Wanneer een perenboom namelijk niet goed is geplant, dan zal het chronisch minder vrucht dragen en ook minder bloesem. Dat willen we natuurlijk voorkomen.
Ook verkeerde wintersnoei (prikkelende snoei) kan de groei sterk stimuleren, zodat de groei te sterk wordt. Een te sterke groei is meestal nadelig voor de vruchtzetting. De aanwezige vruchten vallen meestal dan af. Hieraan is momenteel weinig te doen.
De gemiddelde perenboom produceert ongeveer 110-115 dagen na volle bloei vruchten die klaar zijn om te worden geoogst. In de meeste gebieden worden perenbomen geoogst van de late zomer tot de herfst (augustus tot oktober).
Het duurt zo'n drie jaar voordat een perenboom groot genoeg is om peren te vormen. In het eerste en tweede jaar kun je in het vroege voorjaar en in het begin van de zomer wat bijmesten. Wacht nog even met snoeien, want hoe meer je snoeit, hoe harder de boom groeit, en dat zal de groei van de peren stagneren.
Door humus aan je grond toe te voegen, zorg je voor een goede bodem, die het water en voedsel vasthoudt en geleidelijk aan de wortels van de boom afgeeft. Complete bemesting bestaat uit de volgende voedingsstoffen: Stikstof, Fosfor, Kalium, Zwavel, Magnesium en Calcium, aangevuld met spoorelementen.
De gemiddelde jonge perenboom heeft veel water nodig om sterke wortels, bladeren en vruchten te ontwikkelen. Als vuistregel geldt dat jonge perenbomen meer water nodig hebben dan volwassen bomen, die in regio's met frequente regenval grotendeels afhankelijk zijn van regenwater.
Zo halverwege de winter moet je de hoofdstam van de perenboom inkorten. Kort de gevormde takken in op twintig centimeter en doe dit ook met de hoofdstam. Dit moet je elk jaar doen. Na de wintersnoei ontstaat waterlot die je in de zomer dient te verwijderen.
De perenboom heeft het liefst goede vochthoudende grond. Op een zandgrond heeft de peer vaak last van droogte. Als de perenboom toch op een zandgrond wordt gepland, moet de boom regelmatig water krijgen.
Gebruik ook voor je fruitbomen organische meststoffen
Koemest, kippenmest, champignonmest, beendermeel, bloedmeel ... vormen de grondstoffen voor organische meststof. De belangrijke voedingselementen voor je fruitbomen of fruitstruiken worden langzaam vrijgegeven door de organische meststoffen.
Perenbomen zijn pas laat vruchtbaar, het kan wel 6 tot 8 jaar duren voordat de eerste peren geoogst kunnen worden. Snoeien gebeurt tussen begin december en eind februari, wanneer de groei stil staat, en wanneer het niet harder vriest dan -5 graden Celsius.
De bedoeling van het snoeien is immers om de kroon open te houden en te zorgen dat er niet teveel hout op staat. Hierdoor kan het licht en de lucht gemakkelijk in en door de boom waardoor je een betere vruchtzetting krijgt en de vruchten beter opdrogen (lager risico op schimmels).
Hoe bestuif je een perenboom
Er komt geen ontbloot lichaamsdeel aan te pas. Het is tenslotte kunstmatig. Het tuinMeisje gebruikt een penseel, maar een wattenstaafje heeft hetzelfde effect. Voor bevruchting is het nodig dat het stuifmeel van de ene bloem, overgebracht wordt naar de andere bloem.
Perenroest. De oranjerode vlekken (Spermogonien) boven op de bladeren van de peer worden veroorzaakt door de roestzwam Gymnosporangium sabinae, die tijdens zijn levenscyclus zowel de peer als de jeneverbesboom als gastheer heeft. Aan de onderkant van het blad vormen zich "pokdalige" verdikkingen.
Dus een mix van tuinaarde, klei en zandgrond is perfect voor de perenboom. Als je grond dit niet is dan zul je deze moeten verbeteren. Zandgrond zul je moeten mengen met tuinaarde, organisch materiaal en kleigrond.
Als u een oude Perenboom wilt verjongen, omdat hij bijvoorbeeld verwildert (of verwaarloosd) is, kunt u het beste vlak voor de groei snoeien, in de maand februari. Door op dit moment te snoeien kunnen de eventuele wondjes of wonden aan de takken het snelst dichtgroeien.
Een niet te zure, humusrijke bodem is ideaal voor fruitbomen en fruitstruiken. Je kan een lichte korrelige structuur aan je grond geven door er een organische bodemverbeteraar of Horta kwaliteitspotgrond onder te mengen. Zo kan de grond veel zuurstof opnemen en voedingsstoffen en water beter vast houden.
Een jaarlijkse kalkgift (magnesium houdend), na de herfst, verdient de aanbeveling om verzuring van de grond te voorkomen en het kalkgehalte zo nodig te verhogen. Een 2 jaar oude hoogstamfruitboom geef je een paar handjes vol. Een 25 jaar oude fruitboom krijgt jaarlijks een halve emmer vol (1 kg) met kalk.
Een appelboom heeft in de regel geen kunstmest nodig en kan goed uit de voeten met gedroogde koemest. Zoals bij andere fruitbomen bemesten kun je de grond in februari verrijken met kalkkorrels. Hierdoor wordt de mest beter opgenomen.
Een handje per fruitboom is meer dan voldoende. Verspreid het handje kalk (vaak in korrelvorm, dat is prima) zo'n 10 à 20 cm van de stam vandaan. Kalk is in ieder tuincentrum te verkrijgen, en ook bij ons in de winkel.
Plant u slechts één fruitboom, zorg dan dat u een zelfbestuivende soort neemt. Appel- en perenbomen hebben bij voorkeur een zonnige standplaats, maar zij verdragen ook halfschaduw. Kies een locatie die beschermt is tegen harde wind. Dit bevorderd een goede bestuiving van de bloemen door insecten.
Alleen vruchten die voldoende van de zon kunnen profiteren, komen goed op smaak. Een boom in de schaduw groeit minder goed, levert minder lekkere en kleinere vruchten op en is gevoeliger voor ziekten. Toch is de ene fruitboom de andere niet. Peer, perzik en abrikoos hebben echt een zonnige en beschutte plek nodig.
Hoe herken je waterloten? Waterloten hebben een duidelijk kenmerk: ze groeien recht naar boven. En er groeien dus geen appels aan, dus ze zullen ook geen bloesems dragen. Waterloten kun je wegsnoeien.
De grond is te nat, wortels hebben zuurstof nodig en ook het bodemleven wat met de wortels samenwerkt. De potkluit is sterk uitgedroogd waardoor deze geen water meer opneemt, potgrond kan na het sterk indrogen inreversibel waardoor het slecht water opneemt en de wortels niet groeien.
–Perenbomen, bijna alle peren zijn plukrijp in de maanden augustus en september met veel variatie tussen de rassen. –Appelbomen, bijna alle appelrassen zijn plukrijp in de maanden september en oktober en augustus met veel variatie tussen de rassen.
Hoe verzorg je een perenboom
Een perenboom heeft niet veel verzorging nodig. Bij het planten is het goed om onderin het plantgat een laag potgrond te doen om hem een fijne start te geven. Het plantgat kun je net zo groot maken als de kluit van de boom. Geef hem na het planten een flinke plens water.