Volgens etymologiebank.nl is de uitdrukking ontstaan doordat iemand die een beetje ziek is 'opgelapt' moet worden: hij of zij ligt in de bak met lapwerk. Sterkte aan iedereen die met mij in de lappenmand zit!
Wie in de lappenmand zit (of ligt), voelt zich even niet al te goed. Hij of zij is verkouden en heeft griep, koorts of verhoging. Over het algemeen wordt deze uitdrukking vooral gebruikt wanneer de kwalen niet al te ernstig zijn en de verwachting is dat de zieke snel weer opknapt.
Mensen onthielden die uitspraken, omdat ze: een belangrijke of herkenbare levensles in zich hadden; gemakkelijk te onthouden waren, omdat ze bijvoorbeeld rijmden. Het is niet precies duidelijk waar alle spreekwoorden en gezegden uit de Nederlandse taal vandaan komen.
Onder een uitdrukking wordt een vaste combinatie van woorden verstaan waarmee meestal indirect een situatie wordt benoemd. Een uitdrukking kan zijn: een staande uitdrukking: een standaardformulering die in bepaalde situaties telkens terugkeert.
Herkomst van een fluitje van een cent
De uitdrukking is afkomstig uit de tijd dat één cent nog best wat waard was en je voor dat bedrag een klein fluitje kon kopen, zo verklaart Onze Taal. Op zo'n goedkoop fluitje was het gemakkelijk fluiten geblazen.
De herkomst van deze uitdrukking is niet helemaal zeker. Lik op stuk komt voor het eerst voor in een krant uit 1887, maar lijkt pas in de jaren vijftig van de twintigste eeuw algemener te worden. Het is vermoedelijk een verkorting van een lik uit de pan krijgen.
Deze uitdrukking gaat terug op het feit dat het vroeger gunstig was als je paard vier witte voeten had. Dan hoefde je namelijk geen tol te betalen, aldus het Groot Uitdrukkingenwoordenboek.
Het Woordenboek der Nederlandsche Taal vermeldt dat in (den) toom houden letterlijk 'voorzien hebben van een toom' betekende, en vandaar figuurlijk de betekenis 'in bedwang houden' kreeg, vooral gezegd "van een of meer personen, een neiging of een drift".
Wanneer wij enorm transpireren, zeggen wij vaak dat we zweten als een otter. Een otter zweet echter helemaal niet dus waarom deze uitdrukking? Simpel: de otter, een waterdier, heeft een vettige vacht en wanneer hij uit het water komt houdt zijn vacht water vast waardoor het lijkt alsof hij hevig zweet.
Als ineens duidelijk wordt hoe iets zit, of als eindelijk iemands ware bedoeling of karakter blijkt, is het heel gebruikelijk om uit te roepen 'Nu komt de aap uit de mouw! ' Deze uitdrukking gaat vermoedelijk terug op een aap die letterlijk in een mouw zat.
Het Groot Uitdrukkingenwoordenboek van Van Dale (2006) zegt: "De uitdrukking verwijst naar het beeld van iemand die iets zwaars aan een touw ophijst of weer laat zakken, en hierbij het touw een aantal keer om de arm heeft gewonden, om te voorkomen dat het uit zijn handen glipt." Wie een slag om de arm hield, was ...
De uitdrukking werd gebruikt vanwege de penny-in-the-slot gokautomaat in 1980. Veel mensen hadden geen idee hoe deze gokautomaat werkte en wisten daarom niet dat zij een klepje van de automaat omhoog moesten doen. Pas als ze dat doorhebben, was het kwartje gevallen.
Volgens het Etymologisch Woordenboek van het Nederlands (EWN) is op de bonnefooi mogelijk een vernederlandsing van de Franse uitdrukking de bonne foi ('te goeder trouw'), waarin foi 'geloof, vertrouwen' betekent.
Veel uitdrukkingen verwijzen naar dieren. Zweten als een das stamt uit 1513: „Van waermten zweetic, ghelyc den dasse.” Later is zweten als een otter gangbaarder geworden. Beide dieren zien er als ze net het water uitkomen met hun natte vacht uit alsof ze enorm hebben gezweet.
Dit gebruik heeft weldegelijk een religieuze herkomst uit het Jodendom. Als er voor de maaltijd kiddush wordt gemaakt dwz de maaltijd wordt geheiligd, dan wordt er een beker met wijn gevuld met tenslotte een paar druppels water. De wijn staat voor gerechtigheid terwijl het water symbool is voor barmhartigheid.
d.w.z. dronken, gepoetst, vet, in de neut (no.1633) zijn; eig. glimmen, een glimmend gezicht hebben tengevolge van drankmisbruik.
Eene geheel andere beteekenis heeft de uitdrukking van alle markten thuiskomen, nl. die van: nergens voor deugen, nooit slagen, dat oorspronkelijk gezegd is van koopwaar, die op alle markten gebracht is en nergens verkocht wordt.
d.w.z. deugdelijk zijn, iets beteekenen, helpen, in de uitdrukking: dat (bijv. eene redeneering, een argument) snijdt geen hout, dat helpt weinig of niets, dat doet weinig af.
De pijp uit gaan betekent 'doodgaan'.Met pijp wordt hier waarschijnlijk oorspronkelijk een konijnenhol bedoeld. Het Groot Uitdrukkingenwoordenboek van Van Dale (2006) vermeldt dat een konijn dat 'de pijp uit gaat' terwijl er jagers in de buurt zijn, er nooit meer terugkeert omdat het wordt afgeschoten, en dus sterft.
Is de uitdrukking naast zijn schoenen lopen misschien als verwijzing naar iemand die zo met zichzelf bezig is dat hij bij het aankleden lukraak zijn voeten neerzet? Dat is wel eens geopperd, maar taalkundigen houden het op 'oorsprong onbekend'. De uitdrukking moet vrij nieuw zijn.
Zich blauw betalen/ergeren: veel, in sterke mate. Iemand op zijn blauwe ogen geloven: er zomaar van uitgaan dat iemand de waarheid spreekt.
Naast gekke kleren en belletjes, droegen narren vaak een stok in hun hand.Deze stok heette de zotskolf en bovenop stond het hoofd van Momus, de God van de gekkigheid. Dit is dus het stokje waar we alle gekheid op moeten stoppen volgens het spreekwoord.
Het woord slag verwijst hier eigenlijk naar het slaan met een lange zweep bij de dressuur van paarden. Oorspronkelijk was de Franse (zweep)slag de aanduiding voor een bepaalde zwierige slag, maar later kreeg met de Franse slag de figuurlijke betekenis 'niet degelijk, slordig, zonder goed op te letten'.
d.w.z. reeds bij 't ondergaan der zon naar bed gaan; zeer vroeg naar bed gaan.
Het dragen van boter op het hoofd verwijst mogelijk naar de oude gewoonte om manden vol levensmiddelen op het hoofd te dragen. Wie boter in de mand vervoerde kon tijdens een warme dag thuiskomen met gesmolten boter in het haar. Niet erg handig dus, tijdens een hittegolf boter op je hoofd dragen…