Het desinfecteren van de huid voorafgaand aan een s.c. of i.m. injectie bij chirurgische patiënten helpt niet om infecties te voorkomen, en is dan ook niet aanbevolen.
Het desinfecteren van de huid met alcohol of met een ander desinfectans voordat een subcutane, intramusculaire of intraveneuze injectie wordt gegeven, is sinds jaar en dag een veel uitgevoerde handeling. Het doel hiervan is het voorkómen van een infectie door bacteriën op de huid bij de spuitplek.
Let op: na het injecteren niet over de injectie plaats wrijven, dit kan blauwe plekken veroorzaken en/of verergeren!
In veel protocollen staat dat desinfecteren van de huid voor injecteren - bij patiënten met normale weerstand – niet nodig is.
De Werkgroep Infectiepreventie (WIP) is van mening dat bij patiënten met een normale gastheerweerstand tegen infecties huiddesinfectie achterwege kan worden gelaten bij intramusculaire, veneuze en subcutane injecties, ook bij vaccinatie. Dit geldt eveneens voor bloedafname via venapuncties.
Bij een subcutaan infuus wordt medicatie en/of vocht via een subcutane canule of naald in het onderhuidse bindweefsel toegediend. Vanuit het onderhuidse bindweefsel wordt het opgenomen in het bloed en zo verder verspreid door het lichaam. Een bekend medicijn die via een subcutane infusie toegediend wordt is morfine.
☞ Gebruik alcohol (60-90%) voor desinfectie van de huid, met of zonder toevoeging van 0,5% chloorhexidine (chloorhexidinetinctuur) of 1% jodium (jodiumtinctuur).
Waar nooit geïnjecteerd mag worden: - In een geopereerde buik of been. - Door vocht gezwollen injectiegebied of trombosegebied. - Lipodystrofie b.v. lipohypertrofie (verdikking van het onderhuids vetweefsel) of lipoatrofie ( putjes in het onderhuids vetweefsel).
Het masseren van de plaats voor of na de in- jectie kan de opname van insuline versnellen en wordt niet algemeen aanbevolen. Het- zelfde geldt ook voor het nemen van een warm bad.
Breng de naald helemaal in de huid en injecteer de insuline langzaam. Wanneer de injectieknop weer op 0 staat, de naald nog minstens 10 seconden in de huid laten zitten om ervoor te zorgen dat de volledige dosis geïnjecteerd is.
Er kan een bloeddruppeltje ontstaan op de injectieplaats. Een pleister is meestal niet nodig. Let op: Wrijf na het injecteren niet over de injectieplaats. Dit kan blauwe plekken verergeren of veroorzaken.
Een van de mogelijke complicaties is het per ongeluk aanprikken van een bloedvat. Wanneer de medicatie dan toch ingespoten wordt, kan dit direct in het bloedvat terecht komen. In ernstige gevallen leidt dit mogelijk tot shock of coma.
Bij het injecteren gaat de luchtbel in de 'stamper' zitten. De luchtbel komt hiermee als laatste bij de opening en helpt op deze manier met het leegmaken van de spuit en de naald.
Handalcohol is sneller in gebruik. Het desinfecteren van je handen duurt 15 seconden, wassen 60 seconden. Handschoenen gaan gemakkelijker aan na het gebruik van handalcohol.
De WIP geeft in de richtlijn Desinfectie van huid en slijmvliezen adviezen over desinfectie van de huid. In dit advies wordt desinfectie van huid voorafgaand aan vloeistof toediening via een intradermale, intramusculaire of subcutane injectie of venapunctie bij patiënten met een normale weerstand niet nodig geacht.
Neem de spuit in de injecterende hand en verwijder de naaldhuls. Pak met de niet-injecterende hand een brede huidplooi op. Steek de naald onder een hoek van 45à 60 halverwege tussen het hoogste en laagste punt van de huidplooi. Houd de huidplooi vast.
Intramusculair injecteren in de bil: rugzijde of buikzijde? Traditioneel wordt in de boven/ buitenzijde (dorsogluteaal) van de bil geïnjecteerd. Echter de buikzijde (ventroglueaal) heeft de voorkeur. De kans op het aanprikken van een zenuw of bloedvat en het per ongeluk subcutaan injecteren is kleiner.
Indien het medicijn kant-en-klaar in de flacon zit: a Verwijder de beschermhuls van de opzuignaald. b Zuig een hoeveelheid lucht in de spuit die overeenkomt met de voorgeschreven dosering. c Steek de naald door de rubber dop van de flacon en spuit de lucht in.
De huidlaag zit bij getrainde mensen vaak strak om de spieren. Spuit de insuline niet te diep. Dus niet in een spier. Dit is pijnlijk en de insuline wordt hierdoor sneller opgenomen.
Het is belangrijk om regelmatig van injectieplaats te veranderen. Langdurig op een zelfde plaats spuiten, kan lipodystrofie veroorzaken. Uit verschillende onderzoeken is gebleken dat de beste manier om normaal weefsel te behouden, het op de juiste manier en consequent roteren van injectieplaatsen is.
Voor een intramusculaire injectie geldt dat er maximaal vijftien millimeter vloeistof mag worden ingespoten.
Plaats de naald loodrecht in de huidplooi, in een hoek van 90 graden. De naald mag helemaal in de huid. Laat de huidplooi los. Spuit vervolgens langzaam de vloeistof in, door de zuiger rustig naar beneden te drukken.
Desinfecteren betekent specifieke virussen en ziekteverwekkers op een oppervlak doden met een desinfectans. Deze reinigingsmiddelen moeten 99,999% van de besmettelijke bacteriën, virussen en schimmels binnen een periode van 5-10 minuten doden. Het wordt aanbevolen om vaak aangeraakte oppervlakken te desinfecteren.
Alcohol doodt bacteriën door middel van een proces dat bekend staat als denaturatie. Omdat bacteriële celmembranen zowel een op vet gebaseerde kant als een op water gebaseerde kant hebben, kunnen alcoholmoleculen zich binden met het beschermende membraan en dit afbreken.
Preoperatief desinfecteren van de huid middels chloorhexidine/alcohol leidt tot minder postoperatieve wondinfecties dan toepassing van povidonjodium. Behalve als er contra-indicaties bestaan dient preoperatieve desinfectie daarom voortaan plaats te vinden met chloorhexidine/alcohol.