Toen er nog geen dijken waren, maakten mensen terpen om op te wonen. Zo waren ze beschermd tegen het water. Nederlanders weten goed hoe ze zich tegen het water kunnen beschermen, maar ook hoe ze het water kunnen gebruiken. Dorpen werden vroeger gebouwd aan de oever van een rivier.
De storm met windkracht 10 kwam op zaterdagavond 31 januari 1953 bij de Nederlandse kust aan. In Zeeland lag het hoogtepunt van de storm om 22.00 uur, in IJmuiden om 01.00 uur en in Den Helder om 04.00 uur. De zware noordwesterstorm zorgde samen met springtij voor een springvloed.
Door een storm in combinatie met springvloed, kunnen de Nederlandse dijken op 1 februari 1953 de zee niet langer tegenhouden. De dijken breken door en een deel van Nederland loopt onder water. Oma was toen 9 jaar en vertelt haar verhaal. Nederland is een laag land.
Tijdens de ramp overstroomde een gebied van ongeveer 150.000 hectare in de provincies Zeeland, Zuid-Holland en Noord-Brabant. In dit gebied woonden toen circa 600.000 personen. In totaal zijn 1836 mensen om het leven gekomen, waarvan 865 in Zeeland, 677 in Zuid-Holland, 247 in Noord-Brabant en 7 in Noord-Holland.
In 1953 kwam het water op 1 februari om 03.24 uur op 4,55 meter boven NAP. Toen bezweken op zeker negentig plaatsen de dijken. De hoogste stand van vannacht leverde geen gevaar op, meldt het waterschap Scheldestromen. Er was gerekend op een waterstand van 3,72 meter.
De explosie van Texas City is één van de grootste rampen ooit veroorzaakt door de mens. Het begint met het Franse vaartuig, de 'SS Grandcamp'. Die lag gedokt in de haven van Texas City met een grote lading ammoniumnitraat en enige munitie voor kleine wapens.
WEST-BRABANT - De fatale watersnood van 1953 is alweer 65 geleden Maar dat wil niet zeggen dat de geschiedenis zich niet kan herhalen. ,,Mijn grootste zorg is dat mensen tegenwoordig niet langer de noodzaak zien om de strijd tegen het water te blijven voeren.''
Ongeveer 59% van het Nederlandse landoppervlak loopt een overstromingsrisico: 26% ligt onder zeeniveau, 29% kan overstromen als rivieren massaal buiten hun oevers treden en 4% ligt buitendijks. Gezien de potentiële gevolgen behoren overstromingen tot de ergste rampen die Nederland kunnen treffen.
De Watersnoodramp van 1953 is de grootste natuurramp in de Nederlandse naoorlogse geschiedenis. Wanneer na een zware noordwesterstorm de dijken bij Zeeland, Zuid-Holland en Noord-Brabant doorbreken komen meer dan 1800 mensen om het leven. Zaterdagmiddag, 31 januari 1953 steekt er een stevige wind op.
Maatregelen na de ramp
Op ongeveer 500 plaatsen waren er gaten in de dijken gekomen. Na de ramp is het herstel van de dijken meteen begonnen. Nog dezelfde nacht zijn ze de gaten gaan dichten met zandzakken. De grote gaten die niet goed gedicht konden worden met zandzakken werden gedicht met caissons.
Bij Kruiningen, Kortgene en Oude Tonge werden als eerste gaten in de dijken geslagen. Bij Stavenisse braken kort na elkaar verschillende dijken. Over grote lengte werden verschillende dijken beschadigd. Ook bij Fijnaart, Heijningen en Willemstad in Noord-Brabant hielden de dijken het niet.
In de provincie Zuid-Holland kwamen in totaal 686 mensen om het leven. Het eiland Goeree-Overflakkee staat hier bovenaan de lijst met 481 slachtoffers. In Noord-Brabant bedroeg het aantal slachtoffers 254. Elders in Nederland waren nog eens 22 slachtoffers te betreuren.
Een gemiddelde , geheel bewolkte dag met een gemiddelde temperatuur van 5.1 ℃. De wind was hard en kwam uit West - Zuid-Westlijke richting.
Windkracht 11
De storm die Nederland teisterde in de nacht van 31 januari op 1 februari 1953 hoort tot de zwaarste in de geschiedenis. Geruime tijd woedde langs onze kust een zware tot zeer zware storm (windkracht 10 tot 11) met windstoten van 144 kilometer per uur.
Met het Deltaprogramma beschermt de overheid Nederland nu en in de toekomst tegen overstromingen. Ook zorgen plannen uit dit programma voor voldoende zoetwater. In het Deltaprogramma wordt onder andere het Nationaal Waterplan uitgewerkt.
De stijgende kans op overstromingen en wateroverlast heeft meerdere oorzaken: De stijgende zeespiegel en klimaatverandering door de opwarming van de aarde. Het laatste zorgt voor meer extreme regenbuien en langdurige natte periodes; Door bodemdaling groeit het niveauverschil tussen de zee en de bodem.
Ongeveer een kwart van Nederland ligt nu al onder het NAP, maar met vijf meter zeespiegelstijging wordt dat aanzienlijk meer. Een deel van de wereldbevolking, 300 – 400 miljoen mensen, wonen in kuststreken tot vijf meter boven 'NAP' (Normaal Amsterdams Peil).
Overstromingen in Nederland zijn een reëel gevaar
Nederland is een delta, grote delen van ons land liggen hierdoor onder de zeespiegel. Grote rivieren zoals de Rijn en de Maas stromen door ons land naar de Noordzee. Overstromingen in ons land ontstaan niet alleen vanuit de zee, maar ook vanuit rivieren.
Als dat scenario zich herhaalt en de kust niet beter beschermd wordt, dan zijn Flevoland, Noord-Holland en Zuid-Holland verleden tijd. Ook de westelijke helft van de provincie Utrecht, delen van Zeeland, Friesland en Groningen en het westen van Brabant bestaan dan niet meer.
Uit de Flood Analyzer kunnen ook rankings worden afgeleid: de top 11 landen waar de bevolking bijvoorbeeld het meest wordt getroffen door rivieroverstromingen zijn: India, Bangladesh, China, Vietnam, Pakistan, Indonesië, Egypte, Myanmar, Afghanistan, Nigeria en Brazilië.
Het korte antwoord: ja, dat kan. Maar de kans is wel bijzonder klein. Nederland heeft de best beveiligde delta ter wereld. "De waterkeringen in Nederland zijn uitgerekend op een storm die eens in de 10.000 jaar kan voorkomen", zegt specialist waterveiligheid van Rijkswaterstaat Harold van Waveren.
Het slechte nieuws? In de meeste andere wijken is er zeker kans op overstromingen. Tot wel 2,5 meter kan het water hoog komen. Naast het vele water is er een kans op geen drinkwater en elektriciteit en kunnen er problemen zijn met de riolering, de gaslevering én grote drukte op de weg.