Als bestuurder mag u uw voertuig niet stil laten staan op een fietsstrook of op de rijbaan naast een fietsstrook.
Dit officiële verkeersbord met E02 geeft aan dat het verboden is om hier stil te staan. Je mag hier daarom niet stil staan met je voertuig, alsmede ook niet parkeren en niet stoppen.
LET OP: ONMIDDELLIJK PASSAGIERS IN/UIT LATEN STAPPEN IS TOEGESTAAN: langs een gele onderbroken streep. bij een bord bushalte met zwart-wit geblokte markering. bij een bord bushalte zonder blokmarkering, maar alleen als de halte minstens 24 meter lang is, te weten 12 meter voor en 12 meter na het haltebord meet.
Uit jurisprudentie blijkt dat langer dan 10 minuten stilstaan inhoudt dat er sprake is van parkeren. Kiss and Ride is dan gelimiteerd tot maximaal 10 minuten stilstaan.
Stilstaan en parkeren zijn gedefinieerd in de regelgeving: Stilstaan doe je enkel wanneer je iemand laat in- of uitstappen of je auto in- of uitlaadt, of dat nu 1 minuut of 1 uur duurt. Parkeren doe je wanneer je langer stilstaat dan nodig voor het in- of uitstappen of in- of uitladen.
C01 – Gesloten in beide richtingen verkeersbord
Wanneer je dit bord tegenkomt betekent het dat je deze weg niet in mag. Het betekent ook dat je de weg vanuit de andere kant ook niet in mag. Deze weg is afgesloten voor voertuigen, ruiters, en geleiders van rij- of trekdieren of vee.
Waarschuwingen. Een driehoekig wit bord met een rode rand waarschuwt je voor mogelijke gevaren op de weg. Op het bord wordt aangegeven waar voor wordt gewaarschuwd.
U herkent een 'verplicht fietspad' aan een blauw, rond bord met daarop een witte fiets. Het bord verplicht fietspad betekent dat de bromfietser op de rijbaan moet rijden.
✓ Buiten de bebouwde kom: - Op de gelijkgrondse of verhoogde berm. gedeeltelijk op de rijbaan. Als het voertuig gedeeltelijk of volledig op een berm wordt opgesteld, moet steeds langs de buitenkant van de openbare weg (lees niet rijbaan) een strook van ten minste 1,5 meter voor voetgangers worden vrijgelaten.
Het stilzetten van een auto om een telefoongesprek te voeren op een parkeerplaats moet voor de parkeerbelasting worden aangemerkt als parkeren, oordeelt het Gerechtshof Amsterdam. Dat geldt ook als dat telefoongesprek en het in verband daarmee stilstaan van de auto maar korte tijd heeft geduurd.
Binnen de bebouwde kom, mag je links op de rijbaan parkeren of op de gelijkgrondse berm links naast de rijbaan. Auto's mogen op die plaats parkeren: binnen de bebouwde kom; de rijbanen zijn gescheiden door een gelijkgrondse berm (waar de auto's staan).
Bij kruispunten, een kruising of splitsing van wegen mag tot op een afstand van 5 meter niet geparkeerd worden, in de bocht van een doorgaande weg mag dit in beginsel wel. Op grond van artikel 5 Wegenverkeerswet 1994 is het echter een ieder verboden zich zo te gedragen dat een gevaar of hinder veroorzaakt kan worden.
Wanneer is er sprake van gevaar of hinder bij parkeren? Een voertuig zodanig op de weg laten staan dat gevaar of hinder wordt of kan worden veroorzaakt of verkeer in gevaar wordt gebracht of kan worden gebracht. Daarbij kan het gaan om gevaar voor personen en goederen.
Op welke afstand? In het verkeersreglement staat niets over de afstand. In principe mag je dus tot helemaal tegen de garage parkeren. Maar wanneer duidelijk is dat je het in- en uitrijden daardoor zal hinderen (b.v. in een smalle straat, of omdat de inrij zeer smal is), dan kan je maar beter enige afstand houden.
Er moet parkeergeld worden betaald.
Het blauwe bord is in de binnenvaart een sein waarmee een schip aan een tegengesteld naderend ander schip kan aangeven dat het voorbijvaren stuurboord op stuurboord zal gebeuren. Midden in het blauwe bord bevindt zich een wit knipperlicht.
In elke stad zijn er parkeerplaatsen met een wit kruis op de straat. Het zijn veelal invalideplaatsen. Maar ook staat er soms geen bord meer bij, omdat de plek geen invalidenplaats meer is. Ze kunnen dan het witte kruis niet meer weghalen, maar het is dan een gewone parkeerplaats geworden waar je mag parkeren.
Inrijden toegestaan
Bij dit verkeersbord mag je de weg vanaf beide kanten inrijden. Je kunt dus tegenliggers op deze weg verwachten.
Wanneer het verkeersbord op een hindernis geplaatst is, betekent het dat langs de door de pijl aangeduide richting moet voorbijgereden worden. Verplichting de door de pijl aangeduide richting te volgen. De plaatsgesteldheid bepaalt de stand van de pijl.
Verbodsborden: rond bord met rode rand. Gebodsborden: rond blauw bord. Waarschuwingsborden: driehoekige borden met rode rand. Aanwijzingsborden: rechthoekige of vierkante blauwe borden.
De wegcode geeft aan dat een voertuig als stilstaand wordt beschouwd als het niet langer dan nodig stopt om mensen te laten af/opstappen of voor te laden/lossen van goederen. Zodra u klaar bent met wat u bezig was, wordt uw voertuig als "geparkeerd" beschouwd.
Onder 'stilstaan' verstaan we in het verkeer: stilstaan voor het onmiddellijk in- of uitstappen van passagiers, en, stilstaan voor het onmiddellijk laden of lossen van goederen.