Ook bevruchte courgettes kunnen rotten. Bij vochtig weer ontstaat een schimmel op het verdroogde bloempje dat aan het uiteinde van de vrucht overblijft. Deze schimmel kan dan, bij koude en vochtige omstandigheden, de punt van de vrucht aantasten. Zo'n vruchten moet je onmiddellijk verwijderen.
Water. Courgetteplanten verzetten veel werk, dus hebben veel water nodig en veel eten. Geef zeer regelmatig water, staat je courgette in een pot in de zon, dan heeft 'ie op hete dagen elke dag een hele flinke scheut nodig. Houd hem nat, maar zorg ervoor dat de wortels niet gaan rotten.
Het is niet verwonderlijk dat vooral vruchtgewassen (zoals courgette, komkommer, pompoen en tomaat), maar ook broccoli en slabonen, echte zonnekloppers zijn. Acht uur zon per dag is voor deze groenten echt wel een minimum om vruchten of bloemhoofden te kunnen plukken.
Zoals met alle groenten, heeft courgette een tot twee centimeter water per week nodig. Bij koud weer kunt u de courgetteplant het beste ongeveer twee keer per week water geven. Bij warmer weer heeft hij drie keer per week nodig. Als u meerdere courgetteplanten plant, moet u ze drie voet uit elkaar plaatsen.
Geef je niet genoeg water, dan is er niet genoeg vocht voor de vruchten. Dan verdorren ze en vallen af. Voeding is ook zo'n ding. Zomergroentes zijn grootverbruikers, dus als de mix niet genoeg voeding (meer) heeft, heeft de plant het moeilijk.
Voeding. Courgettes groeien eigenlijk op alle grondsoorten, maar zorg wel voor een luchtige bodem waar geen water op blijft staan. Courgette vraagt een relatief hoge bemesting. Werk een aantal weken voor het planten compost en/of goed verteerde mest door de bovenste laag van de bodem.
Courgetteplanten stellen niet veel eisen aan de grond en groeien op vrijwel iedere bodem. Voor het beste resultaat kun je de courgette bij voorkeur zaaien in biologische moestuingrond met een hoog kaliumgehalte. Door de grote bladeren kunnen courgetteplanten bij warm weer erg veel water verdampen.
Blad snijden.
Vooral blad dat volledig plat op de grond ligt, beschadigd en verouderd is kan weggenomen worden. Snij niet tot tegen de stam, maar laat bladstelen van zo'n 20 cm over. De stam van courgette is te gevoelig voor rot.
Courgettes kweken doe je het best op een warme, zonnige plek. Ze groeien het best in goed doorlatende grond, die bijvoorbeeld verrijkt is met compost. Een te vochtige grond kan er namelijk voor zorgen dat de plant gaat rotten. Giet het water niet over de plant, maar direct op de grond rondom de plant.
Courgettes staan het liefst op een zonnige plaats. Daarnaast heeft de plant behoefte aan een voedingsrijke bodem, dus veel compost.
Er zijn heel weinig courgette soorten die kunnen klimmen. De meeste groeien in struikvorm en ranken (= klimmen) niet, en nemen dan zo'n vierkante meter in beslag. Black Beauty is in ieder geval geen klimmende soort, en grote kans dat de onbekende gele courgette ook niet klimt.
Van 1 plant kun je, afhankelijk van standplaats, het weer, vocht en voeding, wel 20 tot 40 courgettes in 1 tuinseizoen oogsten. Eet ze vooral dezelfde dag nog, want dan zijn ze het lekkerst, maar je kunt ze op een koele en donkere plaats ook nog wel 2 of 3 dagen bewaren.
Courgettes groeien snel. Na het zaaien kun je na ongeveer zes weken al voor het eerst oogsten, dan is de courgette 15 tot 20 cm lang. Als je de courgettes vroeg in het seizoen plukt, groeit er voor de herfst nog een nieuwe vrucht aan de plant.
Zo zijn courgettes rijk aan mineralen zoals kalium, wat goed is voor het gezond houden van het hart en bloedvaten. Daarnaast bevatten ze ook een goede dosis vitamine B1, B2, B6, B11 en C. Deze vitamines zijn belangrijk voor je stofwisseling en immuunsysteem. Courgettes bevatten veel vezels, en bijna geen koolhydraten.
Een pompoen of courgette uit eigen tuin kan giftig zijn als het bitter smaakt. Je kunt deze dan het beste uitspugen en niet verder opeten. Er kan dan namelijk een giftige stof inzitten, ook wel cucurbitacines genoemd.
Courgettes: mais, Oost-Indische kers, sla, stokbonen, uien. Komkommer: bonen, bieten, dille, erwten, knolvenkel, kool, koriander, mais, prei, selderij, uien. Koolsoorten: aardappels, andijvie, bieten, dille, erwten, kamille, koriander, prei, spinazie, tomaten.
Zonder bevruchting krijg je geen courgettes (of pompoenen), want dan zullen de vruchten na het sluiten van de bloem geel worden en afsterven. Dit betekent dat vrouwelijke en mannelijke bloemen dus wel ongeveer tegelijkertijd geopend moeten zijn.
5. De das. De das houdt vooral van courgettes. Dassen graven onder een hek door.
Dit moet je weten voor de oogst
Een niet-bevruchte vrucht kun je herkennen aan een puntig uiteinde, meestal wordt deze door de plant afgestoten. Die kun je ook zelf weghalen, net als eventuele te grote bladeren.
Herkennen van meeldauw
Je herkent het door de witte vlekken. Als je goed kijkt zie je dat het een plakkerige, meelachtige stof is, op de bovenkant van het blad en de stengels. Na een poosje wordt de witte schimmel donkerder en gaat het blad krullen.
De plant wordt flink hoog: in een kas al snel zo'n twee meter of hoger, maar in een warme zomer halen ze dat buiten ook. Bind 'm daarom regelmatig vast aan het klimrek.
Als je een pitje uit de courgette zaait, gaat het ontkiemen. De worteltjes groeien de grond in en een stengeltje strekt zich uit boven de grond. Aan het stengeltje komen bovenaan twee kleine blaadjes. Daarna komen er steeds meer blaadjes.
Courgette geel mozaïek virus: Dit is een specifiek bij courgette aan te treffen virus. Het laat een mozaïekpatroon achter op het blad van de plant die besmet is. Het patroon bestaat uit donker- en lichtgroene en vaak ook gele plekjes. Dit wordt veroorzaakt door een verstoring in de bladgroen huishouding van de plant.
Een courgette is zelfbestuivend. Dat wil zeggen dat een courgette zowel mannelijke als vrouwelijke bloemen heeft. Indien een bloem niet bestoven wordt… Deze courgette plant krijgt gele vruchten.
De courgette heeft moeite met overwinteren in Nederland en kan bij een vroege vorst onherstelbaar beschadigd raken. Kun je courgette op het balkon kweken? Dat is mogelijk. Houd rekening met een plantafstand van minimaal 1 x 1 x 0.7 meter (lxbxh) en biedt een standplaats met voldoende zonlicht.