Dove en slechthorende kinderen kunnen terecht op een dovenschool of slechthorendenschool. Dat kan een basisschool of een middelbare school zijn. Hier wordt het onderwijs aangepast aan de auditieve beperking van de leerlingen.
In heel Nederland zijn er vijf dovenscholen.
Clusters in het (voortgezet) speciaal onderwijs
Cluster 2: dove, slechthorende leerlingen of met een taal-spraakontwikkelingsstoornis; Cluster 3: lichamelijk gehandicapte en/of verstandelijk gehandicapte en langdurig zieke leerlingen (somatisch); Cluster 4: kinderen met psychische stoornissen en gedragsproblemen.
Kentalis College Utrecht is een school voor voortgezet speciaal onderwijs (cluster 2). Leerlingen met een taalontwikkelingsstoornis (TOS) of gehoorverlies kunnen hier het vmbo of praktijkonderwijs volgen.
Speciaal onderwijs is voor leerlingen met een lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke beperking en voor leerlingen die psychische problemen of gedragsproblemen hebben. Het speciaal basisonderwijs is voor kinderen die zich in het regulier onderwijs niet optimaal ontwikkelen.
Speciaal basisonderwijs (SBO)
Het speciaal basisonderwijs is voor kinderen die het niet redden op een gewone school. Het gaat vaak om kinderen met leerproblemen of gedragsproblemen, zoals ADHD, dyslexie, autisme of kinderen die moeite hebben met leren.
Voordat de school uw kind toelaat, moet de school bij het samenwerkingsverband een toelaatbaarheidsverklaring aanvragen. Dit is een bewijs dat uw kind recht geeft op een plek in het speciaal onderwijs. Deskundigen adviseren het samenwerkingsverband of uw kind (voortgezet) speciaal onderwijs nodig heeft.
TOS door de jaren heen
TOS ontstaat bij jonge kinderen, maar verdwijnt niet wanneer zij volwassen worden. Door begeleiding en behandeling leren zij nieuwe taal. Ze worden beter verstaanbaar, leren taal beter begrijpen, leren meer woorden en hun zinnen worden langer.
Onzichtbare handicap
Bij een taalontwikkelingsstoornis wordt taal in de hersenen minder goed verwerkt. Net als Dyslexie is TOS een onzichtbare handicap die kinderen enorm kan belemmeren in hun ontwikkeling. Ongeveer 5% van de bevolking heeft TOS. Een kind met TOS heeft moeite met praten en het begrijpen van taal.
Onder cluster 4 vallen scholen voor zeer moeilijk opvoedbare kinderen, kinderen met psychiatrische stoornissen, stoornissen in het autistisch spectrum of ernstige gedragsproblemen en scholen die verbonden zijn aan pedologische instituten.
Het SBO is voor leerlingen die het op een reguliere basisschool (een gewone basisschool) niet redden. Deze leerlingen hebben een lichtere problematiek dan leerlingen op een SO-school.
Dit zijn drie afkortingen die staan voor uiteenlopende vormen van ondersteuning waar jouw kind binnen het onderwijs gebruik van kan maken. VSO staat voor 'voortgezet speciaal onderwijs', PRO voor 'praktijkonderwijs' en LWOO voor 'leerwegondersteunend onderwijs'.
De Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) schat dat maar liefst 5% van de wereldbevolking lijdt aan een bepaalde vorm van gehoorverlies. Dat zijn maar liefst 350 miljoen mensen. De oorzaken en gevolgen van gehoorverlies zijn talrijk en variëren sterk in verschillende delen van de wereld.
Doofheid. In Nederland zijn circa 1,3 miljoen mensen die niet alles kunnen horen. Dat is dus ongeveer 1 op de 12 mensen. Omstreeks 475.000 mensen ondervinden in het dagelijkse leven hinder van hun gehoorverlies.
Er bestaat geen universele gebarentaal, maar wereldwijd worden er meer dan 100 verschillende gebarentalen gebruikt. Het is dan ook geen systeem dat is bedacht en nu wordt geleerd; net als gesproken talen ontstaan gebarentalen op natuurlijke wijze.
Kinderen die een taalontwikkelingsstoornis (TOS) hebben of slechthorend, doof of doofblind zijn, hebben recht op passend onderwijs. 'Regulier als het kan, speciaal als het moet', zegt de Wet passend onderwijs.
Kinderen met een TOS laten bijvoorbeeld nooit repeterend of compulsief gedrag zien, terwijl dit kenmerkend is voor ASS. In haar lezing onderscheidt Ingrid Feiter sociale communicatieve taalvaardigheden van pragmatische taalvaardigheden.
Wat is CMB? Iemand met een communicatief meervoudige beperking heeft meerdere beperkingen, bijvoorbeeld een taalontwikkelingsstoornis (TOS) en een verstandelijke beperking.
Ongeveer 75% van de kinderen die op 5-jarige leeftijd een diagnose TOS heeft, heeft die diagnose op 12-jarige leeftijd nog steeds. Kinderen met TOS vormen een gevarieerde groep. Dit houdt in dat de taalproblemen kunnen variëren in ernst en aard.
Een taalontwikkelingsstoornis (TOS) is een neurocognitieve ontwikkelingsstoornis. Dit betekent dat taal in de hersenen minder goed wordt verwerkt. Een kind met TOS heeft bijvoorbeeld grote moeite met praten of het begrijpen van taal. De taal- en spraakontwikkeling verloopt hierdoor anders dan bij leeftijdsgenoten.
Het speciaal basisonderwijs (SBO) is bedoeld voor leerlingen die het niet redden op de gewone basisschool. Leerlingen die leerproblemen en|of gedragsproblemen hebben. Kinderen kunnen meerdere hulpvragen tegelijk hebben. Kinderen die het te moeilijk vinden om het op de gewone school bij te benen.
De voordelen. Het belangrijkste voordeel van speciaal onderwijs is dat er extra aandacht is voor je kind, of dat nu een gedragsprobleem is of een psychische stoornis. Ook zijn de klassen een stuk kleiner en laat de docent de kinderen nooit alleen. De dochter van Michel – “een frietje moeilijk” – kwam “enorm tot rust”.