Daarnaast zou je verwachten dat zouten stroom kunnen geleiden, aangezien we te maken hebben met geladen deeltjes. Echter is het geleiden van stroom in vaste zouten niet mogelijk, omdat de ionen vast op hun plek zitten. Hierdoor kan lading in het rooster zich niet verplaatsen.
Wanneer een zout in vaste vorm is, zitten de geladen ionen op hun plaats vast. In een zout heb je te maken met een ionrooster . De binding tussen de positieve en negatieve ionen noemen we een ionbinding . Deze ionbinding vormt een zout, dat neutraal is en geen lading heeft.
Zouten geleiden alleen stroom indien het zout vloeibaar is of opgelost (aq) is in water. Verantwoordelijk voor de stroomgeleiding zijn de aanwezige ionen. In vaste vorm geleiden zouten geen stroom. Zuiver water geleidt geen stroom (links).
hoiii In een zout in de vaste fase zijn de positieve en negatieve ionen stevig gerangschikt in een kristalrooster.Deze vaste structuur zorgt ervoor dat de ionen niet vrij kunnen bewegen en dus geen elektrische stroom kunnen geleiden.
Zouten op zichzelf geleiden alleen in een vloeibare aggregatietoestand, dit komt doordat de ionen zich dan vrij kunnen bewegen, als dit niet het geval is (in een vaste aggregatietoestand) treedt er dus ook geen elektrische geleiding op.
Vaste zouten geleiden geen stroom: de ionen kunnen niet vrij bewegen. In gesmolten zouten en in zoutoplossingen kunnen de ionen wel bewegen. Gesmolten zouten en zoutoplossingen geleiden wel stroom. De positieve ionen gaan naar de negatieve elektrode.
Andere materialen laten elektriciteit niet door. Zo'n materiaal noemen we een isolator . Voorbeelden van isolatoren zijn hout, plastic , rubber, glas en vooral lucht.
Oplosbaarheid Sommige zouten lossen niet op in water dit gebeurd wanneer het ionrooster te sterk is. Een zout die goed oplosbaar is heeft een hoog geleidingsvermogen. Dit komt doordat er veel ionen zijn (die vrij kunnen bewegen).
In puur gedestilleerd water zijn erg weinig vrije elektronen aanwezig. Puur water heeft dus een zeer slechte geleiding. Het heeft een hoge elektrische weerstand.
Hoe meer ionen beschikbaar zijn, hoe hoger de geleidbaarheid. Minder ionen zal resulteren in een lagere geleidbaarheid. Hoe hoger de geleidbaarheid, hoe hoger het vermogen van een oplossing om elektriciteit te geleiden. Dit is een gevolg van een groot aantal geladen ionen die in de oplossing aanwezig zijn.
Je moet daarbij bedenken dat zouten ongeladen zijn. Bij NaCl is er op elk positief Na+ precies één negatief geladen Cl–-ion. De formule voor calciumchloride is CaCl2 en die voor calciumoxide CaO.
Zure en basische oplossingen geleiden de elektrische stroom: ze bevatten dus beweeglijke ionen (geladen deeltjes). De aanwezigheid van die ionen en het verschillende gedrag van de indicator verklaren we als volgt.
Samenvatting. Als je twee stoffen mengt en het resultaat is een homogeen mengsel, dan heb je te maken met een oplossing. In het geval van keukenzout vermengd met water worden de Na- en Cl-atomen, oorspronkelijk gebonden in de vorm van kristallen, opgelost door de watermoleculen.
Als we een zout in water oplossen, dan trekken de watermoleculen met deze ladingen aan de ionen in het zout. Als deze aantrekkingskracht groot genoeg is, dan trekken de watermoleculen de ionen uit het rooster. De ionen bewegen dan vrij rond in het water (zie de onderstaande afbeelding).
De variatie tussen de verschillende waterbronnen is groot. Zo is de geleidbaarheid van regenwater zeer laag (ca. 0-50 µS/cm); ons drinkwater heeft een range van ongeveer 300-700 µS/cm en voor zeewater kan dit oplopen tot ca.50.000 µS/cm.
De elektronen bewegen van de minpool van de batterij via de geleidende draden naar het lampje en stromen door het lampje naar de pluspool toe. Deze stroming van ladingen noemt men een elektrische stroom. Door een geleider loopt een elektrische stroom als de vrije elektronen zich globaal naar één kant verplaatsen.
In opgeloste toestand zijn de ionen (gehydrateerd) vrij van elkaar en de stroom kan dus wel geleid worden. Moleculaire stoffen, zoals suiker, geleiden ook in opgeloste toestand geen stroom omdat moleculaire stoffen niet uit geladen deeltjes zijn opgebouwd.
Elektriciteitsgeleider. Alle soorten metaal zijn geleiders, echter zilver en koper zijn de beste geleiders voor elektriciteit. Dit omdat omdat de elektronen in deze materialen de minste weerstand geven om stroom te vervoeren.
Het vermogen van het water om een elektrische stroom te geleiden. Normaal drinkwater heeft een geleidbaarheid van ongeveer 500 µS / cm, maar dit varieert aanzienlijk. RO-permeaat heeft typisch een geleidbaarheid van minder dan 20 µS / cm.
Voor vaste stoffen, zoals zout of suiker, neemt de oplosbaarheid toe als de temperatuur toeneemt. We kunnen dus meer van deze stoffen oplossen in warm water dan in koud water. Dit komt omdat bij hogere temperaturen de deeltjes sneller bewegen en de deeltjes dus gemakkelijk los komen.
In het algemeen zijn alle Natrium (Na+) en Kalium (K+) zouten goed oplosbaar in water, ook zouten met als NO3- zijn goed oplosbaar. Bij de andere zouten ligt het aan de samenstelling en de concentratie of het zout oplosbaar is.
Ook het toevoegen van een andere sterke smaak kan de zoute smaak neutraliseren. Hierbij zijn citroensap, azijn of suiker favoriet.
Geleidbaarheid, voor elektrische stroom
De ene geleidende stof doet het beter dan de andere; niet alle geleiders zijn even goed. De geleidbaarheid is afhankelijk van: De concentratie van de geladen deeltjes, hun aantal, hoe meer, hoe beter de geleiding. Een hoge concentratie geleidt beter dan een lage concentratie.
Dit komt doordat de elektronen in plastics niet zo snel kunnen bewegen als in metalen.
De beste, dat wil zeggen met de kleinste soortelijke weerstand, zijn zilver en koper, omdat hun enige valentie-elektron zich vrijwel als een vrij gas door het kristalrooster beweegt, maar ook aluminium is een goede geleider. Koper wordt voor de goede geleiding in elektriciteitsdraad gebruikt.