Je kindje wordt zich tussen de 1 en 4 jaar steeds meer bewust van de wereld om zich heen en van zichzelf. Verlegenheid is hier een natuurlijk gevolg van. Je peuter beseft zich namelijk steeds meer hoe hij zich verhoudt tot anderen, waardoor hij zich opeens klein of beoordeeld door volwassenen kan voelen.
Verlegenheid is een angst die ontstaat in gezelschap van mensen. Het kan een angst zijn dat je niet goed genoeg bent. Angst niet te kunnen voldoen aan de verwachtingen die anderen hebben. Het zijn je eigen gedachten die je dit vertellen.
Wees happy met jezelf
Vaak voelen verlegen mensen zich niet alleen ongemakkelijk bij andere mensen, maar ook met zichzelf. Dus: ga alleen uit! Het klinkt misschien gek, maar probeer eens alleen uit eten of alleen naar de film te gaan en kijk hoe je je daarbij voelt.
Peuters ontdekken hun 'eigen ik', ze worden zich bewust van zichzelf. Bij vreemden of in een onbekende situatie kunnen ze daardoor verlegen worden. Dat is heel normaal op deze leeftijd. Je kind kruipt weg of zegt niets meer en moet even wennen voor het zich weer veilig en vertrouwd voelt.
Symptomen van onzekerheid bij je kind
Hij is stil en teruggetrokken, kijkt de kat uit de boom, praat zachtjes en maak weinig oogcontact. Het kan ook zijn dat je kind vaak bang is om iets alleen te doen of snel boos wordt of gaat huilen als hij in een situatie komt waarin hij zich niet veilig voelt.
Selectief mutisme is een ontwikkelingsstoornis waarbij een kind/jongere in sommige situaties niet 'kan' praten, terwijl hij of zij dat in andere situaties heel goed kan. Kinderen/jongeren met selectief mutisme praten thuis en tegen sommige mensen.
Veel mensen zijn wel eens verlegen, bijvoorbeeld als ze een grote groep moeten toespreken. Maar verlegenheid kan ook ernstiger vormen aannemen, bijvoorbeeld zo verlegen zijn dat je niet meer naar een feest durft. Verlegenheid is een uiting van onzekerheid.
Verlegenheid is angst in sociale situaties. Je denkt dat je beoordeeld wordt op alles wat je zegt en doet. Hierdoor word je erg zelfbewust, waardoor je minder betrokken bent bij de sociale interactie. Je bent een beetje in jezelf gekeerd en praat niet gemakkelijk mee met anderen.
Iemand die verlegen is ervaart een gevoel van angst in het gezelschap van andere mensen: sociale angst. Een angst die voortkomt uit het idee niet goed genoeg te zijn of het niet kunnen voldoen aan de verwachtingen van anderen. Je bent bang dat iedereen negatief over je denkt.
beduusd, beschroomd, beteuterd, onthutst, verlegen. schroomvallig (bn) : bedeesd, beschroomd, schuchter, timide, verlegen.
Als je kind erg actief is, zijn teamsporten zoals voetbal, gym en zwemmen goede opties. Kies bijvoorbeeld voor judo (of peuterjudo/tuimelen) om je kind zijn verlegenheid te laten overwinnen. Ook wel eens aan kinderyoga gedacht? Yoga helpt je kind zijn gevoelens te uiten, te concentreren en zelfvertrouwen te kweken.
Eenkennigheid komt meestal voor als je kind tussen een en twee jaar oud is. Het is in deze fase heel normaal dat je peuter zich aan je vastklampt. Dat hoort bij de normale ontwikkeling.
De kernbetekenis van verlegen is: onzeker, ongemakkelijk, niet-vrij. geen raad weten met iets, ergens te veel van hebben.
Begin met kleine gesprekjes en probeer daarna iets meer te praten of diepre gesprekken te voeren. Het klinkt ook alsof je verlegenheid komt uit een plaats van onzekerheid. Dat is heel normaal, en iedereen heeft dit wel eens, maar het is toch leuker als je je goed in je vel voelt.
Als u een sociale-angststoornis heeft, bent u heel erg bang voor wat anderen van u denken. U bent bijvoorbeeld bang dat anderen u raar vinden of vinden dat u zich slecht gedraagt. Die angst kan klachten geven, zoals hartkloppingen en benauwdheid.
Er bestaat zowel negatief als positieve faalangst. Er is sprake van negatieve faalangst als je kind het gevoel heeft dat hij moet presteren en bang is dat dit niet lukt. Je kind blokkeert of wil het liefste 'weglopen' van de angstige situatie. Bij positieve faalangst is er een gezonde spanning bij je kind.
Als u vindt dat uw kind erg angstig is, kunt u een afspraak maken met de huisarts, de praktijkondersteuner GGZ of met een psycholoog. Hij/zij doet uitgebreid onderzoek en heeft een aantal gesprekken: met uw kind, met u als ouders, met u en uw kind samen en soms ook met de andere gezinsleden en met school.
Frida Koopmans: 'Er kunnen verschillende oorzaken zijn waarom een kind van 2 jaar nog niet praat. Soms heeft het een medische oorzaak, soms ligt het aan het aanbod (veel taalaanbod is belangrijk om taal te leren) of het kind heeft een bredere ontwikkelingsachterstand waardoor het praten niet op gang komt.
Door eerst steun te bieden, maar daarna het kind wat los te laten en er op te vertrouwen dat het kind zich redt, kan het kind verlegen gedrag overwinnen. Ouders kunnen het kind ook helpen minder verlegen gedrag te ontwikkelen door al op jonge leeftijd sociaal contact te stimuleren en sociaal gedrag te waarderen.