aandoening die niet wordt behandeld, kan namelijk binnen twee jaar aan de symptomen van het syndroom, zoals suikerziekte of de grotere vatbaarheid voor infecties, overlijden.
De ziekte van Addison bij de hond is een tekort schieten van de hormoonproductie van de bijnierschors. De bijnierschors kan zijn hormoonproducerende functie niet meer uitoefenen doordat deze volledig is verschrompeld.
Misschien nieuw voor je, maar bananen zijn (ook) heel gezond voor honden. Bananen zijn goed voor de spijsvertering van je hond, maar ook voor een gezond hart en spieren. In bananen zit onder meer veel kalium, vezels en Vitamine C.
Havermout is over het algemeen veilig voor honden om te eten . In feite is het een zeer algemeen gevoed additief en wordt het in veel hondenvoer opgenomen en kattenvoer . De meeste honden kunnen havermout eten zonder enige nadelige gevolgen , ervan uitgaande dat het in de juiste hoeveelheden is.
Gezonde fruitsoorten voor je hond zijn: ananas, appel, banaan, bramen, bosbessen, mango, watermeloen, meloen, perzik, peren, aardbeien, frambozen of blauwe bessen. Let er wel altijd op dat je de pitten uit het fruit haalt. Deze zijn namelijk niet goed voor je hond.
Een gekookt ei is niet schadelijk voor je hond (je kunt je hond zelfs een rauw ei geven) en veel honden vinden het lekker om er af en toe ééntje te eten. Een ei kan voor een pup overigens wat lastiger te verteren zijn dan voor een volwassen hond, in verband met het nog kwetsbare maag darm stelsel.
Ja, een hond mag yoghurt, maar met mate en tenzij je hond lactose-intolerant is. Yoghurt is niet giftig voor je hond, dus in die zin mag hij hier af en toe eens van proeven. Maar onthoud dat yoghurt eigenlijk bestemd is voor menselijke consumptie, net als alle soorten zuivel zoals kwark, kaas en karnemelk.
Kaas bevat veel lactose en de meeste honden kunnen een grote hoeveelheid van deze melksuiker moeilijk afbreken. Vooral pups zijn hier erg gevoelig voor. Teveel kaas kan leiden tot misselijkheid, buikkrampen en diarree.