Rond 23 september staat de zon precies boven de evenaar waardoor dag en nacht overal op aarde even lang duren. Daarom begint de herfst meestal op 22 of 23 september. Officieel loopt de herfst van 21 september tot en met 20 december.
Seizoenen ontstaan doordat de aarde een beetje gekanteld staat. Door deze kanteling, verandert gedurende het jaar de hoeveelheid zonlicht die we ontvangen. Hierdoor verandert ook langzaam het seizoen. De stand van de aarde ten opzichte van de zon, bepaalt dus de exacte startdatum van het astronomische seizoen.
Astronomische seizoenen zijn gebaseerd op de positie van de aarde ten opzichte van de zon, terwijl de planeet zijn jaarlijkse omwenteling rond deze dichtstbijzijnde ster maakt . De herfst begint dus meestal op 22 of 23 september, maar kan ook op 21 en 24 september vallen.
Om de start van de herfst te bepalen worden er vaak twee methoden gebruikt: meteorologisch en atronomisch. De meteorologische herfst gaat uit van de seizoenen en begint al op 1 september. De hele maanden september, oktober en november vormen de herfst. Vervolgens begint in december de winter.
Etymologie. Het woord herfst is afgeleid van het Oudnederlandse heruist ([ɦɛrvɪst]), dat uiteindelijk uit het gereconstrueerde Proto-Germaanse *harbusta is ontstaan. Daarmee is het Engelse woord harvest ("oogst") een cognaat.
Officieel loopt de herfst van 21 september tot en met 20 december.
Meteorologische seizoenen
De Societas Meteorologica Palatina is één van de eerste internationale weerorganisaties. Deze organisatie besloot in 1780, onder leiding van de Duitse keurvorst Karl Theodor, om steeds drie opeenvolgende kalendermaanden als één seizoen te beschouwen.
Astronomische seizoenen zijn gebaseerd op de positie van de aarde ten opzichte van de zon, terwijl meteorologische seizoenen gebaseerd zijn op de jaarlijkse temperatuurcyclus . De jaarlijkse reis van de aarde rond de zon vormt de basis voor de astronomische kalender waarin seizoenen worden gedefinieerd door twee zonnewendes en twee equinoxen.
Hoe ontstaan de seizoenen? Er zijn seizoenen omdat de aarde rondjes draait rond de zon (1 rondje = 1 jaar) én scheef staat ten opzichte van de zon. Als de aarde precies recht zou staan, zou er weinig verschil zijn tijdens het rondje rond de zon.
Het woord 'herfst' heeft Germaanse wortels en is afgeleid van harbista, wat ook aan de basis stond van het Engelse harvest. Herfst betekent dus 'oogsttijd' [1]. Het is de periode waarin op het noordelijk halfrond de oogst wordt binnengehaald.
In de landen op de hogere breedtegraden van het noordelijk halfrond begint de herfst traditioneel met de september-equinox (21 tot 24 september) en eindigt met de winterzonnewende (21 of 22 december).
21 september – Dag van de Vrede: belangrijker dan ooit. augustus 2021 – Al in 1981 riepen de Verenigde Naties 21 september uit tot internationale Dag van de Vrede met als doel een wereldwijde dag van wapenstilstand en geweldloosheid.
De hele astronomische herfst worden de dagen korter en op 21 december, als de herfst eindigt, is de zon slechts 7:40 minuten op. Zodra de winter begint worden de dagen weer langzaam langer. In september neemt de daglengte met ongeveer 4 minuten per dag af.
Waar op aarde zijn er geen jaargetijden? De wisselende jaargetijden zoals we die in Europa kennen, zijn niet overal ter wereld hetzelfde. Ten noorden van de poolcirkel is de zon gedurende een deel van de zomer 24 uur per dag op, terwijl hij zich een deel van de winter niet laat zien.
De herfstequinox markeert het einde van de zomer en het begin van de herfst. In 2024 vindt dit plaats op 22 september om 12:44 GMT in het Noordelijk Halfrond. Deze datum is echter niet vast en kan variëren van jaar tot jaar, vallend tussen 21 en 24 september.
Voor het noordelijk halfrond wijst de as het meest naar de zon in juni (specifiek rond 21 juni), en weg van de zon rond 21 december . Dit komt overeen met de winter- en zomerzonnewende (solstice is Latijn voor "de zon staat"). Voor het zuidelijk halfrond is dit omgekeerd.
Noord-Noorwegen: hier maak je regelmatig vier jaargetijden op één dag mee! Je kunt ook de middernachtzon zelf meemaken van half mei tot eind juli. Bedenk wel dat het in het hoge noorden meestal kouder is dan in de rest van het land. Het is tenslotte noordpoolgebied!
Het voorkomen van grote hoeveelheden vloeibaar water aan het aardoppervlak onderscheidt de Aarde van andere planeten. Vanwege dit feit wordt de Aarde wel de "blauwe planeet" genoemd.
Omdat de aarde draait, hebben wij dagen en nachten. Het ene moment zitten we aan de kant van de bol waar het zonlicht op schijnt. Het andere moment zitten we aan de schaduwzijde. Zo ontstaan dus dag en nacht.
Weetje: In Nederland begint de meteorologische lente sinds 1780 op 1 maart. Dat is toen door de Societas Meteorologica Palatina, een van de eerste internationale weerorganisaties, besloten. Zij besloten dat elk seizoen steeds drie opeenvolgende kalendermaanden lang is.
Rond 21 december begint de winter volgens de astronomische kalender. Voor meteorologen en klimatologen is de winter al op 1 december begonnen en duurt het seizoen precies drie kalendermaanden.
De weerkundige seizoenen worden anders gedefinieerd. In het noordelijk halfrond duren lente en zomer dus langer dan herfst en winter. Je kan het ook anders uitrekenen, door op zoek te gaan naar het totaal aantal uren daglicht per jaar voor verschillende locaties.
Naam. Het woord "lente" is een oude afleiding van lang en heeft betrekking op het lengen van de dagen ("lengte"). Het is verwant aan het Duitse Lenz en het Engelse lent, de veertig dagen durende vastentijd voor Pasen.
Ze werden rond 1720 geschreven en in 1725 (Amsterdam) gepubliceerd, samen met acht extra vioolconcerten, als Il cimento dell'armonia e dell'inventione ("De wedstrijd tussen harmonie en uitvinding"). De Vier Jaargetijden is het bekendste werk van Vivaldi.
De gebruikelijke vier meteorologische seizoenen zijn de winter: december-januari-februari, de lente: maart-april-mei, de zomer: juni-juli-augustus, en de herfst: september-oktober-november.