Wanneer een kind opvallend vaak valt of struikelt, bijvoorbeeld bij opstapjes of tijdens de gymles of sporten kan dat verschillende oorzaken hebben. Het kan zijn dat er sprake is van een probleem met de prikkelverwerking, zodat het kind het eigen lichaam niet goed aanvoelt.
Persisterende vuistjes, weinig variatie in het bewegingspatroon, een te lage spierspanning: allemaal zaken die kunnen duiden op een afwijkende motorische ontwikkeling. Zo zijn er nog veel meer signalen om aan de bel te trekken.
Kinderen met een ontwikkelingsachterstand ontwikkelen zich (veel) langzamer dan hun leeftijdsgenoten. Ze gaan bijvoorbeeld later rollen, zitten, staan, lopen of praten. Vaak zijn er vanaf de geboorte al (lichamelijke) klachten. Soms wordt een ontwikkelingsachterstand pas later duidelijk.
Vanaf zijn 7e verjaardag wordt je kind voorzichtiger en rustiger. Hij krijgt meer controle over zijn lichaam en denkt meer na voordat hij iets doet. En hij leert ook om meer geduld te hebben.
Een ontwikkelingsachterstand (of stoornis) kan ontstaan door genetische afwijkingen of kunnen ontstaan voor, tijdens of na de zwangerschap. Enkele oorzaken kunnen zijn: Alcohol gebruik tijdens de zwangerschap. Medicatie gebruik tijdens de zwangerschap.
Er is een achterstand in de cognitieve ontwikkeling bij een IQ tussen de 50 en 70. Maar kinderen kunnen ook achterlopen op andere vaardigheden, zoals het sociaal aanpassingsvermogen, communicatie, het oplossingsvermogen bij problemen en praktische vaardigheden.
Het Angelman syndroom is een genetische aandoening waarbij er een stoornis ontstaat in hersenontwikkeling. Dit leidt tot een ontwikkelingsachterstand, afwijkende motoriek en taalontwikkeling en slaap- en gedragsproblemen. Ook hebben kinderen meestal epilepsie.
ADHD kenmerken
Je kind is hyperactief: zit moeilijk stil, kan niet rustig spelen, kan zich niet lang met één activiteit bezighouden en praat extreem veel. Je kind heeft een slechte concentratie: is snel afgeleid, kan zijn aandacht er niet bij houden en luistert niet naar anderen of valt hen in de rede.
Een kind met ADD in de klas valt meestal niet zo snel op. Ze vertonen gedrag dat je ook bij andere kinderen ziet, zoals dagdromen of een korte aandachtsspanne. Als je regelmatig in het rapport ziet staan dat het kind moeite heeft met concentreren, dan zou het kunnen dat het kind ADD heeft.
Het wordt een probleem als het kind voortdurend druk is, niet kan concentreren, impulsief is en slecht luistert. Erg druk doen, niet stil kunnen zitten, rondrennen en friemelen. Dit zijn wat kenmerken van een hyperactief kind. De hyperactiviteit kan horen bij ADHD (Attention Deficit Hyperactivity Disorder).
Wat is DCD? Developmental Coordination Disorder of DCD is een coördinatie-ontwikkelingstoornis. Kinderen met DCD hebben een achterstand in de ontwikkeling van motorische vaardigheden en moeite met het coördineren van bewegingen.
Wat is het Kleefstra syndroom
Het Kleefstra syndroom is een zeldzame genetische aandoening. Mensen met het Kleefstra syndroom hebben een algehele ontwikkelingsachterstand en een lage spierspanning die maakt dat het kind vaak wat slapper aanvoelt en dat er op jonge leeftijd problemen kunnen zijn met de voeding.
De oorzaken van een afwijkende of vertraagde sociaal- emotionele ontwikkeling kunnen zeer divers en complex zijn, waardoor een volledige opsomming dan ook onmogelijk is, maar problemen op sociaal- emotioneel gebied kunnen mogelijk veroorzaakt worden door: de aanwezigheid van een lichamelijke- of verstandelijke handicap ...
Een kind met dyspraxie lijkt vooral onhandig, het lopen gaat moeizaam en ze vallen veel. Een bal gooien of vangen, fietsen, zwemmen en skaten, het lijkt allemaal klungelig en heel moeilijk. Het ruimtelijk inzicht is beperkt. Kinderen vinden het niet prettig in het midden van een ruimte, aan de zijkanten is prima.
Jongeren van 13 tot en met 18 jaar hebben relatief vaak dit letsel (30%), bijvoorbeeld letsel aan enkel of knie. Nog eens een kwart heeft letsel aan het hoofd (22%). Jonge kinderen van 0 tot en met 4 jaar hebben relatief vaak letsel aan het hoofd (39%), het gaat dan met name om open wonden en oppervlakkig letsel.
Aanbeveling. De diagnose DCD wordt gesteld door een arts die hiertoe geschoold en competent is (kinderrevalidatiearts, kinderarts, jeugdarts, kinderneuroloog, kinderpsychiater) of door een GZ-psycholoog of orthopedagoog-generalist. De diagnose wordt gesteld met gegevens vanuit een multidisciplinair team.
Overige ADD kenmerken bij volwassenen
moeite met snel en adequaat reageren op onverwachte gebeurtenissen door vertraagde informatieverwerking. dit moet niet verward worden met autisme omdat ADD'ers in tegenstelling tot mensen met autisme vaak prima verbanden kunnen leggen.
Je bent gevoelig, betrokken en emotioneel. Mensen met ADD zijn vaak gevoelig en betrokken maar hebben moeite met het tonen van hun gevoelens. Je bent dromerig vanwege een constante gedachten stroom. Hierdoor is concentreren lastig en kom je vaak ongeïnteresseerd of afwezig over.
Officieel wordt de diagnose bij kinderen pas gesteld vanaf 5, 6 jaar. Natuurlijk begint ADHD al eerder, maar dan is het vaak moeilijk om hyperactiviteit te onderscheiden van normaal druk gedrag bij peuters en kleuters.
Kenmerken ADHD
De kenmerken van ADHD zijn te verdelen in 3 gebieden: aandachtsproblemen, hyperactiviteit en impulsiviteit.
Wat is het Prader-Willi syndroom (PWS)?
Prader-Willi Syndroom (PWS) is een complexe aandoening die veroorzaakt wordt door een genetische afwijking in de Prader-Willi regio op chromosoom 15. PWS gaat doorgaans gepaard met een ongeremde eetlust, hormoontekorten, verminderde spiermassa en een ontwikkelingsachterstand.
Kabuki syndroom is een zeldzame ontwikkelingsstoornis. Naast een opvallend uiterlijk hebben mensen met Kabuki syndroom vaak een lichte tot matige verstandelijke beperking. De typische gelaatskenmerken zijn bijvoorbeeld wijde oogspleten en boogvormige wenkbrauwen.
Erfelijke aandoening met een vertraagde groei, leerproblemen, een vernauwde klep van de longslagader, en een specifiek uiterlijk. Soms is er een verdikking van de hartspier. Lichte bloedingsneiging is frequent.