Starters, ondertussen, kregen direct na de crisis te maken met almaar stijgende huizenprijzen, strengere hypotheekregelgeving en een nieuw studieleenstelsel dat de maximale hypotheek behoorlijk drukt. Ze kunnen financieel niet tegen beleggers op, tenzij ze echt een fors bedrag aan eigen geld meenemen.
Door de strengere hypotheekregels die in 2018 ingevoerd zijn, moeten starters al een aardig startkapitaal gespaard hebben om een huis te kunnen kopen. De hoogte van de maximale hypotheek mag tegenwoordig namelijk niet hoger zijn dan de marktwaarde van de woning.
Starters: “Vraag me af of ik überhaupt nog een huis kan kopen” Uit dezelfde enquête bleek dat 8 op de 10 starters (78%) twijfelt of ze überhaupt ooit nog een huis kunnen kopen. “Dat is een ontzettend somber beeld”, zegt Marga Lankreijer-Kos van Independer.
Er is ook steeds minder keuze, wat de prijzen opdrijft. Daarnaast loopt de woningproductie juist achter. Er zouden jaarlijks 90.000 nieuwbouwwoningen bij moeten komen om de achterstand in te halen. De afgelopen jaren zijn de hypotheekregels strenger geworden.
Sinds 1 januari 2018 is het niet meer mogelijk om een huis te kopen zonder eigen inleg. Dit omdat er sinds die datum nog maar 100% van de koopsom gefinancierd mag worden. De bijkomende kosten betaal je dus uit eigen zak.
Voor het kopen van een huis moet je meerderjarig zijn. In Nederland betekent dat dus dat je vanaf je achttiende een huis mag kopen.
De maximale koopprijs voor een hypotheek met Nationale Hypotheek Garantie bedraagt in 2022 €355.000. Je mag maximaal € 21.300 aan energiebesparende maatregelen meefinancieren met NHG. De kosten van de Nationale Hypotheekgarantie dalen iets naar 0,6% van de koopsom van je huis. Dat was 0,7% in 2021.
Wie een baan heeft, kan dus blijven kopen. Economen gaan er daarom vanuit dat de huizenprijzen blijven stijgen. In 2022 nog met dubbele cijfers, met name door een goede eerste helft van het jaar. In 2023 wordt een gemiddelde huizenprijsstijging van 2,5% tot 4,5% verwacht.
De huizenprijzen zullen dit jaar nog hard stijgen. Voor 2023 wordt een minder harde stijging verwacht. De hoge energieprijzen en de stijgende hypotheekrente dragen bij aan een daling van het aantal woningverkopen. In 2022 zal de gemiddelde prijs van een koopwoning in totaal met 15% stijgen.
Interactieve kaartEen alleenstaande starter met een modaal inkomen moet gemiddeld 38.000 euro eigen geld hebben om een appartement van 60 vierkante meter te kunnen kopen. In Amsterdam heb je zelfs 253.000 euro op je spaarrekening nodig en in Utrecht 145.000 euro.
Dat de gemiddelde startershypotheek in 2019 boven de 200.000 euro ligt, is volgens De Hypotheekshop veelzeggend. Het laat zien dat een grote groep niet meer kan kopen. Dat geldt vooral voor lage- en middeninkomens.
Huizenprijzen blijven stijgen, maar minder hard
De afgelopen maanden hebben verschillende economische bureaus hun verwachting gegeven (en ook weer bijgesteld). Rabobank verwacht een huizenprijsstijging in 2022 van 16,1%. De meest recente verwachting van ABN AMRO is een prijsstijging van 15,2%.
Wil je zelf uitrekenen hoeveel spaargeld je moet hebben, houd dan rekening met zo'n 4 tot 6 % van de koopsom, de zogenoemde kosten koper en aanvullende kosten. Je betaalt sowieso overdrachtsbelasting, de notaris, taxateur en hypotheekadviseur. Koop je een huis van € 250.000, dan komt dat dus neer op bijna € 8.500.
Hoeveel u dan moet sparen om een eigen huis of appartement te kopen? Ga uit van zo'n 20 procent van de aankoopprijs om comfortabel te zijn. Voor een droomwoning van 300.000 euro, gaat u dus uit van 60.000 euro eigen inleg.
Ja. Uw burgerlijke staat is op zich geen criterium voor de aanvraag van een woonkrediet. De bank kijkt naar uw financiële situatie en uw kredietwaardigheid.
Onder normale omstandigheden stort een huis niet zomaar in. Er moet wel écht iets aan de hand zijn zoals een gasexplosie of aardbeving. Laat je huis periodiek inspecteren op gaslekkage. Vooral in oudere woningen, en door slechte aansluitingen van een gastoestel kunnen er gevaarlijke situaties ontstaan.
Verwachting huizenprijzen 2030
Als we kijken naar een huizenprijzen grafiek die tot 2030 gaat, dan zien we nog steeds een grote vraag naar koopwoningen. Met name doorstromers en starters voeren de druk op waarbij de woningen tot 250.000 euro het meeste in trek zijn.
Wie weinig verdient denkt vaak dat een huis kopen geen optie is. Toch zijn er ook met een laag inkomen mogelijkheden. Zo is er bijvoorbeeld in veel gemeenten de starterslening. Dit is een extra hypotheek met gunstige voorwaarden die het gat tussen wat je maximaal kunt lenen en wat je nodig hebt kan opvullen.
In principe kan iedereen een huis kopen in Nederland, dus ook als starter kom je in aanmerking voor een huis. Het enige waar je tegenaan kan lopen is dat je waarschijnlijk minder kan lenen voor de hypotheek, omdat je inkomen nog niet zo hoog is en je nog wellicht niet nog zoveel spaargeld hebt opgebouwd.
Theoretisch gezien mag je een onbeperkt aantal woningen bezitten en verhuren in box 3. Alleen is het wel zo dat je geen of minimaal werk mag verrichten bij het verhuren van je woningen.
In 2021 lag het gemiddelde op ruim 13 bezichtigingen per te koop staand huis. Dat is aanzienlijk meer dan het jaar daarvoor, want in 2020 was het gemiddelde nog iets minder dan 10 bezichtigen. Dit was te verklaren door de gekte op de huizenmarkt.
Er zijn twee eisen om een hypotheek te krijgen: ten eerste heb je voldoende inkomen om elke maand je hypotheeklasten af te lossen, de tweede eis is dat de verhouding tussen de lening en je huis (het onderpand) in balans is. Wanneer je een hypotheek wilt afsluiten, dan is de vraag of je genoeg verdient de belangrijkste.
In Nederland kun je vanaf 18 jaar een huis kopen, ook als student. Probleem is meestal dat je als student niet in aanmerking komt voor een hypotheek of minder kan lenen. Je inkomen is waarschijnlijk nog niet zo hoog als die van iemand met een deeltijd- of voltijdbaan.
20% eigen inbreng geen ijzeren wet
De gangbare regel is dat u 20% van de aankoopprijs zelf moet kunnen leggen, voor de overige 80% kan u naar de bank voor een lening. Stel dat u een appartement van 220.000 euro wil kopen, dan zou u dus 44.000 euro zelf moeten ophoesten en de overige 176.000 euro lenen.