In de negentiende eeuw groeit de industrie hard in Nederland. Fabriekseigenaren maken gebruik van kinderarbeid omdat kinderen weinig kosten. Arme ouders laten hun kinderen werken om rond te komen. Het verzet tegen kinderarbeid groeit vanwege de slechte werkomstandigheden.
De Industriële Revolutie
In het land werden fabrieken gebouwd waar veel arbeiders voor nodig waren. Veel mensen en ook boeren van het platteland gingen verhuizen naar de stad waar zij gingen werken. Niet alleen volwassenen gingen werken in de fabriek maar ook kinderen gingen naar de stad om te werken.
Waarom bestaat kinderarbeid nog steeds? Kinderen werken omdat er anders niet genoeg geld is om eten te kopen. Net zoals vroeger in Nederland. Ze werken bijvoorbeeld in kolenmijnen, op rijstplantages, als schoenpoetser in een grote stad, of in textielfabrieken.
Het begin van kinderarbeid situeert zich in de achttiende eeuw in Engeland en in de negentiende eeuw in België en andere Europese landen. Het was de overgangsperiode van het feodalisme naar het kapitalisme.
In veel landen maakte de leerplicht een eind aan kinderarbeid; in Nederland was dat in 1901 het geval.
Kinderarbeid in de 19e eeuw
In de eerste helft van de negentiende eeuw vonden mensen het heel gewoon dat de kinderen werkten. Anders liepen de kinderen maar over straat en haalden ze kattenkwaad uit. Anderen meenden dat kinderen zo orde en discipline zouden leren. Bovendien zou je anders de ouder benadelen.
In Azië, en met name India, komt kinderarbeid het meeste voor. In veel landen in Afrika werkt bijna een derde van de kinderen (Unicef, 2019). De meeste kindarbeiders, 112 miljoen, werken in de landbouw. Bijna 48 miljoen kinderen werken in de dienstverlening of industrie.
Een wet die bepaalde dat kinderen tussen de twaalf en veertien jaar niet langer dan vijf uur per dag in de landbouw mochten werken werd pas in 1955 aangenomen.
Ook in de middeleeuwen deden kinderen ongeveer dezelfde dingen als hun ouders. Kinderen vanaf zeven jaar leerden een ambacht zoals meubelmaker.Na twee jaar werd je gezel.Sommige kinderen gingen naar school en leerden een beetje lezen, schrijven en rekenen.
Uitbuiting en kinderarbeid waren ook tijdens de industriële revolutie nog heel gewoon. Pas rond 1900 veranderde dat; kinderarbeid werd verboden, en men verdiende een wat hoger loon zodat men dingen kon kopen die voorheen te duur waren.
Kinderarbeid heeft gevolgen voor de geestelijke en lichamelijke ontwikkeling. Omdat kinderen makkelijk uit te buiten, goedkope arbeidskrachten zijn, worden zij eerder ingehuurd dan volwassenen. Daarmee leidt kinderarbeid tot lagere lonen en hogere werkloosheid onder volwassenen.
Om kinderarbeid helemaal te stoppen zouden overheden, lokale gemeenschappen, organisaties en werkgevers moeten samenwerken en wetten moeten aangepast worden. De kinderen moeten uit de fabrieken worden gehaald en naar school gestuurd worden. Ook hun ouders moeten geholpen worden.
Kinderwetje van Van Houten
In 1874 moet de Kinderwet van Samuel van Houten hier verbetering in brengen. De wet, geïnitieerd door het liberale kamerlid Van Houten, verbiedt fabrieksarbeid voor kinderen onder de twaalf. Zij mogen nog wel thuis en op het veld werken. Oudere kinderen zijn daarmee niet aan werken ontsnapt.
Arbeiders leefden in vieze, kleine en dicht op elkaar staande huisjes en ze maakten lange dagen in de fabrieken. Vroeger was dit ook al zo, maar na de industrialisatie bereikten de problemen een hoogtepunt. De fabrieken voelden voor de werkers als een gevangenis en het leek wel alsof ze geen moment rust meer hadden.
Op het platteland leefde men vooral van gewassen die men zelf teelde en van het vee dat men zelf grootbracht. Gezinnen die geen eigen boerderij hadden, hadden het vaak veel moeilijker om aan voldoende levensmiddelen te geraken. Arbeiders en loonwerkers moesten dus creatief omgaan met het weinige voedsel dat ze hadden.
Midden 19e eeuw werkten velen zeven dagen op zeven. Soms moesten de arbeiders op de “vrije” zondag hun werkplaatsen schoonmaken en onderhouden… zonder te worden betaald. Pas in 1905 zou een Belgische wet van zondag een verplichte rustdag maken, na tien jaar discussie in het parlement.
Ze troffen microscopisch kleine resten van koeien-, geiten- en schapenmelk aan. 'Dit is volgens mij het eerste rechtstreekse bewijs van wat prehistorische kinderen te eten en te drinken kregen,' zegt Julie Dunne, biomoleculair archeoloog aan de University of Bristol in Groot-Brittannië tegen het persbureau Reuters.
Een 5-jarig meisje uit Peru voert de lijst aan van jongste moeders ooit. Zij werd door haar ouders naar het ziekenhuis gebracht omdat haar buik maar bleef groeien. Lina werd geboren met een afwijkend hormoonsysteem.
Het speentje werd tot ver na de Tweede Wereldoorlog in honing of suiker gedoopt en soms in jenever. Daar sliepen baby's zo lekker op. Pasgeborenen werden zo strak ingebakerd dat ze niet meer konden bewegen. Zelfs hun hoofd konden ze niet draaien.
6 – 8 jaar: maximaal 1 uur per dag (liefst 2 x 30 minuten)8 – 10 jaar: maximaal 1 à 1,5 uur per dag. 10 – 12 jaar: maximaal 2 uur per dag. 12 jaar en ouder: maximaal 3 uur per dag.
Maximaal 24 dagen mogen werken (optreden, acteren) in een leeftijdsjaar, waarbij repetities niet meetellen als speeldag. Maximaal 3 dagen per week werken. Maximaal 4 uren werken op schooldagen. Maximaal 12 uren mogen werken in een schoolweek.
Wereldwijd werken er 168 miljoen kinderen als kindarbeider. Hieronder enkele voorbeelden van landen waar kinderarbeid nog voor komt: • India: India is het land met de meeste kindarbeiders.
Het verbod van kinderarbeid
De Arbeidstijdenwet bepaalt dat kinderen in principe niet morgen werken. Hierop zijn een aantal uitzonderingen. Indien blijkt dat het verbod van kinderarbeid is overtreden riskeert de werkgever en de ouder/voogd een boete.
Fabrieksdirecteuren maakten graag gebruik van kinderen, die hoefden ze veel minder te betalen dan volwassenen. Zonder kinderen zou hun bedrijf niet kunnen draaien. Na 1850 vonden steeds meer mensen dat er wetten gemaakt moesten worden, die kinderarbeid verbood.