Een elleboogbreuk kan ontstaan door een val of door een klap op de hand, pols, elleboog of schouder. De breuk kan bestaan uit een barst in het bot, een gesplinterd bot of het meer serieuze splijten van het bot.
De voornaamste kenmerken van een gebroken elleboog zijn: Pijn ter hoogte van de elleboog, die minder wordt als u uw arm ondersteunt. Bewegingen in de elleboog sterk beperkt (mede door de pijn). Zwelling en/of kraken ter hoogte van de elleboog.
U mag het verband zelf vervangen met een verband dat u bij de drogist kunt kopen. De breuk zit dicht bij het gewricht. Begin daarom met buigen en strekken van de elleboog zodra de pijn dat toelaat. Dat betekent dat u de elleboog kunt bewegen zolang u de pijn kunt verdragen.
U voelt pijn op de plaats van de breuk, simpele bewegingen worden opeens moeilijk uitvoerbaar en er ontwikkelt zich een zwelling. Deze zwelling is het gevolg van een bloeduitstorting, die ontstaat bij een breuk. Soms kunt u een fractuur herkennen aan een krakend geluid, net nadat het bot gebroken is.
Bij deze breuk heeft u veel pijn in de bovenarm en het schoudergewricht. Dit komt doordat de losse botdelen ten opzichte van elkaar bewegen. Ook is de functie van de arm beperkt door de breuk. Meestal zijn er een bloeduitstorting en zwelling.
Wanneer u zelf de arm nog kunt strekken en de breuk op de röntgenfoto nagenoeg perfect staat, kan de breuk alleen met gips worden behandeld. Dit neemt ongeveer vijf tot zes weken in beslag.
Door de val kunnen er scheurtjes in het kapsel en de banden rondom de elleboog ontstaan. In sommige gevallen kan zelfs de elleboog 'uit de kom' raken. Dit heet dan een luxatie. Er kan ook een breuk ontstaan in het bot of dat de banden rondom de elleboog helemaal afscheuren.
Een kneuzing (contusie) van de elleboog wordt meestal veroorzaakt door stomp geweld op de huid, onderhuids bindweefsel, spierweefsel, botten en gewrichten. Bij contactsporten zoals rugby of vechtsporten ontstaan vaak kneuzingen. Hard vallen op de elleboog in en om het huis kan ook al een kneuzing opleveren.
Vaak is belasten van de arm met kracht pas toegestaan als de breuk al enigszins is vastgegroeid, dit duurt in de regel minimaal zo'n 6 weken. Daarna kunt u pas de kracht en belasting gaan uitbreiden. Volledig normaal en pijnvrij gebruik van de elleboog zal meestal pas na 3-6 maanden worden bereikt.
Volledig normaal en pijnvrij gebruik van de arm kan minstens 3-6 maanden of soms nog langer duren. Heeft u nog vragen, stel ze gerust aan uw behandelend arts of huisarts. Bij dringende vragen of problemen vóór uw behandeling kunt u zich het beste wenden tot de afdeling waar de behandeling plaats moet vinden.
De tinteling komt van de zogeheten nervus ulnaris. Die loopt door een nauwe uitsparing van je ellepijp, een van de botten in je onderarm. Wie deze zenuw stoot, prikkelt zijn pink en ringvinger, want daar loopt de zenuw naartoe. Omdat de zenuw zo aan de oppervlakte ligt, kun je hem heel makkelijk beschadigen.
De behandeling Afhankelijk van waar de breuk zich bevindt wordt u behandeld met een gips of drukverband. Als de stand niet goed is, wordt deze gereponeerd (goed gezet), onder narcose op de operatiekamer. U gaat naar huis met een draagdoek (mitella), zodat de arm rust krijgt.
De banden en spieren worden zorgvuldig terug gehecht en de wond wordt gesloten. Tot slot wordt er een stevig drukverband aangelegd om zwelling van de onderarm te voorkomen. De operatie zelf duurt ongeveer twee uur.
Oorzaken kunnen zijn: een val in het verleden, langdurige peesirritatie, herhaaldelijke overbelasting (microtraumata), ouderdom (degeneratie), slijtage of vervorming van het schoudergewricht. Het gaat vaak om een combinatie van factoren.
Ellebooginstabiliteit kan worden veroorzaakt door een ongeval, waarbij de elleboog (bijna) uit de kom is geweest. Hierdoor kunnen de banden (in) scheuren, waardoor deze slapper worden.
Pijn in ellebogen is in veel gevallen altijd het gevolg van overbelasting. Het principe achter overbelasting is eenvoudig: als u wakker bent, maakt u de weefsels in de pezen, botten en spieren in uw elleboog deels kapot.
Behandeling en herstel
Toepassen van koude compressen kan de zwelling en pijn binnen de perken houden. Over het algemeen hoeft een kneuzing niet behandeld te worden. De klachten verdwijnen meestal spontaan binnen enkele dagen tot enkele weken. Een zware kneuzing kan tot 6 weken duren.
In de meeste gevallen gaan mensen met een breuk naar een arts, gespecialiseerd in botten en gewrichten (orthopeed). Afhankelijk van het type breuk, kan de arts gips of een mitella voorschrijven, of, bij ernstige breuken, een operatie.
Na een ontwrichting (luxatie) wordt één tot drie weken gips gegeven, afhankelijk van de stabiliteit direct na het weer in de kom trekken van het gewricht (repositie). Dit laatste gebeurt zo snel mogelijk na het stellen van de diagnose, vaak onder lokale verdoving.
De elleboog is het gewricht tussen de bovenarm en onderarm. In tegenstelling tot de bovenarm (humerus) bestaat de onderarm uit twee botten: het spaakbeen (radius) en de ellepijp (ulna). Er zijn twee grote bewegingen mogelijk in de elleboog.
Meestal gaat een elleboogkneuzing na een paar dagen tot drie weken vanzelf over. Na een aantal dagen kan er geleidelijk meer bewogen worden. Dit stimuleert het herstel. Is er mogelijk sprake van een botbreuk, is er forse zwelling of blijft de pijn hevig ondanks rust, neem dan contact op met je huisarts.
Het telefoonbotje (ook wel stroombotje, elektrisch botje, elektrische knobbel, tinteldoosje of weduwnaarsbotje geheten) is een schertsende term voor dat deel van de elleboog dat wordt gevormd door het onderste, mediale deel van het opperarmbeen.
Het puntje van de elleboog, waar je het bot voelt zitten, wordt in de volksmond het telefoonbotje genoemd. Andere benamingen voor hetzelfde lichaamsdeel zijn elektriciteitsknobbel, stroombotje, telegrambotje, weduwnaarsbotje en tinteldoosje.
Gewricht tussen bovenarm en spaakbeen (radius). Het kopje van de radius is iets uitgediept en vormt met het bolvormige uiteinde van de humerus een soort kop-kom gewricht.
Uw arm kan breken wanneer er te veel kracht op komt te staan. Meestal komt dit door een val. Een gebroken arm kan ook ontstaan als er een langere periode veel druk op het bot komt te staan. Zo'n breuk wordt een stressfractuur genoemd.