Wil je als man een slim kind? Dan is het zaak om een intelligente moeder te vinden. Intelligentie hebben kinderen namelijk vooral te danken aan de genen die zij van hun moeder hebben geërfd. Dit blijkt uit een recent onderzoek gepubliceerd in Psychology Spot, waarover Ouders van Nu schrijft.
Researchers aan de University of Washington en in Glasgow zijn het er na uitgebreid onderzoek over eens: de intelligentie van een kind wordt bepaald door het genetisch materiaal langs moeders kant. Het genetisch materiaal van de vader heeft geen invloed.
De intelligentie van iemand wordt bepaald door drie factoren: Erfelijkheid (bepaalt de intelligentie voor tenminste 50%). De omgeving/het milieu, waarbinnen men leeft en opgroeit (rond de 30% bepalend). De covariantie, die samenhangt met erfelijkheid én omgeving.
Genen die zowel de structuur als het functioneren van het brein beïnvloedden, vormen een verklaring voor de gemeten IQ-verschillen. Posthuma zegt in haar proefschrift dat verschillen in IQ voor wel tachtig tot negentig procent aan erfelijke factoren liggen.
Je erft je genen van je ouders. Van elk gen erf je twee kopieën: één van je vader en één van je moeder. Ook de genen van je grootouders en verre voorouders hebben invloed op de kleur van je huid.
Van beide ouders is evenveel DNA aanwezig, maar ons lichaam verkiest de genen van papa boven die van mama. De ontdekking kan van pas komen bij onderzoek naar erfelijke ziektes. De kans om zelf ziek te worden is minder groot als je moeder uit een krakkemikkige familie komt en je vader uit een sterk ras.
Tekenen van hoogbegaafdheid bij baby's
Karakteristieken van hoogbegaafde baby's: Extreem waakzaam – altijd aan het observeren, al kort na de geboorte. Er is al snel sprake van oogcontact. Heeft minder slaap nodig dan de meeste baby's.
Je IQ ligt minder vast dan gedacht. Veranderingen in het volume van bepaalde hersengebiedjes tijdens je pubertijd kunnen je intelligentiescore flink omhoog krikken – of juist omlaag. Je intelligentie, uitgedrukt in IQ, verandert gedurende je leven nauwelijks.
Deze studies hebben uitgewezen dat ongeveer 70% van het IQ erfelijk is en dat ongeveer 30% door omgevingsfactoren wordt bepaald."
In de jaren tachtig bleek uit Amerikaans onderzoek dat eeneiige (genetisch identieke) tweelingen zelfs als ze ge- scheiden opgroeiden na vele jaren nog steeds allebei vrijwel hetzelfde IQ had- den. Toen kwam met feiten vast te staan dat erfelijkheid inderdaad een rol speelt bij intelligentie.
Hoogbegaafdheid is voor een groot deel erfelijk, maar ook ouders die niet hoogbegaafd zijn, hebben hoogbegaafde kinderen. Ongeveer 2,5 procent van de bevolking is hoogbegaafd. In Nederland komt dat neer op ongeveer 430.000 hoogbegaafde mensen. Hoogbegaafdheid kan worden vastgesteld met behulp van een IQ-test.
Intelligentie is een mentale eigenschap met veel verschillende functies zoals de mogelijkheid overeenkomsten en verschillen op te merken in waarnemingen, zich in de ruimte te oriënteren, te redeneren, plannen te maken, problemen te doorgronden en op te lossen, in abstracties te denken, ideeën en taal te begrijpen en te ...
Bij de bevruchting smelt de ei- en zaadcel samen en bevat het nieuwe wezen zo weer 46 chromosomen, 23 van zijn vader (de zaadcel) en 23 van mijn moeder (de eicel). Voor iedere erfelijke eigenschap heb je 2 genen, 1 van je vader en 1 van je moeder.
Tandgrootte, het formaat van de kaak en de vorm van je tanden zijn allemaal genetisch bepaald, en kinderen kunnen deze karakteristieken van beide ouders erven volgens het American Journal of Physical Anthropology. Echter blijkt de kans groter dat kinderen deze kenmerken van hun vader erven.
De grootste groep kinderen met een hoog IQ heeft ouders die zelf dichter bij het gemiddelde (IQ=100) zitten. De kans dat een ouder zelf een hoog IQ heeft, hangt wel af van de hoogte van het IQ van het kind: hoe hoger het IQ van een kind, hoe groter de kans dat de ouders een IQ boven 130 hebben.
Zet in op gezonde voeding
Kinderen die toegang hebben tot voldoende gezonde voeding en goed onderwijs zijn doorgaans intelligenter. Daarnaast helpen bepaalde voedingsstoffen nog eens extra bij de ontwikkeling van de hersenen van je kind. Denk bijvoorbeeld aan Omega 3-vetzuren uit vis, walnoten of lijnzaad.
Je kind praat negatief over zichzelf, bijvoorbeeld “Ik ben dom” of “Ik kan ook niks goed doen” Je kind vraagt veel bevestiging of hij het wel goed doet. Je kind heeft moeite kritiek. Hij wordt dan boos of klapt juist dicht.
Hij/zij steekt veel tijd in een hobby
Heeft je kind een hobby waar hij of zij naar eigen interesse heel veel tijd in steekt, om steeds beter te worden, dan is hij of zij geboren met zelfdiscipline. En zelfdiscipline op zo'n vroege leeftijd wijst op een hoge intelligentie, volgens BabyCenter.
lager dan 80 LWOO of praktijkonderwijs 80 t/m 90 vmbo bbl of vmbo bbl/kbl 90 t/m 100 vmbo kbl of vmbo kbl/tl 100 t/m 105 vmbo-tl of vmbo-tl/havo 105 t/m 110 vmbo tl/havo 110 t/m 115 havo vanaf 115 havo/vwo vanaf 130 vwo (gymnasium, TTO etc.)
Bij een intelligentietest behalen zeer makkelijk lerende kinderen een IQ-score hoger dan 130. Meestal bezoeken zij de reguliere basisschool.
Er zijn verschillende soorten speciaal (basis)onderwijs. Er zijn bijvoorbeeld scholen die speciaal onderwijs (SO) bieden aan leerlingen die zeer moeilijk leren, deze leerlingen hebben vaak een IQ onder de 70. Er zijn ook scholen die speciaal onderwijs bieden aan kinderen met een lichamelijke of meervoudige beperking.
Temperament is de primaire, aangeboren manier waarop je baby reageert op haar omgeving. Het karakter van je baby wordt gevormd door haar temperament en haar omgeving. Een karakter is dus niet aangeboren, maar moet zich nog ontwikkelen. Het karakter groeit vervolgens door de jaren heen uit tot de persoonlijkheid.
De baby kan erg gevoelig zijn voor geuren, geluiden, smaken en reageert hier soms heftig op. Wanneer de baby leert praten, kan hij gelijk al woorden van drie- of meer lettergrepen zeggen. De baby heeft al vroeg veel begrip voor gesproken taal. Het kindje heeft een erg duidelijke eigen wil.
Als een kind op een IQ-test tussen 121 en 129 scoort, wordt een kind begaafd of ook wel meerbegaafd genoemd. Het betreft hier ongeveer 7% van de kinderen. Kinderen die boven 130 scoren, worden zeer begaafd of hoogbegaafd genoemd.