De meeste straatkinderen leven in de grote steden in Afrika, Azië en Zuid-Amerika. Maar ook in Europa leven kinderen op straat. Deze kinderen worden geholpen door hulporganisaties, bijvoorbeeld Unicef.
Straat- en zwerfkinderen komen vooral voor onder grote groepen mensen die in armoede leven. Exacte aantallen ontbreken door gebrek aan registraties, maar geschat wordt dat het momenteel tussen de 100 en 150 miljoen kinderen betreft.
Om te kunnen leven verkopen straatkinderen lootjes, ze wassen auto's, of ze plegen kleine diefstallen om aan geld en aan voedsel te komen. Naar schatting leven tussen 100 miljoen en 150 miljoen kinderen op straat. Sommige verwachtingen gaan ervan uit dat dit aantal tot 2020 zal toenemen tot 800 miljoen.
De stichting Sint Martinus doet in Nederland aan bewustwordingsactiviteiten, geeft lezingen over straatkinderen, enthousiasmeert organisaties, particulieren en scholen om acties te houden en zamelt geld in voor de straatkinderenprojecten in Rio de Janeiro. De stichting Sint Martinus in Nederland is in 1975 opgericht.
Kinderrechten gaan over onderwerpen als onderwijs, gezondheid en de rol van familie en ouders. Ze gaan over vrijheid van geloof en vrijheid van meningsuiting. Ze gaan ook over het recht op een naam en een nationaliteit. Over een dak boven je hoofd en spelen.
Straatkinderen zijn kinderen zonder vaste verblijfplaats. Er zijn kleine aantallen straatkinderen in westerse landen, maar in ontwikkelingslanden is het een groot probleem. Schattingen van het aantal straatkinderen wereldwijd bedragen 100 tot 200 miljoen.
Niet ieder kind in de wereld leeft in een huis met een eigen slaapkamer en misschien wel met een eigen computer. Sommige kinderen slapen of werken op straat. De meeste straatkinderen leven in de grote steden in Afrika, Azië en Zuid-Amerika.
Straatkinderen worden ook vaak uitgescholden of genegeerd, geschopt en geslagen. Zelfs de politie maakt zich vaak schuldig aan hardhandig optreden tegen straatkinderen. Kinderen geven zelf aan dat ze diefstal van hun weinige bezittingen en geringe spaargeld als groot risico zien van een leven op straat.
Waarom is adopteren zo duur? De adoptieprocedure is naast langdurend ook erg prijzig. Afhankelijk van de bemiddelaar en het land van herkomst kan een adoptie 15.000 tot 40.000 euro kosten. Een relatief klein gedeelte, 1.595 euro, is bedoeld voor de voorlichting in Nederland en de aanvraag van de beginseltoestemming.
Om een Nederlands kind te kunnen adopteren dienen aspirant adoptieouders aan een aantal criteria voldoen. Zij moeten zich aanmelden bij de Stichting Adoptie Voorzieningen (SAV) en daar de voorlichting over adoptie volgen. Ook zullen ze moeten meewerken aan het gezinsonderzoek door de RvdK.
Aantal pleegkinderen
In 2021 verbleven 22.748 kinderen en jongeren in een pleeggezin. Dat zijn er 345 minder dan in 2020. Toen ging het om 23.093 pleegkinderen.
Uit Amsterdam vertrokken relatief de meeste jonge gezinnen, bijna 12 procent. Utrecht (9 procent) en Rotterdam (8 procent) zitten ertussenin. Het vertrekpercentage van jonge gezinnen uit de stad nam vanaf 2014 elk jaar toe en daalde in 2018 licht.
De gemiddelde Nederlander zou het liefste zo'n 2,25 kind krijgen en krijgt dus een 'half' kind minder dan gewenst. Hongaren zijn een stuk minder gelukkig. Gemiddeld zouden zij graag een gezin met bijna 2,5 kind hebben, maar krijgen maar iets meer dan 1 kind per vrouw.
Werken mag je nu niet alleen overdag, maar ook 's nachts. Je mag trouwen. Als je daar recht op hebt, kun je zelf een uitkering aanvragen. Je kunt een bankrekening openen zonder toestemming van je ouders en deze zelf beheren.
Niemand mag zich zomaar bemoeien met het privéleven en gezinsleven van kinderen. Niemand mag ongevraagd in de woning van een kind komen. Niemand mag ongevraagd brieven, sms'jes of e-mails bekijken die een kind schrijft of krijgt.
Vanaf 18 jaar zijn pleegkinderen volgens de wet volwassen. Toch kan de pleegzorg na de 18e verjaardag nog doorlopen, afhankelijk van wat de behoefte is. De afspraak is dat pleegzorg standaard door mag gaan tot een pleegkind 21 jaar is. Verlengen tot 23 jaar kan ook nog, dit heet verlengde pleegzorg.
Pleegkinderen moeten gemiddeld tien maanden op aanvullende hulp wachten. De lange wachttijd zorgt bij pleegouders voor frustraties, onrust en een gevoel van onmacht. Bij pleegkinderen leidt het tot boosheid en stress: hun ontwikkeling staat stil en probleemgedrag neemt toe.
U moet meerderjarig en ten minste 18 jaar ouder zijn dan het kind. U moet het kind tenminste 1 jaar hebben verzorgd en opgevoed. Bijvoorbeeld als pleegouder, voogd of stiefouder.
Het adopteren van een kind is een ongesubsidieerde activiteit. Aspirant adoptieouders dragen zelf de kosten van de eigen adoptieprocedure. Ook de vergunninghouder ontvangt geen subsidie. Alle betaalde gelden betreffen kosten ten behoeve van de procedure.
De kosten kunnen variëren, maar toch moet je al gauw denken aan bedragen tussen de 20.000 en 40.000 euro, afhankelijk vanuit welk land je adopteert. Dit zijn wel kosten voor het hele proces, inclusief reiskosten. Deze kosten zijn uiteraard verspreid over aan aantal jaren.