Met de PETscan brengen we de glucosestofwisseling van het hart in beeld met behulp van een radioactief suiker. De computer combineert de resultaten van de CT-scan met die van de PET-scan. Hierdoor is beter te zien waar de radioactieve stof in de verschillende structuren van het hart is opgenomen.
Een PET-CT-scan doen we om te zien of iemand een bepaalde aandoening heeft. Zoals kanker of een ontsteking. We gebruiken daarbij een radioactieve stof die wordt opgenomen door het lichaam. De manier waarop de weefsels en organen de stof opnemen kan ons iets vertellen over wat er aan de hand is.
De uitslag van een PET-CT-scan is niet direct bekend. De dienst nucleaire geneeskunde interpreteert eerst de beelden, dat kan enkele dagen in beslag nemen. Daarna stuurt de dienst de uitslag van het onderzoek naar uw behandelend arts.
Een MPS is een scan van de doorbloeding van de hartspier tijdens inspanning en in rust. Licht radioactieve stoffen in de bloedsomloop worden door een nucleaire scanner waargenomen en tot afbeeldingen gevormd. Tijdens het onderzoek lig je op een onderzoekstafel. Daarmee is de MPS de grote broer van de inspanningstest.
er zijn veel details zichtbaar in een 3D-afbeelding: vorm en grootte van het orgaan zijn goed zichtbaar. het onderzoek is snel en eenvoudig (10 minuten) een CT-scan is minder gevoelig voor bewegingen dan een MRI-scan. het onderzoek is pijnloos.
Uw kransslagaders kunnen vernauwd raken als er vetten, kalk, klontertjes van bloedplaatjes vast blijven zitten aan de binnenwand van de aders. Deze vettige laag wordt hard en hierdoor kunnen de kransslagaders dichtslibben. Dat noemen we kransslagadervernauwing.
De echo-laborant kijkt vanaf de buitenkant naar de functie van het hart en de hartkleppen. Ook kan hij zien of er ontstekingen in het hart zijn. Het onderzoek is niet pijnlijk.
Met dit onderzoek kunnen we de doorbloeding van de hartspier laten zien. Vernauwingen in de bloedvaten (de kransslagaders) kunnen op deze manier gevonden of uitgesloten worden. Het onderzoek bestaat uit 2 delen: een inspanningsonderzoek en een rustonderzoek. De inspanning vindt plaats met behulp van medicatie.
Bij een PET-scan wordt licht radioactieve glucose (suiker) ingespoten en met een scanner een computerbeeld gemaakt van de plaatsen in het lichaam waar de stof zit. Kwaadaardige cellen zijn namelijk heel actief en hebben een hoger energieverbruik – ze hebben dus meer brandstof (of glucose) nodig.
Het doel van dit onderzoek is om de doorbloeding van de hartspier tijdens inspanning in beeld te brengen. Op deze manier kan onderzocht worden of er eventueel sprake is van ischemie (vernauwing) of infarct (afsluiting) in de kransslagaders (de slagaders rond het hart).
De nieuwe PET/CT-scan onderscheidt zich van zijn voorgangers in die zin dat het gedeelte van het lichaam dat in één keer gescand kan worden, bijvoorbeeld een orgaan, groter is. Dat levert een betere kwaliteit op, waardoor kleine afwijkingen, zoals uitzaaiingen van tumoren en kleine infectiehaarden, beter te zien zijn.
de resolutie van de PET-scan wordt steeds beter, maar hele kleine tumoren zijn er niet mee te zien. Die kleine tumoren nemen de isotoop wel op, maar ze zijn kleiner dan het kleinste object dat zichtbaar gemaakt kan worden op de foto. Daarom zijn tumoren kleiner dan ongeveer 5-10 mm moeilijk te zien op een PET-scan.
Bovenkleding: Wij adviseren u warme, comfortabele kleding te dragen zonder metaal (bh-beugels, bh-haakjes, ritsen, drukknopen etcetera). Onderkleding: Als u een broek met een metalen rits draagt, dan kunt u die tijdens het onderzoek laten zakken. Laat sieraden, indien mogelijk, thuis.
Een CT-scanner geeft via röntgenstraling informatie over de structuur van weefsels. Een PET-scan brengt juist de stofwisseling van weefsels in beeld. Met de PET/CT-scan kan zowel de aard als de plaats van de afwijking nauwkeurig worden vastgesteld.
De werking van beide apparaten berust deels op hetzelfde principe: met behulp van een computer kunnen dwarsdoorsneden van het menselijk lichaam worden gemaakt. De CT-scan maakt gebruik van röntgenstraling om deze dwarsdoorsneden te maken, terwijl bij een MRI-scan de patiënt in een groot magneetveld ligt.
Op de PET-scan zie je alleen de plekken waar de radioactieve stof zit. Deze plekken worden zwart. Maar daardoor weet je meestal niet waar in je lichaam die zwarte punten zitten. Met CT wordt er tegelijkertijd een afbeelding van je lichaam gemaakt.
Want een pet is niet alleen een accessoire. Uiteraard is de pet ontworpen met een functionele functie, dat is namelijk je ogen beschermen van de zon. Hoppa die pet op en je bent klaar voor de dag. Wat wij soms vergeten is dat de hoofdhuid ook kan verbranden, met een pet bescherm je dit gebied ook.
Het onderzoek
Het is van groot belang dat u op tijd bent, omdat de radioactieve vloeistof zeer snel vervalt en zeer duur is. De kosten van het onderzoek bedragen ongeveer € 1.200.
Na het onderzoek
Het is aan te bevelen de rest van de dag zelfs wat meer te drinken dan u gewend bent. Op die manier worden namelijk de radioactieve stoffen sneller uit uw lichaam afgevoerd. Wanneer u contrastmiddel kreeg toegediend, mag u geen NSAID-pijnstillers innemen tot 24 uur na het onderzoek.
U krijgt een injectie in een bloedvat in de arm. Daarna worden gedurende 2 uur verschillende foto's gemaakt van hals en borst waaronder een SPECT-CT. Soms wordt ook 3 uur na injectie nog een foto gemaakt die 20 minuten duurt. Duur : 2½ uur en soms 3½ uur, inclusief wachttijd.
Een Nucleair onderzoek is een veilige manier van onderzoeken. Er wordt een zo laag mogelijke dosering radioactieve stof gebruikt. De straling van de radioactieve stof is snel vervallen. Er zijn geen bijwerkingen en men kan direct na het onderzoek naar huis.
In de laatste fase van uw leven bij ernstig hartfalen krijgt u meestal meer klachten. Vooral vermoeidheid, benauwdheid of dikkere benen. Meestal worden uw klachten minder met medicijnen: Soms heeft u meer medicijnen nodig, bijvoorbeeld extra plaspillen tegen vocht vasthouden.