Slapen. 's Winters verblijven dassen veel langer in hun burcht. Ze teren dan grotendeels op hun vetreserves die ze in de herfst hebben opgebouwd. Ze houden geen winterslaap, maar slapen vaak wel dagen achtereen in hun riante ondergrondse onderkomens.
Dassen leven in uitgebreide zelf gegraven holenstelsels, ook wel burchten genoemd. Deze burchten liggen in bosranden, houtwallen, brede heggen, in hoogliggend terrein of op hellingen en altijd in de buurt van gras- en akkerland en water.
Regenwormen, kevers, rupsen en larven staan op het menu. Naargelang het seizoen, is de das verlekkerd op kersen, pruimen en andere vruchten, die van de bomen vallen. Gras, graan en maïs lusten ze ook en wanneer ze toevallig jonge muizen of vogeleieren vinden, smullen ze hier beslist van.
Tijdens het zoeken naar voedsel lopen ze onverstoorbaar tussen het vee regenwormen te zoeken, en keren ze koeienvlaaien om op zoek naar mestkevers. Dassen hebben wel een enorme hekel aan vee dat over de dassenburcht loopt.
De das is een van de drie soorten uit het geslacht Meles. Hij verblijft overdag in een netwerk van ondergrondse tunnels, dat een burcht wordt genoemd.
Slapen. 's Winters verblijven dassen veel langer in hun burcht. Ze teren dan grotendeels op hun vetreserves die ze in de herfst hebben opgebouwd. Ze houden geen winterslaap, maar slapen vaak wel dagen achtereen in hun riante ondergrondse onderkomens.
minder dassen op een burcht zitten kunnen ze onmogelijk alle holen openhouden. Deze raken na verloop van tijd zo vol met blad, takken en zand dat ze niet meer als hol te herkennen zijn. Er rest vaak slechts een enorme stortberg, een bult in het landschap, als teken van betere tijden.
Het is een lucht waar vele dieren een enorme hekel aan hebben. Zodoende kun je de verscheidene dieren goed op afstand houden van waar je ze niet wilt hebben. Ook andere dieren hebben er een hekel aan zoals o.a Ratten, honden katten etc.
Dassen zijn beschermde dieren. Verjagen, verstoren, doden of iets dergelijks is verboden. Voorkomen dat ze in je tuin komen is het enigste wat je kunt proberen. Dassen zijn echter sterke dieren en kunnen uitstekend graven.
In de zomer, als de zon laat ondergaat, komen dassen in rustige gebieden soms al voor zonsondergang tevoorschijn. Als je over de burcht loopt horen de dassen onder de grond de trilling, en de geur blijft lang hangen. Als ze al naar buiten komen, zijn ze zo weer weg en zie je ze de hele avond niet meer.
De meest waarschijnlijke plek waar een dassenburcht kan worden aangetroffen is in een bosrand, houtwal of brede heg waar water, akkers en graslanden binnen een straal van 1 kilometer afstand te vinden zijn. Ook worden burchten vaak gevonden bij hoogteverschillen in het terrein (hellingen, graften, greppels, etc.).
De das heeft in Nederland geen natuurlijke vijanden meer. Van oorsprong is de wolf een vijand van de das. De hond is een ver familielid van de wolf, daarom is het niet wenselijk dat honden de burcht betreden.
De das ziet geen kleuren, alleen maar in zwart-wit en grijstinten, en kan alleen binnen een relatief korte afstand scherp zien. Contrasten ziet hij des te beter. Hij ziet een silhouet al op 50 meter afstand. De das kan goed horen, de lage tonen ongeveer net zo goed als een mens, maar de hoge tonen vele malen beter.
Dassen maken een aantal verschillende geluiden. Van een 'tjirp' (een zacht vogelachtig geluid), een spinnend 'purr' (van een moeder naar haar kleintjes) tot de herhalende kreet die we via de beelden van Molenaar hoorden.
"De dassen graven kuiltjes van 15 centimeter diep, op zoek naar wormen en muizen. Ook vreten ze aan rijpe maiskolven, en dan niet een hele kolf maar ze nemen overal een hapje van. Daardoor ontstaan er schimmels in de mais." Afrastering van het land is geen optie voor Oosterhuis.
De das heeft een zeer verborgen levenswijze. Hij kan al jarenlang een gebied bewonen, zonder dat het iemand opgevallen was. Zelfs in gebieden waar de das sinds mensenheugenis algemeen voorkomt moet men zoeken naar sporen van de das. Dassen kunnen echter, ondanks hun goedaardig karakter, wel degelijk schade aanrichten.
Was je zijden stropdas in ieder geval nooit in de wasmachine en vermijd sowieso het gebruik van water. Water maakt de vlek meestal alleen maar erger.
De das is een zeldzaam dier in ons land en behoort daardoor tot de beschermde diersoorten. In Europa bestaat nog maar één dassensoort. Ook in de omgeving van de Wildhoeve komt dit bijzondere dier voor. De das is een schuw nachtdier en slaapt dus overdag.
Ze hebben een gemiddelde lengte van 68-80cm (hoofd en lichaam). De staartlengte is vrij kort, 12-17cm. Dassen kunnen snel rennen en goed zwemmen. Bijzonder: uit waarnemingen blijkt dat ze regelmatig achterstevoren omhoog lopen.
Ze maken vaak putjes in de grond waarin ze poepen. Ze plassen er ook wel in, of zetten er een excreet in af, afkomstig uit een klier aan het achterwerk. De inhoud van de zulke putjes levert waarschijnlijk een geursignaal ter afbakening van het territorium. De putjes houden de inhoud geconcentreerd.
De das is een krachtig gebouwd dier. Hij heeft een relatief kleine kop, een dikke korte nek, een lang wigvormige lijf en een kort staartje. Zijn krachtige poten zijn kort met lange sterke nagels. Kortom een ideaal lichaam voor zwaar graafwerk onder de grond.
Het hol heeft maar liefst 71 ingangen. De das doet het goed in de Loonse en Drunense Duinen en omgeving. Het aantal dieren wordt geschat op 182, een toename van tien procent ten opzichte van eind 2015. Vijftien dieren sneuvelden in het verkeer.
Klimmen kan een das wel, maar niet zo goed. Zwemmen kan hij ook, maar dat doet hij niet graag vrijwillig.
Dassen zijn alleseters. Ze zijn slechte jagers en eten wat ze tegenkomen. Ze eten voornamelijk regenwormen die ze 's nachts in weilanden en open gebieden opsporen. Verder eten ze bosvruchten, gevallen fruit, noten, eikels, knollen, maïs, koren, paddenstoelen, knaagdieren, slakken, kevers en andere geleedpotigen.