Het doel van de rechtsstaat is om de burgers te beschermen tegen machtsmisbruik van de overheid. Ook de overheid moet zich aan de wet houden en mag dus de vrijheden en rechten van de burgers niet zomaar beperken of afpakken. De overheid mag bijvoorbeeld niet zomaar onze mobieltjes afluisteren.
De vier belangrijkste onderdelen van de rechtsstaat zijn de grondrechten, de scheiding der machten, het legaliteitsbeginsel en onafhankelijke rechtspraak.
Beginselen van de rechtsstaat
Het rechtszekerheidsbeginsel (zaak C-212 tot 217/80, punt 10) Het verbod van willekeur (zaak C-46/87 en 277/88, punt 19) Het beginsel van de scheiding der machten (zaak C-477/16, punt 36; zaak C-452/16, punt 35; en zaak C-279/09, punt 58).
In een rechtsstaat worden burgers tegen de macht van de staat beschermd door wetten. Onafhankelijke rechters kunnen bij een conflict oordelen en worden geacht de wetten te volgen. Een rechter kan bij overtredingen sancties opleggen die wettelijk geregeld zijn.
Voor de rechter is iedereen gelijk. Eerlijke, onafhankelijke en onpartijdige rechtspraak is cruciaal voor een rechtvaardige samenleving. De rechter zorgt ervoor dat voor iedereen dezelfde regels gelden. Dat geeft vertrouwen in de samenleving.
Rechters moeten niet kunnen worden ontslagen omdat de regering het niet eens is met een bepaalde uitspraak.In de grondwet staat daarom dat rechters in Nederland voor het leven worden benoemd. Dat betekent dat zij niet zomaar kunnen worden ontslagen.
“Een goede rechter moet veel kunnen. Die moet emotionele en sociale intelligentie hebben; sensitief zijn voor de ideeën en belangen van partijen. Hij of zij moet ook enige maatschappelijke sensitiviteit hebben. Die rechter moet begrijpen hoe bepaalde uitspraken vallen in de maatschappij.
Het doel van het recht is het gedrag van mensen in hun onderlinge verkeer te ordenen en te uniforme- ren, waarbij vanuit een perspectief van maatschappelijke rechtvaardigheid ieders belangen zo veel mogelijk worden gerespecteerd en veiliggesteld.
Grondrechten. In hoofdstuk 1 van de Grondwet staan de grondrechten. Dit zijn rechten die burgers de vrijheid geven om zonder bemoeienis van de overheid te leven. Ook bevat de Grondwet de rechten om deel te nemen aan de samenleving en de politiek.
Nederland wordt gezien als een sociale rechtsstaat: er zijn wetten en voorzieningen geregeld door de overheid om de welvaart en het welzijn van burgers te beschermen en te bevorderen.
De verschillen tussen een democratische rechtsstaat en een dictatoriaal politiek systeem kunnen benoemen. Wij hebben in Nederland dus een parlementaire democratie in een rechtsstaat. Dat is een heel ander systeem dan een dictatuur: een systeem waarbij één persoon of een kleine groep mensen alle macht heeft.
Democratie (van het Grieks δῆμος/dèmos, "volk" en κρατειν/kratein, "heersen", dus letterlijk "volksheerschappij") is een bestuursvorm waarin de wil van het volk de bron is van legitieme machtsuitoefening.
De eerbiediging van de rechtsstaat vormt één van de fundamentele waarden waarop de EU is gegrondvest (artikel 2 van het EU-Verdrag). Het is een voorwaarde voor Europese landen om toe te kunnen treden tot de EU.
De essentie van een rechtsstaat is dat de macht gereguleerd en beperkt wordt door het recht. Burgers hebben plichten, maar ook recht op wettelijke bescherming tegen de overheid.
In een rechtsstaat is er sprake van een scheiding der machten. De wetgevende macht, de uitvoerende macht en de rechterlijke macht zijn hierin van elkaar gescheiden. De drie machten zijn onafhankelijk van elkaar, en controleren elkaars functioneren.
De staatsmacht is in België verdeeld over drie machten: de wetgevende, de uitvoerende en de rechterlijke macht. Elke macht controleert en beperkt de andere machten. Dit principe van de scheiding der machten staat echter niet uitdrukkelijk in de grondwet en is ook niet absoluut.
Een rechtsstaat is een staat waarin vrijheid, rechtszekerheid en rechtsgelijkheid voor de burger heel belangrijk zijn. Bovendien geniet de burger bescherming van zijn rechten en vrijheden, tegen medeburgers én tegen de overheid.
Voorbeelden van landen zonder geschreven grondwet zijn het Verenigd Koninkrijk en Israël. Het constitutioneel recht ligt daar vast in wetten, gewoontes en rechtspraak. Het Verenigd Koninkrijk was een van de eerste landen met een (zij het beperkte vorm van) grondwet. Dat is de Magna Carta uit 1215.
De rechtsregels ordenen vele deelterreinen van het leven. Vandaar dat er ook zoveel rechtsregels nodig zijn. Om een bepaalde rechtsregel voor een bepaalde situatie (terug) te kunnen vinden is het belang- rijk dat ze volgens een bepaalde structuur geordend (gerubriceerd) worden.
§2: grondbeginselen van de rechtsstaat
Grondbeginselen van een rechtsstaat: Burgerrechten: overheid moet zich aan de wet houden; burgers hebben rechten. Grondrechten: staan in de grondwet. De overheid mag geen wetten maken tégen de grondwet in.
Bij het doen van een uitspraak kijkt de rechter naar de wet, de feiten (wat is er precies aan de hand), persoonlijke omstandigheden en verklaringen van deskundigen en getuigen.
Iedereen die rechter wil worden, moet eerst Nederlands recht studeren aan een universiteit. Daarna kan je het beste eerst een ander beroep kiezen waarin je werkervaring opdoet. Want je moet minstens 2 jaar ervaring buiten de rechterlijke organisatie hebben voordat je aan de rechtersopleiding kunt beginnen.
Om als rechter op de arbeidsmarkt binnen te komen is erg lastig, omdat hiervoor de RAIO opleiding (Rechterlijk Ambtenaar in Opleiding) gevolgd moet worden. Voor deze opleiding worden zeer hoge eisen gesteld en er zijn slechts weinig plaatsen beschikbaar.