Bouwjaar woning tussen 1970 en 1980
Woningen die tussen 1970 en 1980 zijn gebouwd, zijn vaak van goede kwaliteit. Er werd gebruik gemaakt van onderhoudsarme materialen, waardoor de onderhoudskosten laag liggen. Woningen die in de jaren '70 gebouwd zijn, beschikken meestal over goede isolatie.
Bij een oud huis kopen kun je niet verwachten dat de woning instapklaar is. Meestal is er het nodige achterstallige onderhoud te verrichten. Houd dus zeker rekening met bijkomende kosten als je comfortabel in de woning wilt wonen. Bij een oud huis is het extra verstandig om een bouwkundige keuring te laten doen.
“Een huis kan tussen de 55 jaar en 500 jaar mee, kregen we toen terug van experts.” De extreem korte en lange leeftijden heeft Van Nunen uit de onderzoeken gehaald. Daarmee kwam hij op een gemiddelde levensduur van 120 jaar.
Antwoord. Het bouwjaar van een woning is het jaar waarin de woning definitief is opgeleverd. Het is dus niet het jaar waarin jullie in de woning zijn getrokken.
De archieven zijn grotendeels digitaal beschikbaar. U kunt ze raadplegen in het Regionaal Historisch Centrum (voormalig Rijksarchief) van uw provincie. U kunt ook terecht bij ons Archief en Documentatiecentrum bij het Kadaster in Arnhem. Meer informatie vindt u op de pagina Zelf historisch onderzoek doen.
Door de crisis begin jaren '70 werden er meer eisen aan energiezuinigheid van woningen gesteld. De eisen die toen werden gesteld, kwalificeren nu als zeer matig. Zo werd bij betonnen vloeren geringe isolatie toegepast. Er werd standaard dubbel glas bij de woonruimtes op de benedenverdieping toegepast.
Onder normale omstandigheden stort een huis niet zomaar in. Er moet wel écht iets aan de hand zijn zoals een gasexplosie of aardbeving. Laat je huis periodiek inspecteren op gaslekkage. Vooral in oudere woningen, en door slechte aansluitingen van een gastoestel kunnen er gevaarlijke situaties ontstaan.
Bakstenen gaan gemiddeld ruim honderd jaar mee en uiteraard maakt het daarbij niet uit voor welke precieze uitvoering je nu kiest. Bij steenstrips ligt dat wel even anders.
IN de jaren dertig werd er nog met aandacht voor detail en degelijk gebouwd. Vloerconstructies zijn bijvoorbeeld veel beter dan van huizen uit latere periodes. Een ander voordeel is dat de woningen op aantrekkelijke locaties staan, in of dicht bij het centrum. Buitenwijken hadden dorpen en steden toen immers nog niet.
Inspecteer alle wanden en plafonds goed bij de bezichtiging.
Waar kun je op letten: Of het stucwerk nog netjes en stevig is. Of de afwerking van het stucwerk naar je smaak is. Zijn er vochtplekken en scheuren te zien (probeer de oorzaak te achterhalen)
De waarde van een huis wordt volgens een oud makelaarsgrapje bepaald door 3 dingen: locatie, locatie en locatie. Hoe ver het is naar het centrum, naar uitvalswegen of naar het openbaar vervoer hebben invloed op de marktwaarde van je huis. Ook het soort wijk en de plaats in de wijk hebben invloed op de prijs.
Terug in de tijd: historische blik op de huizenprijs
De eerste geregistreerde huizenprijs stamt uit het jaar 1949. Toen kostte een eigen huis € 9.200. Nu, bijna 70 jaar later, is de prijs vijfentwintig keer zo hoog. Als je in dit huis had belegd, was je rendement 4,85% per jaar geweest.
De huizen in de stad waren gebouwd van: steen, hout, gedroogde klei of leem of van baksteen. Vaak waren de huizen van hout op een fundering van steen. Voor de rijken waren de huizen helemaal van steen. De daken waren soms belegd met leisteen of pannen, maar zeker tot 1400 veel vaker met riet.
De gemiddelde hoogte van een woonlaag is in Nederland 2,6 meter. Zoals je ziet, bestaat het complex uit vijf woonlagen. We hoeven nu alleen 2,6 te vermenigvuldigen met 5. Dus het gebouw zal ongeveer zo'n 14 meter hoog zijn.
Een baksteen is in principe zeer poreus van aard wat betekent dat er niet alleen bij oude gebouwen, maar ook bij nieuwbouwprojecten vochtproblemen kunnen ontstaan.
Weer en wind kunnen uw muur snel laten verweren, zeker als er vocht in uw muur kan trekken. En dat kan helaas, want zowel bakstenen als metselspecie zijn van nature niet waterdicht. Het materiaal heeft poriën waar water in kan trekken. Het effect is dat de stenen en het metselwerk vocht en vuil opzuigen.
Het voordeel van een holle baksteen is het geringe gewicht en de wat grotere afmetingen. Hierdoor gaat het metselen van een muurtje lekker snel. Door de holle ruimte in de steen heeft deze baksteen ook een hogere isolatiewaarde.
Een funderingsprobleem kunt u wellicht zelf herkennen. Kenmerken zijn: Scheve vloeren, vervormde deuren en ramen, scheuren in bouwmuren en niet-dragende muren, maar ook hoogteverschillen tussen woning en de stoep.
Er is een verband tussen het type fundering en de bodemsamenstelling. Zo lopen woningen met een houten paalfundering in veen- en kleigebieden een groter risico op funderingsproblemen dat woningen op houten palen in zandgebieden.
Ik voel de vraag aankomen: met welke kosten moet ik rekening houden? Voor de vuist weg: 150.000 euro. 70.000 euro voor een schuiner en beter geïsoleerd dak, 30.000 euro voor een nieuwe buitengevel en nog eens 50.000 euro voor alle bijkomende kosten, zoals een nieuwe keuken, badkamer en vloerafwerkingen.
De keuring betreft een beoordeling van de volgende elementen: Fundering, kruipruimte (beperkt) en vloeren. Riolering, ventilatie, leidingwerk in kruipruimte. Bouwkundige staat van vloeren, muren, metselwerk, voegwerk en lateien.
Een opvallend detail van de jaren 50 woningen inrichting is het gebruik van inbouwkasten, alle ruimte wordt optimaal benut. Om de zolder te betreden zul je eerst de vlizotrap naar beneden moeten hengelen. Halverwege op de gammele trap voel je een licht briesje, de woning is niet bepaald goed geïsoleerd.