Statushouders zijn verplicht om de woonruimte die een gemeente aanbiedt te accepteren. Gemeenten hebben door de krapte op de woningmarkt niet altijd direct woonruimte beschikbaar. Statushouders blijven dan langer in het azc wonen of maken gebruik van de logeerregeling van het COA.
Asielzoekers die een verblijfsvergunning krijgen horen sinds 1 juli 2017 niet meer automatisch bij de groep die voorrang krijgt als een gemeente een huisvestingsverordening heeft.
Asielzoekers wonen en leven zelfstandig in een azc. Ze doen hun huishouden, brengen hun kinderen naar school en gaan naar gesprekken met de IND, het COA, DT&V en VluchtelingenWerk. Daarnaast bereiden zij zich voor op hun toekomst met programma's of vrijwilligerswerk op de locatie.
Mensen met een verblijfsvergunning betalen zelf de huur voor hun woning. Zij betalen, net als iedereen, de normale huurprijs.
Wat de groep statushouders extra kwetsbaar maakt, is dat het overgrote deel een tijdelijk contract heeft. Uit CBS-onderzoek blijkt dat 88 procent van de statushouders die sinds 2014 in Nederland zijn gekomen een tijdelijk contract heeft.
Een gezin met 2 kinderen ontvangt ongeveer € 117,04 per week. Woont een asielzoeker in een opvangcentrum waar hij niet zelf voor de (warme) hoofdmaaltijd hoeft te zorgen? Dan krijgt hij een lagere vergoeding voor eten. Een alleenstaande krijgt dan € 30,59 per week, een gezin met 2 kinderen ongeveer € 75,46 per week.
Op het moment van schrijven worden er 42.384 mensen opgevangen door het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA, 1 juli 2022). Ruim een derde van deze groep, 15.261 mensen, is statushouder en dus wachtend op een woning.
Dit gaat naar rato van het aantal inwoners van een gemeente. Elk halfjaar stelt het Rijk per gemeente vast voor hoeveel vluchtelingen er woonruimte nodig is Na vaak enkele jaren te hebben gewacht op hun asielprocedure, moeten vluchtelingen dan meestal nog een paar maanden wachten tot er een woning is gevonden.
Het gemiddeld gestandaardiseerd besteedbaar huishoudinkomen van statushouders die een vergunning kregen in 2014 bedroeg 12,3 duizend euro in 2015, 12,7 duizend euro in 2016 en 13,5 duizend euro in 2017. Statushouders uit 2015 kregen in 2016 gemiddeld 12,3 duizend euro en 13 duizend euro in 2017.
Kosten individuele asielzoeker
De kosten van het COA voor het opvangen van asielzoekers in een AZC zijn gemiddeld ongeveer € 27.900 per persoon per jaar.
De meeste statushouders ontvangen een bijstandsuitkering en worden door de gemeente naar werk begeleid. De Participatiewet heeft tot doel om werkzoekenden (zo snel mogelijk) bij reguliere werkgevers aan het werk te helpen en hun afhankelijkheid van een bijstandsuitkering te minimaliseren.
Krijgen vluchtelingen voorrang voor een sociale huurwoning? Er is al jaren een tekort aan sociale huurwoningen in Nederland. Daarom hebben gemeenten aparte regels voor groepen die met spoed een woning nodig hebben. Vluchtelingen die het asielzoekerscentrum moeten verlaten kunnen daar ook onder vallen.
Asielzoeker in huis
Het is niet mogelijk om een asielzoeker (iemand zonder verblijfsvergunning) in huis te nemen, tenzij de asielzoeker afziet van de centrale opvang bij het COA en de bijbehorende verstrekkingen. De asielzoeker is dan zelf verantwoordelijk voor zijn basisbehoeften en verzekeringen.
Vergoedingen bij een noodopvang
Ook gemeenten die op een andere manier zijn betrokken bij de centrale opvang van asielzoekers ontvangen hiervoor een vergoeding (artikel 5, Faciliteitenbesluit). Het bedrag voor deze uitkering is €18,15 per asielzoeker per maand.
De meeste statushouders zijn hun verblijf in Nederland begonnen in de asielopvang. In totaal kregen in de periode 2014 tot en met de eerste helft van 2020 bijna 158 duizend mensen een verblijfsvergunning.
Hoogte van de toelage
Iedere vluchteling (volwassen/kind) ontvangt € 59,92 per week per persoon: € 46,97 euro voor voeding en € 12,95 euro voor kleding en andere persoonlijke uitgaven. Vluchtelingen in de particuliere opvang ontvangen een extra toelage, tot een maximum van 4 vluchtelingen.
Aandeel werknemers onder statushouders neemt toe
De meest recente publicatie van deze cohortstudie CBS (2021) Asiel en Integratie is gepubliceerd op 15 april 2021. Voor dit cohort zien we dat na vijf-en-een-half jaar ruim twee vijfde (41%) van deze statushouders een baan heeft.
Zodra een asielzoeker als vluchteling erkend is en in Nederland mag blijven, krijgt diegene een tijdelijke verblijfsvergunning voor een periode van vijf jaar. Een vluchteling met een verblijfsvergunning wordt een 'statushouder' of 'vergunninghouder' genoemd.
De gemeenten Oldenzaal, Rijssen-Holten, Tubbergen, Twenterand, Wierden, Hellendoorn, Losser, Haaksbergen, Dalfsen, Staphorst, Steenwijkerland en Zwartewaterland vangen al jaren geen groepen asielzoekers op, blijkt uit cijfers van het COA.
Vier gemeenten en regio Rotterdam moeten verplicht asielzoekers gaan opvangen. De gemeenten Enschede, Gorinchem, Venray, Alkmaar en de regio Rotterdam worden verplicht op korte termijn noodopvanglocaties voor in totaal 2000 asielzoekers in te richten. Mogelijk worden later ook nog andere gemeenten aangewezen.
Een asielzoeker mag in Nederland 24 weken werken over een periode van 52 weken. Zijn asielaanvraag moet dan wel minstens 6 maanden in behandeling zijn.
Maandelijks geldbedrag van 316 euro per maand voor een volwassene, 267 euro voor partners en volwassenen kinderen. Maaltijden moeten zij zelf betalen. Als ze de maaltijden krijgen, dan bedraagt de maandelijkse uitkering 93 of 76 euro maand.
Mensen met een asielstatus krijgen eerst een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd (5 jaar). Deze vergunning wordt na 5 jaar meestal omgezet in een vergunning voor onbepaalde tijd. Behalve als er belangrijke redenen zijn om de vergunning in te trekken.
Het geld voor de opvang van asielzoekers komt uit de begroting van het ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV). Ook het ministerie van Buitenlandse Zaken (BZ) betaalt een deel van de opvang.