In Vlaanderen wordt meestal van friet, frieten, frietjes en soms ook fritten gesproken, in de drie zuidelijke provincies van Nederland en in het zuiden van Gelderland spreekt men van friet of frites, in de rest van Nederland wordt vaak het woord patat gebruikt.
Je mag zowel patat als friet zeggen, maar je voorkeur hangt waarschijnlijk af van waar je woont. In het noorden van Nederland wordt meestal patat gezegd, in het zuiden van Nederland bestel je vaker friet. De Vlamingen noemen de gefrituurde aardappel altijd friet. Met patat bedoelen zij de rauwe aardappel.
Patat betekent dus 'aardappel' en 'frites' betekent dat het gefrituurd is. Aangezien je naast aardappelen nog veel meer kunt frituren, is het eigenlijk niet logisch om de bereidingswijze tot afkorting te maken. Maar ja, de aardappel is wel de koning onder de gefrituurde snack. De opper-frites is dus friet.
De naam 'friet' komt van patates frites, Belgisch-Frans voor 'gebakken aardappelen'. De associatie met Frankrijk stamt mogelijk uit de tijd van de Eerste Wereldoorlog, toen Amerikaanse soldaten onze friet leerden kennen in de Franstalige regio van België, en daardoor dachten dat ze in Frankrijk waren.
Friet, frieten, patat, patatten. En aardappelen.
De Belg zegt friet en de Nederlander patat.
Daar zijn woorden bij die in België wel bekend zijn, maar niet gebruikt worden – zoals doei, hartstikke, nou, onwijs, ouwehoeren – maar ook woorden die in België onbekend zijn, zoals chipknip, kinnesinne, ouwebeppen, sappelen, een wassen neus, de hand met iets lichten.
kap(je) horen we alleen in Nederland. poep/poep(e)ke is dan weer uitsluitend Belgisch (betekenis: achterste, kont) einde: idem. kant(je) is West-Vlaams.
Want België is frietland nummer één. In 2016 telde het land maar liefst 4 643 frietkramen – of frietkoten, zoals we eigenlijk moeten zeggen. Voor de lekkerste friet ter wereld, hoef je alleen maar even de grens over te steken naar steden als Antwerpen, Gent en Brugge.
Superfriet. Een frietje super is een kleine portie friet geserveerd met mayonaise en een frikandel. Dikwijls wordt een superfriet ook wel een 'supertje' genoemd.
Britse en Amerikaanse soldaten zouden tijdens de Eerste Wereldoorlog frieten hebben leren kennen aan het Belgische front. Omdat ze overal om zich heen Frans hoorden praten, lanceerden ze de benaming French fries.
In de BN volkstaal is patate, patat het gewone woord voor 'aardappel'; de uit het Belgisch-Frans ontleende verbinding patates frites 'gefrituurde aardappelen', in Vlaamse dialecten uitgesproken als patat friet, wordt in het NN boven de grote rivieren verkort tot patat; zie ook → friet.
In een Zuid-Hollandse snackbar bestel je een patatje flip als je patat met mayonaise en pindasaus zónder uitjes wilt.
Hoewel we aardappelen al eeuwen eten zijn we in ons land pas iets meer dan 150 jaar geleden voor het eerst friet gaan eten. Het eerste portie friet van Nederland werd destijds op de kermis in Breda gegeten. Daarna zijn de gefrituurde aardappelsprieten op steeds meer plekken in het hele land opgedoken.
“Veel mensen denken dat het stamt van de koloniale oorlog in Nederlands-Indië, en die link is heel begrijpelijk alleen pindasaus deed pas later zijn intrede. De naam staat heel simpel voor 'puinhoop op je bord'. Het is gewoon straattaal.”
Een patatje oorlog bestaat in de meeste gevallen uit een portie friet met daarover een klodder mayonaise, pindasaus en (vers) gesnipperde uitjes. In het zuiden van het land krijg je er vaak extra curry bij.
De naam van friet of patat is afgeleid van de woordcombinatie patates frites; Belgisch-Frans voor 'gefrituurde aardappelen'.
Voor wie een patatje oorlog niet gewelddadig genoeg is: patat met mayo, curry, saté en ui. Ook bekend onder de naam 'Patat revolutie'. Gaat in Den Haag door het leven als 'Patat ziekenhuis'.
Als je in de snackbar een 'Jos Brinkie' bestelde, wist iedereen wat dat was: een frikandel met pindasaus.
Frietjes worden traditioneel gebakken in dierlijk vet (ossenwit en/of paardenvet). Dat zorgt voor die typische smaak en geur, maar is helaas minder gezond doordat het meer verzadigd vet bevat. Daarom worden frietjes tegenwoordig ook in plantaardige olie gebakken, of in een mengsel van de twee.
Wie de eerste friet maakte is niet goed te achterhalen. Zowel de Fransen als de Belgen claimen de uitvinding van friet. De belgische historicus Jo Gérard zegt dat hij in een oud manuscript heeft gelezen dat er al friet werd gemaakt in 1680.
De ajuinsaus wordt algemeen aangezien als de oudste frietkotsaus. Het bestond uit dunne slierten gestoofde ui en plat gekookte witte boontjes, wat azijn, een beetje bloem en eventueel een paar lepels geklopte room.
In Nederland gebruikt men meestal het woord tas – ook wel zak – voor wat men in België altijd een zak noemt.
Het Vlaams woordenboek » microgolf.
Het Vlaams woordenboek » ammezeert uch.