Gletsjers bedekken circa 15 miljoen km² aardoppervlak, dat komt overeen met ongeveer 10 % van het landoppervlak, voornamelijk op Antarctica, Groenland en het noorden van Canada. Ze bevatten 29 miljoen km³ ijs, ongeveer 87 % van alle zoet water op aarde.
In een gezond klimaat is een gletsjer jaarrond in evenwicht. Wereldwijd zijn er zo'n 200.000 gletsjers. De ijsmassa's op Groenland en Antarctica zijn geen gletsjers, maar ijskappen.”
Jostedalsbreen, eindeloze ijsmassa in Noorwegen
Als witte lava kruipt de Jostedalsbreen tussen de bergtoppen door. Deze ontzagwekkende gletsjer in Noorwegen is de grootste van het Europese vasteland: 100 kilometer lang en 15 kilometer breed.
In Europa bestaan 36 skigebieden met een gletsjer.
Jostedalsbreen is de grootste gletsjer van het Europese vasteland. Het ligt in Sogn og Fjordane in de provincie Fjord-Noorwegen, beslaat 487 vierkante kilometer en heeft ijslagen met diktes tot wel 600 meter. De gletsjer heeft ruim 50 vertakkingen zoals de bekende Briksdalsbreen-gletsjer en de Nigardsbreen-gletsjer.
De laatste ijstijd eindigde 11.700 jaar geleden! Die periode was zo koud dat er heel veel sneeuw viel, vervolgens wordt deze sneeuw langzaam samengedrukt tot een klein laagje ijs. Als dit ieder jaar gebeurd dan ontstaat er een gletsjer.
Wereldwijd krimpen gletsjers door klimaatverandering, maar sommigen groeien juist. Hoe kan dat? Terwijl wereldwijd gletsjers krimpen door opwarming van de aarde, zijn er ook een paar begonnen aan een groeispurt.
De grootste gletsjer ter wereld: de Antarctische ijskap
Deze dalgletsjer is 400 kilometer lang, heeft een oppervlakte van zo'n 34.000 vierkante kilometer en haalt een dikte van 2.500 meter.
Koude gletsjers: het ijs van een koude gletsjer is kouder dan -0,5 graden.
Tegenwoordig hebben bijna alle gletsjers een negatieve massabalans en worden kleiner. Als het hoger gelegen deel, de accumulatiezone van de gletsjer, zelf ook een negatieve massabalans heeft zal de gletsjer op den duur verdwijnen als het klimaat niet kouder wordt of er meer sneeuw gaat vallen.
De gletsjer bevindt zich in het zuidoosten van het land. Vatnajökull heeft een oppervlakte van ongeveer 8100 km² en bedekt hierdoor 8% van het areaal van IJsland met een ijskap die tot 1000 meter dik is.
Verloor een gemiddelde gletsjer 20 jaar geleden jaarlijks een derde meter van zijn dikte, inmiddels is dat verlies tot rond twee derde meter per jaar opgelopen.
De grootste massa's van permanent landijs bevinden zich op Antarctica en Groenland en heten ook wel ijskappen.
Een gletsjer groeit als er meer sneeuw valt dan er in de ablatie-zone afsmelt. De grootte van het firnbekken bepaalt in belangrijke mate hoe lang een gletsjer kan worden: er is een groot aanbod van ijs wat kan ontstaan en verder naar beneden kan vloeien.
Op aarde bevinden zich twee grote ijskappen, namelijk Groenland en Antarctica. Op Groenland is het ijs op sommige plaatsen wel meer dan drie kilometer dik. De Groenlandse gletsjers strekken zich vanaf de ijskap uit en stromen uiteindelijk in fjorden, waar het ijs smelt of afbreekt.
Meters ijsmassa
De grotten onder de gletsjer ontstonden door het stromende smeltijs. Hoe dat werkt? Via een gat in het schuivende ijsveld, ook wel gletsjermolen genoemd, stroomt het water terug naar het meer aan de voet van de berg.
De Antarctische ijskap is 12 miljoen km² groot en bevat 29 miljoen km³ ijs. Dat is 90% van al het bevroren zoet water op aarde. De Groenlandse ijskap is 1,7 miljoen km² in oppervlakte en heeft een inhoud van circa 3 miljoen km³, 9 % van het bevroren zoetwater op aarde.
Sneeuw verandert eerst in firn, wat daarna in wit ijs verandert en dat wordt uiteindelijk gitzwart en keihard gletsjerijs. Door de dieptedruk wordt het ijs plastisch en daarna kan het zelfs op horizontale vlakte gaan stromen. Dus door de druk die door een 'overschot' aan ijs ontstaat gaat een gletsjer stromen.
In Noorwegen zijn 2534 gletsjers. De ijsmassa's van deze gletsjers kunnen wel honderden jaren oud zijn. Noorwegen kent naast de vele fjorden die het land rijk is, natuurlijk nog meer verschillende schitterende natuurverschijnselen.
Jaarlijks trekken er in de winter, maar ook in de zomer vele toeristen naar de gletsjers van Zwitserland. Naast de vele skigebieden in de winter zijn er twee gletsjers in Zwitserland waar je nog even net iets langer kunt genieten van de sneeuw dan de normale skigebieden.
Voor de eeuwige sneeuw kun je naar col d allos 2247m,col de la bonnete 2715 meter of naar col de la cayolle 2326 meter. Allen liggen in een straal van 50 km. Neem je col de la cayolle dan kun je doorrijden naar het vestigingsstadje Entrevaux. Als je geluk hebt liggen daar in juli nog wat restjes sneeuw.
Gletsjers zijn grote ijsmassa's. Ze ontstaan wanneer sneeuw samengedrukt wordt. Als er jarenlang sneeuw valt op dezelfde plek ontstaan er verschillende lagen sneeuw die op elkaar drukken. Als deze samengeperst worden ontstaat er een groot pakket van ijs en dat is een gletsjer.
Wanneer het ijs gaat glijden ontstaat er een brede langzame rivier van ijs. Een gletsjer 'stroomt' hooguit een paar centimeter per dag. Doordat de massa over het land schuurt, neemt de gletsjer aarde en stenen mee.