Elk weekdier heeft kalkklieren, die zitten in een dun vliesje om het diertje heen.Met deze klieren maakt het diertje kalk en zo ontstaat de schelp. Hoe meer het weekdier groeit, hoe groter hij zijn huisje bouwt! Als het diertje dood gaat blijft zijn schelp bestaan en die vind jij dan weer op het strand!
Een vrouwelijk schelpdier schiet eitjes af in het water. Een mannetje doet hetzelfde, maar dan met zaadjes. Als die eitjes en zaadjes samenkomen ontstaat er een kleine larve.
De schelp verleent het dier stevigheid, en beschermt het dier tegen uitwendige invloeden zoals predatie, kwetsuren, uitdroging, etc. De schelp groeit tijdens het leven met het weekdier mee.
In de zeeën en oceanen leven meer soorten weekdieren dan anderen dieren. Ze komen overal in de zee voor; van de ondiepe randen tot op de diepe bodem. De meeste hebben een zacht lichaam dat door een schelp wordt beschermd.
Als de schelp in water is waar weinig kalk in het water zit, dan is de schelp dun. In de winter groeit de schelp minder dan in de zomer. En daardoor ontstaan er smalle en brede groeibanden. Hieraan kun je zien hoe oud de schelp is.
Mosselen, oesters, kokkels, strandschelpen, mesheften en de sint jacobsschelpen; allemaal eten ze voornamelijk plankton. Daarnaast eten ze ook wel bacteriën en dode planten- en dierenresten, welke ze binnenkrijgen met het water waaruit ze hun voedsel filteren.
Naast ratten staan zoetwatermosselen ook op het menu van een aantal vogelsoorten (bv. Blauwe Reiger en Zwarte Kraai). Ook Waterhoen en Meerkoet eten vaak mosselen, al gaat hun voorkeur vooral uit naar de kleinere driehoeksmosselen.
Het proces om zo'n gat te maken, duurt gemakkelijk een week. Soms slagen tweekleppigen erin om tijdig te ontsnappen, dan zie je een gaatje dat niet helemaal is uitgehold!
De doopvontschelp is het grootste thans levende tweekleppige weekdier. De lengte van de schelp is meer dan anderhalve meter en het dier kan rond de 250 kilo zwaar worden. De schelp is vrij bol en heeft zowel lichte groeven in de breedte als een sterk golvende schelprand. De kleur van de schelp is meestal bruin of wit.
Een schelp is het huisje van een dier. Als je een schelp vindt en er zit geen diertje meer in, dan betekent dat dat het diertje niet meer leeft. Een schelp is gemaakt van kalk. De dieren die een huisje van kalk hebben, noemen we weekdieren.
Reuzengroei bij schelpen
Een vreemd fenomeen is 'reuzengroei'. Dat treedt op als een slak gecastreerd wordt door een parasiet. De slak kan dan niet meer geslachtsrijp worden, waardoor het hormoon dat de schelpgroei moet stoppen niet wordt aangemaakt. Zo worden de slakkenhuizen veel groter dan normaal.
De tepelhoorn slak heeft een tong met hieraan hele scherpe tandjes. Deze tong gebruikt hij om een gaatje in de schelp van zijn prooi te maken. Met heel veel geduld lukt het de slak om met zijn tong en speeksel het kalk van de schelp zacht te krijgen.
Als je gaat zoeken naar schelpen, moet je de windrichting goed in de gaten houden. Voor het Zwin en Cadzand geldt dat je fossielen schelpen het beste kunt gaan zoeken na een harde zuidwesten of westenwind, dus bij een 'aanlandige' wind. Die woelt namelijk de onderlagen naar boven.
Deze kleuren danken de schelpen aan het sediment waar ze in gelegen hebben, waarbij in de regel een zwavelhoudend sediment de schelpen grijsblauw kleurt en een ijzerhoudend sediment verantwoordelijk is voor de geel, rood en bruin tinten.
Neen, volwassen mosselen (Mytilus edulis) hebben geen ogen, maar mossellarven hebben wel een "eye spot" (oogvlek, i.e. een lichtgevoelige pigmentvlek). Sommige andere tweekleppigen (Bivalvia) hebben echter wél ogen als ze volwassen zijn.
Eigenlijk handig, want zo worden ze niet meegesleurd door de zeestroming. Ze kunnen wel maar een paar weken zwemmen voordat ze zich voorgoed nestelen op de zeebodem.
De politie op de Filipijnen heeft een bijzondere vondst gedaan. Op het eiland Sitio Green werden loeizware reuzenschelpen in beslag genomen. De joekels zijn meer dan 20 miljoen euro waard! De enorme schelpen heten doopvontschelpen.
De grootste parel ter wereld is 30 x 60 cm groot, weegt 34 kg en is 88 miljoen euro waard. Hij is in 2006 gevonden door een visser in de Filipijnen. Echter dit bijzondere nieuws werd pas 23 augustus 2016, per toeval, wereldkundig en is sindsdien tentoongesteld op de Filipijnen.
Meestal vind je op het strand maar een klep. Het weekdier houdt de twee kleppen met stevige spieren muurvast tegen elkaar aan getrokken. Zo zit het dier veilig. De schelp gaat open als hij moet eten.
Met een speld of een stukje ijzerdraad haal je het diertje eruit. Daarna worden de schelpen geweekt in waterstofperoxide, zuurstofbleekmiddel, heel zwak zoutzuur of een bleekwateroplossing. Een nachtje in sodawater verwijdert algen. Tot slot kan je ze inwrijven met olie.
De oudste levende dieren met een actief voortplantingssysteem zijn noordkrompen, twee-kleppige schelpdieren. De recordhouder haalde 507 jaar en werd in Ijsland aangetroffen. 'Ze zijn ook in de Noordzee te vinden, maar leven in diep water en spoelen slechts zeer zelden aan', zegt weekdierexpert Thiery Backeljau (KBIN).
Schelpkenmerken. De mossel heeft een langwerpig asymmetrisch driehoekige, betrekkelijk dunschalige maar stevige schelp. Er is een zeer onopvallend slot, bestaande uit enkele zeer kleine tandjes.
Er zijn ongeveer vijftig soorten schelpen. Van de groep zeeslakken vind je meestal het wadslakje, de noordhoren, de tepelhoren en de penhoren. Van de tweekleppige schelpen vind je meestal de wijde mantel, het tafelmeshelft (scheermesje), het zaagje en de venusschelp. Heb je ook zin om een eigen schelpenmuseum te maken?
1. Fossiele schelpen laten geen, of sterk verminderd, licht door in verge- lijking met recente schelpen, wanneer men ze voor een felle lichtbron houdt (zoals een bureaulamp). 2. Fossiele schelpen hebben minder kleur, of zijn juist sterk verkleurd in vergelijking met recente schelpen.
Bak de knoflook en citroenschijfjes 30 seconden, zet het vuur hoog, voeg de bruine venusschelpen toe en doe het deksel op de pan. Kook 2 tot 3 minuten tot de venusschelpen allemaal open zijn, schud de pan af en toe heen en weer (gooi de venusschelpen die niet opengaan weg).