Als egels paren maken ze helemaal veel herrie. Ze grommen, puffen, snuiven, knorren en blazen. Als ze dat doen in de tuin onder je raam wordt je er soms wakker van. Egels zijn erg bijziend.
Egels produceren vooral in de paartijd de meeste geluiden. Ze zijn in die tijd ook het meeste actief en maken dan een snuivend blazend tot snurkend geluid. Hiermee geven ze aan dat ze zich gestoord maar niet bedreigd voelen. Dan blazen en puffen ze als een stoommachine.
Ze vermijden vochtige gebieden en naaldbossen zonder onder begroeiing, egels hebben een hekel aan nattigheid en prefereren droge schuilplaatsen.
Een tussen de struiken rondscharrelende flinke egel maakt bijna net zoveel geluid als een mens. Knorrend en snuivend zoekt hij zijn weg en wanneer hij iets eetbaars heeft gevonden wordt dat luid smakkend verorberd. Dit alles vindt 's nachts plaats.
Egels zijn goed voor uw tuin
Egels zijn natuurlijke bestrijders van schadelijke beesten als rupsen, slakken en andere insecten. Zij zorgen voor een natuurlijk evenwicht in de tuin zonder het gebruik van insectenverdelgers.
De egel heeft voor de mens een hoge aaibaarheidsfactor. Toch houdt het dier niet van aanrakingen. Dan trekt het zijn snuit in en verandert in een 'hondsegel'.
Let op: egels kunnen bijten. Plaats de egel in een hoge kartonnen doos, kist of kattenmandje.
Als egels paren maken ze helemaal veel herrie. Ze grommen, puffen, snuiven, knorren en blazen. Als ze dat doen in de tuin onder je raam wordt je er soms wakker van. Egels zijn erg bijziend.
Egels slapen overdag graag in compost-, takken-, stengel- of bladerhopen, in hoog gras en andere kruiden, onder (braam)struweel, hagen en dicht struikgewas, in hout- of hooimijten, tussen boomstronken, in houtstapels of stapels (bak)stenen of dakpannen waarin voldoende grote holtes zijn, en zelfs in holen of onder ...
Het beste antwoord. Ik heb er vaak verbaasd van gestaan hoe goed egels kunnen klimmen, dus via de trap is geen enkel probleem voor het beestje.
Tijdens hun nachtelijke tochten gaan ze op zoek naar kevers, rupsen, wormen en slakken en soms eten ze ook jonge vogels, een ei of kikkers. Ter voorbereiding op de winterslaap eten egels zich in de herfst vol met alles wat ze kunnen vinden en horen ook vruchten en paddenstoelen bij hun menu.
Vossen en dassen vinden het lastig om een opgerolde egel te pakken, maar soms lukt het wel. Grote roofvogels, zoals sperwers en uilen, hebben er minder moeite mee. Bovendien zijn die lastiger te horen en te ruiken. De grootste vijand van de egel is de mens.
Je kan egels uit je tuin houden door te zorgen dat ze nergens je tuin in kunnen lopen. Een strookje gaas van 50 cm rondom is al voldoende, daar klimmen ze echt niet overheen.
De egel staat luidruchtig in het leven. Meestal hoor je hem vooraleer je hem ziet. Hij smakt, snurkt, knort, blaast en snuift er lustig op los. Ook de liefde wordt schaamteloos luid bedreven, net als het verleidingsritueel.
De egel is een heel leuk en bijzonder diertje waar geen kwaad in zit. De egel herken je aan zijn bruine wildkleur en zijn stekels. Met zijn stekels beschermt de egel zichzelf tegen vijanden. Als er gevaar dreigt rolt hij zich namelijk op.
Egels zijn luidruchtige dieren. Knorrend en snuivend zoeken ze hun omgeving af, ze gillen bij angst of pijn, naar de jongen wordt gefloten en bij conflicten met andere egels wordt gesist of geblazen. Ook het (ver)bouwen van een nest gaat met veel kabaal gepaard.
In opgerolde toestand staan de stekels in alle richtingen, dankzij kleine huidspiertjes aan de uiteinden van de stekels. De egel is dan alleen kwetsbaar aan de opening aan de onderzijde, die echter bijzonder klein is en slechts weinig dieren kunnen hem daar aanvallen zonder geprikt te worden.
Vind je overdag toch een Egel? Dan steek je het dier best in een doos, voorzien van de nodige luchtgaten, en breng je hem naar een Opvangcentrum voor Vogels en Wilde Dieren. Sluit de doos goed af, want Egels zijn slimme dieren en uitstekende klimmers.
Naast horen, zien, ruiken, proeven en voelen hebben egels – net als sommige andere zoogdieren en reptielen – een zesde zintuig: het orgaan van Jacobson. Het ligt tussen hun gehemelte en de neusholte en dient om heel nauwkeurig nieuwe geuren te onderzoeken en leren herkennen.
Geslachtsdeel. Het is op het eerste gezicht niet mogelijk om egelmannetjes en –vrouwtjes uit elkaar te houden. In de hand is het mogelijk om de mannetjes te onderscheiden aan de penis, die zich ter hoogte van de navel bevindt. Egels kunnen zich vanaf ongeveer 10 maanden oud voortplanten.
Ontmoetingen tussen beide geslachten gaan er meestal luidruchtig aan toe. Het mannetje omcirkelt het vrouwtje een aantal malen, waarop het vrouwtje agressief haar stekels aan hem presenteert. Als twee mannetjes hetzelfde vrouwtje op het oog hebben, zullen zij met elkaar vechten door te bijten en te stoten.
“Egels hebben een zeer luidruchtig paringsgedrag”, vertelt Zwiers. “Dat kan ook een behoorlijke tijd aanhouden. Het geluid is het meest vergelijkbaar met snuiven, blazen of snurken. Het paren gebeurt ook in deze periode van het jaar.
Pak je egel voorzichtig op door een hand onder zijn buik te schuiven en hem op te tillen. Je kunt je egel dan in je handen vasthouden of gaan zitten en hem in je schoot laten zitten. Probeer je egel elke dag ten minste 30 minuten vast te houden terwijl je hem aan het temmen bent.
Naast regenwormen, kevers, slakken en spinnen eet een egel kadavers van vogeltjes en als het de kans krijgt jonge muizen. Ook fruit en zachte zaden worden graag gegeten. Egels leven vooral in struikgewas, in dichtbegroeide tuinen en parken, maar ook bij houtwallen en ongemaaide slootkanten.
Je kunt een egel wel een schoteltje of een (ondiep) kommetje water geven. Maar let wel: een egel is een beschermd dier, dus officieel mag je hem niet verstoren of voeren. Is de egel écht in nood, neem dan contact op met een egelopvang.