De standaard lineaire formule is altijd y = ax + b. De a is de richtingscoëfficient en de b is de beginwaarde van de lijn. Dit gebruik je om de lijn in het assenstelsel te weergeven.
De richtingscoëfficiënt en de constante
De grafiek van de lineaire formule y = ax + b is een lijn met de volgende gegevens: a is de richtingscoëfficiënt. b is de constante (ook wel begingetal of startgetal genoemd)
Je kunt b dus berekenen door voor x = 0 de formule uit te rekenen. Indien er een lijn wordt gegeven en je wilt daar de formule bij weten, dankan dat aan de hand van de volgende stappen: Stap 1: Bedenk dat de vorm van de formule y = ax + b is.Stap 2: Bereken b door x = 0 in te vullen in de formule.
De richtingscoëfficiënt van een lijn geeft aan hoe stijl een lijn is. De richtingscoëfficiënt kun je berekenen met de volgende formule: rc= Δy ÷ Δx. rc is de richtingscoëfficiënt, Δy is het verschil op de y-as en Δx is het verschil op de x-as.
De standaardfunctie behorend bij een lineair verband is y = ax + b, waarbij a het hellingsgetal en b het startgetal (ook wel de beginwaarde genoemd) is. Het hellingsgetal geeft aan hoeveel eenheden de functie omhoog ofwel omlaag gaat als de x waarde 1 eenheid omhoog gaat.
De lijn gaat door een gegeven punt van de y-as en een ander punt. Omdat nu het snijpunt op de y-as gegeven is, weet je het getal b in de formule: y = ax + b. Met behulp van het andere gegeven punt van de lijn kun je nu de richting van de lijn bepalen (de richtingscoëfficiënt). Op deze manier kun je het getal a vinden.
Een lineaire functie schrijf je als f(x)=ax+b (of y=ax+b). A is de richtingscoëfficiënt (rico). A bepaalt namelijk de richting van de rechte.
Als je aan de linkerkant iets optelt of aftrekt, moet je dat rechts ook doen.En als je de linkerkant door iets deelt of met iets vermenigvuldigt, dan moet je dat ook aan de rechterkant doen. Zo blijft de vergelijking in evenwicht. Dit noemen we dan ook de balansmethode.
De standaard lineaire formule is altijd y = ax + b. De a is de richtingscoëfficient en de b is de beginwaarde van de lijn. Dit gebruik je om de lijn in het assenstelsel te weergeven. De y waarde teken je op de y-as en de x waarde op de x-as.
Een veel voorkomende formule is: y = ax + b. Dit is de algemene vorm van een lineaire formule en binnen deze formule bestaat een lineair verband tussen x en y.
De grafiek van de functie
De functie f(x) = ax + b (met a en b reële getallen) heet lineaire functie (eerste-graads functie). Het getal a heet de richtingscoëfficiënt (rico, r.c.) van de functie.
'b' beïnvloedt de horizontale positie van de parabool. Het bepaalt hoe ver de parabool naar links of naar rechts wordt verschoven. 'c' bepaalt de verticale positie van de parabool. Het geeft aan op welke hoogte de parabool snijdt met de y-as.
De y-coördinaat van het snijpunt met de y-as kan je bepalen door x = 0 in te vullen in de functie. Dus: f(0) = a · 0 + b = 0 + b = b. Het snijpunt met de y-as ligt dus op punt (0,b).
Een eerstegraadsfunctie wordt genoteerd door f(x)=ax+b (of y=ax+b). Waarbij a de richtingscoëfficiënt is: a bepaalt de richting van de rechte, en waarbij b het snijpunt met de y-as is.
b = Startgetal. Hellingsgetal is toename y (Δy) bij toename x (Δx) van 1.
Je berekent de richtingscoëfficiënt (rc) door op een lijn twee punten te pakken en daarvan het verschil in hoogte (y-waarden) en verschil in breedte (x-waarden) te berekenen. In een formule wordt dit: rc = Δy ⁄ Δx. De Δ noemen we delta, dit staat voor het 'verschil tussen'.
De richtingscoëfficiënt is de verandering in y als x één eenheid toeneemt. Hiermee geeft de richtingscoëfficiënt de steilheid en richting van de lijn aan. Hoe groter de richtingscoëfficiënt, hoe steiler de lijn. Een richtingscoëfficiënt wordt ook wel het hellingsgetal of gemiddelde verandering genoemd.
Probeer het zelf
Selecteer Invoegen > Vergelijking of druk op Alt + =. Als u een ingebouwde formule wilt gebruiken, selecteert u Ontwerpen > Vergelijking.
De wet van Ohm is een formule die wordt gebruikt om de relatie te berekenen tussen elektrische spanning, elektrische stroom en weerstand in een stroomkring. Voor mensen die leren over elektronica is de wet van Ohm, U = I x R, net zo belangrijk als de relativiteitstheorie van Einstein (E = mc²) is voor natuurkundigen.
De richtingscoëfficiënt, soms afgekort tot rc of rico, van een rechte lijn in een vlak met een rechthoekig xy-assenstelsel is de tangens van de hoek die de rechte maakt met de positieve x-as. De richtingscoëfficiënt is een maat voor de helling van de lijn ten opzichte van de x-as.
Een lineair verband is een wiskundige relatie tussen twee variabelen waarbij de grafiek een rechte lijn vormt. In een lineair verband is er sprake van een constante veranderingssnelheid. Dit betekent dat als één variabele met een bepaalde waarde toeneemt, de andere variabele met een constante waarde verandert.
Voorbeelden Lijn door 2 gegeven punten
Teken zelf de punten A en B in een assenstelsel en trek de lijn l: door deze punten. Maak tevens een driehoek. Neem als basisvergelijking: y = ax + b en bereken de 'a' en 'b'. Dus de vergelijking van de lijn l: wordt: y = -2x + 4.