Zoals bij veel psychische stoornissen is er vaak niet één duidelijke oorzaak aan te wijzen waarom jij een (paranoïde) persoonlijkheidsstoornis hebt ontwikkeld. Vaak heeft het te maken met een combinatie van factoren, zoals aanleg en opvoeding.
Een paranoïde persoonlijkheidsstoornis is een psychische stoornis. De belangrijkste kenmerken van deze stoornis zijn angst, wantrouwen en achterdocht. Een paranoïde persoonlijkheidsstoornis kan ontstaan door een combinatie van erfelijke aanleg, opvoeding en traumatische ervaringen in je jeugd.
Paranoia symptomen zijn: Anderen, zonder gegronde redenen, verdenken van uitbuiting, het berokkenen van schade en bedriegen. Twijfel aan de loyaliteit en betrouwbaarheid van vrienden of collega's. Bang om iemand in vertrouwen te nemen vanwege de ongerechtvaardigde vrees dat informatie tegen je gebruikt wordt.
Mensen met deze stoornis gaan gebukt onder de gedachte dat alles wat je over jezelf laat weten, tegen je gebruikt zal worden. Ze ontdekken vaak ook verborgen bedreigingen of beledigingen in wat andere mensen zeggen of doen.
Een paranoïde persoonlijkheidsstoornis is te behandelen, maar dit kan een langdurig proces zijn. Realiseer je dat de behandelaar jou wil helpen, en dat vrienden en familie jou kunnen ondersteunen.
Kalmerende medicijnen (benzodiazepines) kunnen angstklachten verminderen. Ook kan je behandelaar zogenoemde antipsychotica voorschrijven (zoals pimozide of haloperidol). Dit is medicatie tegen paranoïde gedachtes. Bij deze medicijnen is er echter wel kans op verslaving bij langdurig gebruik.
Ongeveer 0,7 – 1,5% heeft last van een paranoïde persoonlijkheidsstoornis. Je bent dus niet de enige. De stoornis uit zich vaak voor het eerst wanneer je jongvolwassen bent. Meer mannen hebben last van een paranoïde persoonlijkheidsstoornis dan vrouwen.
Probeer je naaste af te leiden met een spelletje of een gesprek over iets vrolijks. Probeer geen achterdocht te wekken (niet fluisteren) en neem wantrouwen weg. Koop dingen zoals een leesbril, tandenborstel en pennen dubbel. Dat stelt gerust als je naaste denkt dat ze zijn gestolen.
De ideale oplossing om achterdocht te verminderen, is erover te praten. Praat daarom met je partner, vrienden en familieleden waarover je wantrouwig bent. Je moet elkaar kunnen vertrouwen om de dialoog aan te gaan. Toch is dit de beste manier om de achterdocht te verminderen.
Bij een persoonlijkheidsstoornis zijn bepaalde eigenschappen erg aanwezig. U bent bijvoorbeeld extreem gevoelig voor kritiek, u heeft heel erge bindingsangst of verlatingsangst, u doet dingen zonder na te denken, u bent erg afhankelijk, perfectionistisch of verlegen.
Een paranoïde persoonlijkheidsstoornis hoeft geen blijvende nare karaktertrek te zijn, wel een probleem in je relatie met die persoon. De stoornis is te behandelen, maar dit is vaak een langdurig traject.
Loslaten van je wantrouwen kan dan ook alleen maar als je leert op je eigen waarnemingen te vertrouwen. Hoe doe je dat? Dat doe je te ten eerste door je vanaf nu altijd te realiseren dat wat je denkt, niet meer dan een aanname, niet meer dan jouw interpretatie en niet meer dan jouw eigen vermoeden is.
Wanneer er constant angstige gevoelens en wantrouwen aanwezig zijn, is er wellicht sprake van ziekelijke achterdocht (ook wel paranoïde). Ziekelijke achterdocht kan meerdere oorzaken hebben, bijvoorbeeld wanneer iemand een traumatische ervaring heeft opgedaan in het verleden.
Als je een borderline persoonlijkheidsstoornis hebt, vertoon je sterke stemmingswisselingen en voel je je erg instabiel. Je kunt opeens heel kwaad zijn en het andere moment weer heel vrolijk of somber. Je kunt impulsief reageren. Iemand met borderline is ontzettend bang om in de steek gelaten te worden.
Een groot deel van het vaststellen of iemand betrouwbaar is, bestaat uit het letten op zijn lichaamstaal, en hoe iemand zichzelf aan anderen presenteert. Het lezen van lichaamstaal moet wel met een korreltje zout genomen worden; de meeste signalen van lichaamstaal duiden namelijk op spanning en nervositeit.
Een typisch voorbeeld van vertrouwensproblemen is het helemaal niet aangaan van een verbintenis. Ook wel bindingsangst genoemd. Dit ontstaat vaak omdat er veel moeite is met open en kwetsbaar opstellen, omdat het gevoel van vertrouwen en een echt liefdevolle relatie onmogelijk lijkt.
Over vertrouwen en wantrouwen wordt vaak gesproken alsof het emoties zijn. Dat is niet zo. Vertrouwen en wantrouwen zijn de resultante van interactieprocessen tussen mensen, van het gedrag dat ze over en weer vertonen. Om in een ander te vertrouwen, moet je ook op jezelf durven te vertrouwen.
Een psychose begint vaak met niet-specifieke klachten. Iemand verandert bijvoorbeeld in zijn gedrag, lijkt niet langer geïnteresseerd in sociale contacten en wordt minder actief. Vervolgens wordt hij bijvoorbeeld achterdochtig, hoort stemmen, hallucineert en kan niet meer helder denken.
Er zijn een aantal voortekenen die kunnen wijzen op een psychose: verwardheid, ander gedrag, hallucinaties en waanbeelden. Maar het kan dat er wat anders aan de hand is. Vroege symptomen en kunnen ook wijzen op een depressie of angst.
Mensen die een psychose doormaken zijn onvoorspelbaar en gevaarlijk. Fout: Niet alle mensen met een psychose zijn onvoorspelbaar en gevaarlijk. Ieder mens is anders – en ieder mens heeft andere ervaringen in het dagelijks leven. Dus ook andere psychotische ervaringen.
Mogelijke behandelingen zijn onder andere: Een behandeling met een medicijn tegen psychose, een antipsychoticum. Door het antipsychoticum heeft u minder last van wanen en hallucinaties en slaapt u weer beter. Voorlichting over psychose.
De meest voorkomende persoonlijkheidsstoornissen zijn: Ontwijkende persoonlijkheidsstoornis. Borderline. Obsessief-compulsieve persoonlijkheidsstoornis.
Als je aanleg voor schizofrenie hebt, wordt een psychose vaak uitgelokt door iets wat in de omgeving gebeurt. Dat is niet altijd één gebeurtenis. De manier waarop je leven verloopt speelt ook mee. Als je bijvoorbeeld opgroeit met veel ruzie en stress in huis, heb je een grotere kans dat je last van psychoses krijgt.
Als iemands gedrag zo onberekenbaar of egocentrisch is dat de omgeving er vrijwel voortdurend last van heeft, dan kan sprake zijn van een persoonlijkheidsstoornis. Mensen met een persoonlijkheidsstoornis hebben vaak een star patroon in denken, voelen en handelen. Deze karaktertrekken ontstaan vaak al op jonge leeftijd.