Sprinkhanen zijn: muzikanten. Ze 'tjirpen', 'raspen' en 'tijikken' om partners te lokken. Veel soorten doen dat door de gekartelde binnenkant van hun poten tegen hun vleugels te wrijven.
Verschillende geluiden
Vergeleken bij de krassende sprinkhanen klinken krekels melodieus. Het zingen heeft zowel bij krekels als bij sprinkhanen dezelfde functie: het zorgt ervoor dat mannetjes en vrouwtjes elkaar vinden.
Krekel geluid
Dit doen zij om vrouwelijke paringspartners te vinden. Zij gebruiken hun lokgeluiden meestal overdag op veilige plaatsen wanneer er een vrouwtje in de buurt is, in de hoop dat zij geïnspireerd wordt om met hen te paren. Het tjilpen 's nachts wordt meestal gebruikt om potentiële bedreigingen af te weren.
De sprinkhaan ratelt graag. Dat doet hij in de zon. Dat ratelen heet officieel striduleren: door lichaamsdelen (bij de sprinkhaan de achterpoten en vleugels) langs elkaar te laten strijken, wordt er een kenmerkend geluid gemaakt.
Krekels maken geluid door de vleugels snel over elkaar te wrijven. Ze gebruiken de geluiden om andere krekels te vertellen wie ze zijn en wat ze willen. Geluid is een communicatiemiddel. De vleugels zijn zo gebouwd, dat ze als muziekinstrument kunnen werken.
Nee, krekels en sprinkhanen zijn niet hetzelfde dier.
Om echt zeker te zijn dat je met een krekel te maken hebt, moet je hem – of in ieder geval zijn buik – van dichtbij bekijken: krekels hebben twee cerci (een soort stekels) op hun achterlijf. Bovendien bevinden hun vleugels zich op hun rug en niet op hun flanken.
Krekel geluid
Krekels strijken hun nachtconcert. Keer op keer maken ze een 'krrrrrrrrrrr'-geluid door hun vleugels heel snel over elkaar te wrijven. Alleen de krekel mannetjes maken dit geluid. Dat doen ze om de aandacht van vrouwtjes te trekken.
Zowel krekels als sprinkhanen hebben daar iets op gevonden: ze gebruiken hun lichaam als geluidsinstrument (stridulatie). Door hun achterpoten langs hun lichaam te wrijven (krekel) of met hun vleugels tegen hun achterlichaam te strijken (sprinkhaan) maken ze geluiden om met soortgenoten te communiceren.
Volwassen sprinkhanen en krekels hebben een levensverwachting van enkele weken tot maanden. Slechts weinig soorten zijn meerjarig, een uitzondering zijn de op Nieuw-Zeeland endemische weta's.
Ze kunnen flink bijten, indien vastnemen niet noodzakelijk is moet het vermeden worden.
Als het buiten iets warmer wordt, maken krekels de hele dag muziek! Het geluid wordt vaak tjirpen genoemd, maar de officiële term is stridulatie.
Ze zijn ongevaarlijk voor mensen: ze bijten niet en brengen geen schade aan aan de natuur. Sterker nog, hoe vies ze er ook uit zien, de krekels zijn wel degelijk nuttig. Veel dieren houden wel van een lekker hapje krekel.
Krekels kunnen niet tegen kou
Dat doen ze met hun vleugels, die ze razendsnel tegen elkaar aan bewegen. Hoe warmer het is, hoe sneller zij de vleugels bewegen en hoe harder het geluid is dat ze produceren. Maar naar mate het kouder wordt, is de kans groter dat de krekel zich ook binnen gaat schuilhouden.
De Sprinkhaan staat voor astraal reizen, stapt over obstakels heen en maakt nieuwe stappen vooruit. Ook bezit de sprinkhaan het vermogen om snel van carrière te veranderen. Dit is de boodschap waar ik nu heel veel aan heb, ik heb een paar slapeloze nachten gehad en mijn lichaam dat met mij op de loop is gegaan.
Ze zijn vrijwel altijd duidelijk zichtbaar. Met deze grotere facetogen worden voedsel en vijanden waargenomen. Facetogen bestaan uit heel veel kleine oogjes, ommatidia. Met elk oogje zien ze een heel klein stukje van de omgeving.
Sprinkhanen zijn te vinden op planten, meestal grassen.Een aantal soorten leeft in struiken en bomen. Ze leven vaak op zonnige gebieden, zoals graslanden. Sprinkhanen hebben zich perfect aangepast aan hun omgeving en door hun kleur.
Uiteraard zijn er verscheidene natuurlijke vijanden van sprinkhanen. Gekende insecteneters die ook wel eens een sprinkhaantje lusten zijn verscheidene vogels, zoogdieren, reptielen en amfibieën. Een vogelsoort die zich uitsluitend met sprinkhanen voedt is de Scharrelaar.
De voornaamste vijanden van de bidsprinkhaan zijn hagedissen en vogels. Bidsprinkhanen worden vertegenwoordigd door ongeveer 2300 verschillende soorten, waarmee ze een relatief kleine orde binnen de insecten zijn. In tegenstelling tot de meeste andere insecten is het tevens een vrij uniforme groep.
Verschillende varianten. Veel soorten bidsprinkhanen kunnen als huisdier worden gehouden, maar Sphodromantis-soorten (Afrikaanse bidsprinkhaan) worden het meest gehouden.
De sprinkhaan komt voor in grote delen van Europa en komt ook in Nederland en België voor. Het is een bewoner van vochtige zandgronden, kleigronden worden vermeden. De sprinkhaan kan zwemmen en komt onder andere voor langs oevers.
Met hun krachtige achterpoten katapulteren sprinkhanen zich gemiddeld 25 cm hoog en makkelijk een meter ver. Als je hun lichaamsomvang in acht neemt, kan je deze prestatie vergelijken met een mens die over een voetbalveld heen springt. Jep, ronduit indrukwekkend.
Wist je dat krekels en sprinkhanen geen water drinken? Alles wat ze nodig hebben is vers groenvoer.
Gemiddeld kan een sprinkhaan namelijk zo'n 25 centimeter hoog en makkelijk een meter ver springen. Dat lijkt misschien niet zo indrukwekkend, maar als je zijn lichaamsomvang in acht neemt, kan je dit vergelijken met een mens van gemiddelde grootte die over een voetbalveld heen springt. Aha!
Aan het einde van de zomer leggen de vrouwtjes de eitjes met lange legbuizen in de grond. Hier overwinteren ze en ze komen het volgende voorjaar als larven uit de grond, die meteen op de volwassen sprinkhaan lijken. Net als hun ouders kunnen ze zich voortbewegen door te springen.
De gehele ontwikkelingsduur van ei tot volwassen insect is afhankelijk van de omgevingstemperatuur en duurt bij 20 tot 23°C 6 tot 11 maanden. Bij 26°C zal dit 4 tot 5 maanden duren en bij nog hogere temperaturen (35°C) slechts 1 à 2 maanden. De levensduur van volwassen huiskrekels wordt geschat op 1 tot 2 jaar.