Wat zijn de regels voor stilstaan (stilstaanverboden)?
Als je op elke plek stil kan staan om iemand uit te laten stappen of je mobiel te controleren ontstaat natuurlijk chaos in het verkeer. Verder mag je niet stilstaan: op een kruispunt of een overweg. op een fietsstrook of op de rijbaan langs een fietsstrook.
Binnen een erf mag u uw motorvoertuig alleen parkeren op een daarvoor aangewezen plek. Als een erf ook een zone is waarbij een parkeerschrijf gebruikt moet worden, dan zijn de artikelen 25 en 26 van toepassing.
Stilstaan doe je bijvoorbeeld voor een verkeerslicht of bijvoorbeeld als je voorrang verleent of iemand voor laat gaan. Stilstaan is zowel toegestaan aan de rechterzijde als aan de linkerzijde van de rijbaan. In verband met de veiligheid geniet het de voorkeur om aan de rechterzijde stil te staan.
Bij een bushalte moet u minimaal 12 meter afstand bewaren, zodat een bus voldoende ruimte heeft om passagiers te laten in- en uitstappen. U mag hier wel stilstaan om passagiers in- of uit te laten stappen, zolang dit een bus niet hindert.
Op de stoep parkeren met de auto
Het is strafbaar om je auto op de stoep te parkeren. De wet schrijft voor dat je de auto op de rijbaan dient te parkeren of in een parkeervak als deze aanwezig is. Het maakt niet uit of je met twee wielen half op de stoep staat of dat je de auto helemaal op het trottoir neerzet.
De oprit zelf valt niet onder de openbare weg. Verkeer dat de oprit verlaat dient dus voorrang te verlenen aan het verkeer op de weg waaraan de oprit is aangesloten. Hetzelfde geldt voor een zogeheten eigen weg of een oprijlaan, een weg die op een kavel aangelegd is, en dus eigendom is van de grondeigenaar.
Verkeersbord E2. Een niet stilstaan bord is altijd uitgevoerd met verkeersbord e2 en geeft aan dat je niet stil mag staan met je voertuig op de aangewezen plek. Ook niet om iemand af te zetten of te lossen.
Voor oversteekplaatsen
Je mag niet stilstaan en niet parkeren op de rijbaan: op minder dan 5 meter voor een oversteekplaats voor voetgangers; of voor fieters en tweewielige bromfietsen.
U verlaat het erf altijd middels een uitrit. U kunt een uitrit herkennen aan diverse kenmerken. Het verlaten van een uitrit wordt gezien als bijzondere manoeuvre, u dient dus het overige verkeer voor te laten gaan. Dit is ook het geval wanneer er geen sprake is van een woonerf maar een ander soortige uitritconstructie.
Je mag je auto op een erf alleen op plekken parkeren die als parkeerplaats zijn gemarkeerd. Het erf is een plek voor kinderen, voetgangers en fietsers. Zij mogen het erf over de volle breedte gebruiken. Wanneer je het erf verlaat moet je voorrang verlenen aan alle andere verkeersdeelnemers.
De snelheidslimiet op een erf is 15 km/uur (oorspronkelijk aangeduid als stapvoets). Met snelheidsremmende voorzieningen moet deze snelheid worden 'afgedwongen'; een sobere uitvoering is dus niet toegestaan.
Bij kruispunten, een kruising of splitsing van wegen mag tot op een afstand van 5 meter niet geparkeerd worden, in de bocht van een doorgaande weg mag dit in beginsel wel. Op grond van artikel 5 Wegenverkeerswet 1994 is het echter een ieder verboden zich zo te gedragen dat een gevaar of hinder veroorzaakt kan worden.
Kort stilstaan op een parkeerplaats zonder te betalen
U staat stil om snel passagiers in of uit te laten stappen. U staat stil om onmiddellijk goederen te laden of lossen.
Iedere bestuurder van een auto die goederen van enig gewicht of omvang vervoert en die kan aantonen dat hij/zij daar staat omdat er geladen of gelost wordt, mag parkeren.
Stilstaan en parkeren zijn gedefinieerd in de regelgeving: Stilstaan doe je enkel wanneer je iemand laat in- of uitstappen of je auto in- of uitlaadt, of dat nu 1 minuut of 1 uur duurt. Parkeren doe je wanneer je langer stilstaat dan nodig voor het in- of uitstappen of in- of uitladen.
Verbodsborden. Verbodsborden zijn rond en wit met een rode rand. Ze zijn vaak doorstreept met een rode, diagonale streep en in het midden staat er meestal een zwart of rood symbool. Het verbod heeft meestal betrekking op het gebied achter het bord.
De officiële betekenis bij de dit bord luidt alsvolgt: 'Verbod voor bestuurders door te gaan bij nadering van verkeer uit tegengestelde richting'. Het blauw bord in combinatie met de witte pijl naar boven betekent dat je dus door kunt rijden op het moment dat er verkeer komt uit tegengestelde richting.
Een kruispunt is de plaats waar twee of meer openbare wegen samenlopen (art. 2.9 van het verkeersreglement).
Van dubbel parkeren is sprake wanneer een voertuig parallel aan een parkeervak wordt geparkeerd, zodat de toegang tot of het vertrek uit dat parkeervak wordt geblokkeerd.
Strepen bij parkeren
⇨ Een gele doorgetrokken streep betekent dat je niet mag parkeren én niet mag stilstaan. ⇨ Een gele onderbroken streep betekent dat je even mag stilstaan, maar niet mag parkeren.
Wat kunt u doen indien een voertuig dat zich op de openbare weg bevindt de toegang tot uw garage of oprit blokkeert? Aangezien het een overtreding is op de wegcode, zult u een beroep moeten doen op de politie opdat ze ter plaatse komt, de situatie opmeet en een proces-verbaal opstelt.
Hoewel het je eigen terrein is, mag je niet zomaar van je voortuin een oprit maken. Ook niet als je buren dat wel gedaan hebben. Een reden hiervoor is dat je op deze manier een nieuwe uitweg op de bestaande weg creëert. Ook neem je hiermee ruimte voor parkeerplaatsen langs de weg voor jouw deur weg.
Een uitweg (ook wel inrit, uitrit en oprit genoemd) is een ingang of uitgang van een perceel voor motorvoertuigen om de openbare weg te bereiken, gelegen op gemeentegrond.