De Sint Jacobsschelp dankt haar naam aan de heilige Sint Jacobus. Deze Sint Jacobus, ook wel bekend als Jacobus de Meerdere, is een discipel en apostel van Jezus Christus. Hij was een visser in Galilea toen hij door Jezus werd opgeroepen om hem te volgen.
Sint-jakobsschelpen, sint-jakobsvruchten, sint-jakobsnoten of coquilles (sint-jacques), het slaat allemaal op hetzelfde product. Als je een van deze benamingen in de winkel, bij je vishandel of op de menukaart ziet staan, moet je niet twijfelen.
Sint-Jacobsschelp
De schelp komt veel voor langs de kust van Galicië, vlakbij Santiago de Compostela. Het verhaal gaat dat monniken die de pelgrimstocht naar Santiago liepen een schelp meenamen voor degenen die de voettocht niet zelf konden doen om te bewijzen dat ze het met succes voltooid hadden.
Sint-Jacobsschelpen horen, samen met mosselen en oesters, tot de bivalven of tweekleppigen. Kenmerkend voor deze schelpdieren is dat ze omsloten worden door twee scharnierende kleppen.
De oude pelgrims gebruikten een 'Calabaza' (kalebas) om hun watervoorraad in te dragen. Het werd een symbool voor pelgrims en je zal niet snel de bekende pelgrimsstok vinden zonder de daarbij horende kalebas. Tegenwoordig kom je ze met name tegen als souvenir in allerlei maten.
De Sint Jacobsschelp dankt haar naam aan de heilige Sint Jacobus. Deze Sint Jacobus, ook wel bekend als Jacobus de Meerdere, is een discipel en apostel van Jezus Christus. Hij was een visser in Galilea toen hij door Jezus werd opgeroepen om hem te volgen.
Symbool van vruchtbaarheid, liefde, huwelijk en leven. De christelijke symboliek beschouwt de schelp als beeld van het graf, dat de mens na de dood omsluit, voor hij mag opstaan.
Sint-jacobsvruchten bakken of grillen doe je heel kort, binnenin mogen ze nog een beetje rauw zijn. Bak je ze te lang, dan worden ze taai en rubberachtig. Het oranje koraal mag je gerust bakken en opeten, maar is bovenal een heerlijke smaakmaker in vissauzen.
In de Middeleeuwen namen pelgrims de schelpen mee als ze terugkeerden van de bedevaart naar Santiago de Compostella, waar het graf ligt van de heilige St.Jacob. De St. Jacobsschelp stond model voor het logo van Shell.
De spier van de coquille is het lekkerste gedeelte.
Een compostela is het officiële kerkelijke document waarmee het kapittel van de kathedraal van Santiago de Compostela formeel bevestigt, dat de persoon die erom vraagt, gekomen is om eer te bewijzen aan de apostel Jacobus de Meerdere en aan alle daarmee verbonden verplichtingen heeft voldaan.
Santiago de Compostela is een beroemd bedevaartsoord in het noordwesten van Spanje en het werd een symbool in de strijd van de Spaanse christenen tegen de islam. De stad werd aan het eind van de 10e eeuw verwoest door de moslims, maar volledig herbouwd in de volgende eeuw.
De afstand van Nederland naar Santiago is ongeveer 2.400 km. Gemiddeld loop je zo'n 20-25 km per dag. Als je de pelgrimsroute vanuit huis wilt afleggen, ben je dus drie à vier maanden onderweg.
Coquilles (Sint Jacobsschelp) (6 st)
De coquille leent zich voor verschillende bereidingswijzen. Je kunt de coquilles, zachtjes garen in de boter, rauw eten in dunne plakjes, grillen, of gratineren. Eén regel bij het bereiden van coquilles, houdt een korte bereidingstijd aan anders worden ze taai.
Coquilles zijn niet alleen lekker, maar ook heel erg voedzaam. Ze zijn namelijk een goede bron van eiwitten en omega-3 vetzuren die belangrijk zijn voor een gezond hart en hersenfunctie. Bovendien bevatten coquilles veel vitamine B12 en ijzer wat bijdraagt aan een goed functioneren van het lichaam.
De sint-jakobsschelp komt veel voor in de Atlantische Oceaan, maar ook in de Middellandse zee. De Sint-jakobsschelp is het beste als deze is opgedoken. Het vlees de coquilles zitten in een pot van 1 kg verpakt .
Coquilles zijn het vlees van de Sint-Jakobsschelp. “Coquille” betekent schelp in het Frans en is dus een schelpdier. In restaurants hebben ze de Franse benaming Coquille St. Jacques gekregen.
Kokkels, kreeft, coquilles, you name it. Zodra één van deze schelp- of schaaldieren op het menu staat, bestellen wij ze. Stuk voor stuk zo divers maar allemaal lekker zilt van smaak.
De coquille, ook bekend als Sint Jacobsschelp, is met zijn fraai gevormde roze-achtige waaierschelp van 10 centimeter doorsnee een opvallende verschijning. Het zachte ronde visvlees dat de schelp bevat is al eeuwenlang een delicatesse.
Coquilles is door zijn aparte smaak en structuur heel goed te combineren met wijn. Eigenlijk drink je coquilles altijd met een witte wijn, zoals een chardonnay of een sauvignon blanc. Rode wijn, Rosé wijn en mousserende wijn passen minder goed bij deze scheldieren.
Verse vis, schaal- en schelpdieren mag je maximum twee dagen in de koelkast bewaren. Koop je voorverpakte vis, let op de houdbaarheidsdatum op de verpakking. Gerookte en gebakken vis zijn twee dagen houdbaar.
Bewaar de schelpen niet te lang maar eet ze bij voorkeur vers op de dag van aankoop. Ze zijn hooguit twee dagen houdbaar in de koelkast. Je kunt ze warm en koud eten. Gebruik ze als smaakmaker in salades of serveer ze naturel als voorgerecht.
De politie op de Filipijnen heeft een stapel zeldzame schelpen in beslag genomen. De schelpen zouden meer dan 20 miljoen euro waard zijn. De grote schelpen heten officieel doopvontschelpen. Ze zijn vaak meer dan 1,5 meter lang en kunnen 250 kilo wegen.
namelijk dat de gaatjes worden gemaakt door een slak welke in de zee leeft, genaamd de tepelhoorn. De slak lijkt veel op de slakken welke je ook in de tuin kan vinden. Hoe kan een slak dit soort gaatjes maken vraag je jezelf dan af.
De enorme schelpen heten doopvontschelpen. Deze zeedieren zijn soms anderhalve meter lang en kunnen maar liefst 250 kilo wegen. Hierdoor zijn ze een prooi voor verzamelaars die zo'n pronkstuk maar wat graag in huis willen hebben. Daar heeft de Filipijnse kustwacht gelukkig op het nippertje een stokje voor gestoken.